In de lage
landen is Italo Svevo (1861-1928) de auteur van Bekentenissen van Zeno (Athenaeum
2020) terwijl de rest van zijn productie hier onderbelicht blijft. Zo schreef
Svevo gedurende 40 jaar essays en novellen of korte verhalen, maar ook andere
romans die altijd in de schaduw bleven van Svevo’s derde en laatste volledige
roman. Athenaeum wil hierin verandering brengen met een heruitgave van de
auteurs romandebuut, Een leven, met op de cover een treffende tekening van
Jorks Diks én de vermelding van Frits Altvater – de rol van de vertaler komt zo
prominenter in beeld.
Een leven is een van Svevo’s donkerste, zwaarmoedigste
romans. Hoofdpersonage is Alfonso Nitti, die naar Triëst trekt om bij een bank
te werken, een job die hem hoger op de sociale ladder zou moeten brengen maar
die hem ook mateloos frustreert. Nitti heeft literaire ambities, die hij lijkt
te kunnen waarmaken met de dochter van zijn bankdirecteur. Tussen die twee
ontspint zich een eerder platonische romance. Nitti voelt zich tegelijkertijd bedreigd
door rivalen die zich veel vlotter lijken te bewegen in het burgerlijke bankmilieu.
Nitti, die zich thuis bij zijn moeder en zijn zus al onwennig voelde, wordt in Triëst
met zijn glorierijke, Midden-Europese verleden nog sterker geconfronteerd met
zijn onaangepastheid – de oorspronkelijke titel luidde dan ook ‘Een onaangepaste
mens’.
Svevo’s
verteller ontleedt genadeloos Nitti’s leven, terwijl in Bekentenissen van
Zeno het hoofdpersonage dat zelf zal doen om tot de ontdekking te komen dat
zijn leven nog niet zo slecht is… In Een leven is die onaangepastheid gewoonweg
overweldigend:
‘Hij echter voelde zich niet in
staat om te leven. Iets wat hij dikwijls tevergeefs had trachten te begrijpen,
maakte voor hem het leven droevig, onverdraaglijk. Hij kon niet liefhebben en
niet genieten; in de beste omstandigheden had hij meer geleden dan andere in de
smartelijkste.’
Tel onder die smartelijke verliezen niet alleen zijn onmogelijke
liefdesrelatie en de gefnuikte literaire ambities, maar ook het heengaan van zijn
zus en moeder. Hoe Nitti’s leven zich verder voltrekt, lees je in de
afsluitende brief van de Mallerbank, zijn werkgever. De zakelijkheid ervan
contrasteert schril met die van de incipit waarin Nitti zich liefdevol richt
aan zijn moeder.
In 1892 werd Svevo die zakelijkheid verweten, maar in de traditie van het
Franse realisme en naturalisme weet hij het milieu waarin Nitti zich begeeft
raak te portretteren. Dat was Svevo niet zo vreemd, want ook hij had als Ettore
Schmitz (de auteurs echte naam) kort bij een bank gewerkt voor hij aan de slag
ging bij zijn schoonvader. Svevo verweeft dus naadloos het bankjargon in zijn meest
tragische vertelling. Bekentenissen van Zeno, waarin de psychoanalyse
op de korrel wordt genomen, heeft veel meer een ironische ondertoon. Hoe Alfonso
Nitti en Zeno Cosini zich verhouden tot Emilio Brentani, de protagonist van Svevo’s
tweede roman, Senilità (1898), kan je nog niet ontdekken in het
Nederlands. Engageert Athenaeum zich en meldt zich een vertaler zich aan?
Italo Svevo:
Een leven, Athenaeum, Amsterdam 2022, 408 p. ISBN 978902531391. Vertaling
van Una vita door Frits Altvater. Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan