De kliniek is het tweede deel rond forensisch
psychologe Connie Woolwine en inspecteur Brodie Baarda. Beiden gaan undercover
in een gespecialiseerde psychiatrische kliniek waar gevaarlijke misdadigers
zijn in ondergebracht. Op de afdeling waar Woolwine en Baarda terechtkomen
zitten slechts vijf patiënten, maar elk hebben ze een zeer gewelddadig
verleden. Baarda duikt onder als een zesde patiënt, een zogenaamde ex-militair
die door het lint is gegaan. Woolwine fungeert als zijn psychiater die moet
uitmaken of de kliniek een goede inrichting is voor haar patiënt. Enkel
directeur Le Fay is van hun undercoveroperatie op de hoogte. Woolwine en Baarda
onderzoeken de moord op de hoogzwangere verpleegster Tara Cameron die na haar
nachtdienst dood werd teruggevonden op de afdeling. Enkel iemand die aanwezig
was op afdeling kan de moord gepleegd hebben. En de tijd dringt want Tara’s
ongeboren kind is weggehaald uit haar buik en kan niet lang overleven zonder
medische hulp.
De Britse Helen Fields is zich in sneltempo aan het vestigen tussen de
gevestigde namen in de thrillerwereld. Uiteraard helpt het dat haar werk in een
snel ritme vertaald wordt, maar Fields voegt wel degelijk iets toe aan het
huidige thrillerlandschap. Haar verhalen zijn spannend en meeslepend, over de
plot is goed nagedacht en de hoofdpersonages zijn geen bordkartonnen figuren
zonder ziel. In De
schaduwman maakten we dus al kennis met dokter Connie Woolwine, die
soms de wenkbrauwen doet fronsen met haar onconventionele aanpak en methodes,
maar wel een uitstekend speurder is. Haar verblijf in de psychiatrische
instelling brengt enkele oude trauma’s en wonden naar boven, waardoor Woolwine
niemand kan vertrouwen. Baarda is de enige die wat rust in Woolwines hoofd kan
krijgen, maar ze mag Baarda niet te veel opzoeken om hun dekmantel niet te
verraden.
Fields
is een auteur die een flinke dosis gruwel en geweld niet schuwt en ook in De
kliniek komen enkele gewelddadige scènes voorbij. Een ongeboren baby stelen
is al behoorlijk extreem, maar de opgesloten patiënten hebben elk ook heel wat
gruwelijkheden op hun kerfstok. Fields beschrijft dit vrij clean en door de
beklemmende sfeer in de inrichting voel je de dreiging van de bladzijden af
lopen. En wanneer al snel blijkt dat ook de personeelsleden van de afdeling hun
geheimen hebben, dreigt het net rond Woolwine en Baarda zich helemaal te
sluiten. Wat ook bijdraagt tot de onbehaaglijke sfeer is dat de kliniek zeer
afgelegen ligt en enkel bereikbaar is langs een smal pad. De instelling is
omringd door bergen, bos en een groot waterreservoir dat is afgesloten met een
dam. Het is geen plaats waar je voor je plezier lang zou willen verblijven,
laat staan in het gezelschap van een paar gestoorde misdadigers.
Het verhaal wordt
grotendeels verteld door de ogen van Connie Woolwine, hier en daar afgewisseld
met het achtergrondverhaal en de misdaden van de patiënten op de afdeling. Net
als Woolwine weet de lezer niet of de patiënten de waarheid spreken, compleet gestoord
zijn of een spelletje spelen met de nieuwe psychiater. De constante onzekerheid
vertraagt het onderzoek en maakt het moeilijk om mee te speuren naar de
waarheid. Naarmate het einde dichterbij komt, raakt De kliniek in een
stroomversnelling en beginnen de puzzelstukjes op hun plaats te vallen.
Helen Fields levert
hiermee alweer een spannend boek af. Het is weinige auteurs gegevens om twee
succesvolle series naast elkaar te hebben lopen (ook de serie rond Ava Turner
en Luc Callanach loopt nog), maar Fields slaagt hierin met vlag en wimpel.
Helen Fields: De kliniek, Ambo/Anthos, Amsterdam 2024, 408 p. ISBN
9789026364617. Vertaling van The Institution door Yolande Ligterink. Distributie VBK
Uitgevers
deze pagina printen of opslaan