Hoewel aanvankelijk de schijn wordt gewekt dat de
23-jarige Irina Bazili, immigrant van Moldavische origine, de centrale plaats
innemen in dit nieuwe verhaal van de Chileens-Amerikaanse schrijfster, toch
blijkt die rol al gauw toe te komen aan de hoogbejaarde Alma Belasco, net als
Irina geïmmigreerd in de V.S., maar wel veel eerder, met name toen de Duitsers
in 1939 Polen binnenvielen en een gruwelijke jacht ontketenden op al wat joods
was. Alma Mendel, toen acht jaar oud, wordt door haar joodse ouders ijlings op
een schip gezet en dat vaart haar de oceaan over, alwaar ze terechtkomt bij oom
en tante Belasco, die intussen goed geboerd hebben in de V.S. Hoe Alma bij deze
verwante geloofsgenoten haar verdere leven vormgeeft tot ze, een stuk in de tachtig,
een riante bejaardenflat betrekt in de instelling waar die andere immigrante,
Irina, net een baan heeft veroverd, vormt het corpus van De Japanse minnaar, een (alweer) bruisende roman Van Isabel Allende.
Ziedaar meteen de link tussen beide vrouwen. Is Irina weliswaar niet de
hoofdfiguur, toch is het rond haar dat het bewogen Alma-verhaal wordt
opgetrokken; Irina’s eigen ervaringen, die we zijdelings meekrijgen, zijn
trouwens ook niet van de poes. Tussen beide vrouwen klikt het alvast, en
daardoor worden stukje bij beetje de sluiers gelicht die beider turbulente
levens overschaduwen. Met als kerngedachte, over alle zijpaden heen: hoe een
onorthodoxe maar precieuze liefdesrelatie tijd en afstand overwint.
Meer dan in vorige romans, zo kan men vaststellen,
breekt Allende door begrenzingen van tijd en (vooral) ruimte heen. Dat zij
zonder al te veel moeite met haar biografisch gekleurde verhalen een hele eeuw
bestrijkt, zijn we van haar gewoon. Maar niet enkel (Noord- en Zuid-)Amerikaanse
toestanden diept ze nu op uit haar bodemloze verhalentrommel, ook wat zich
elders - ten goede of ten kwade – voordoet of voordeed, in Europa zeg maar, of
Japan, inspireert haar bij het schrijven. De recente geschiedenis bijvoorbeeld.
Of de migraties. Daar bovenop beroert ze een breed gamma aan thema’s die
vandaag de dag hot zijn: kindermisbruik, homofilie, racisme, abortus,
antisemitisme, sociale tegenstellingen… waarbij geen gemoraliseer aan de orde
is, maar enkel haar drang om de gespleten wereld van vandaag, zoals die nu
eenmaal is, in kaart te brengen. En niet het minst ook de wereld waarin ze
intussen zelf vertoeft, met name die van het ouder worden en de ouderdom (ze
wordt dit jaar 73).
Dit is een innemend en
vinnig bijeengesprokkeld verhaal, dat een pur sang vertelster verraadt die met
de jaren niets van de nonchalante speelsheid lijkt te hebben kwijtgespeeld
waarmee zij haar (vaak gepijnigde) figuren in al hun schakeringen echtheid
verleent. Maar tegelijk is het de creatie van een geboren vertelster die
gebiologeerd wordt door het wel en wee van die o zo diverse wereld rondom haar,
waar omheen ze dan haar spitse verhalen breit – niet om de ploeterende mensjes
die daarin optreden te betuttelen of te ridiculiseren, maar simpelweg om de
samenleving voor te leggen wat er in die gigantische wereldsmeltkroes allemaal
aan goed en slecht voorhanden is. Wat drijft Allende daarbij telkens opnieuw?
Zeker een vorm van medeleven, maar vooral omdat, zoals ze lang geleden erkende,
‘het zo’n fantastisch gevoel is om verhalenvertelster te zijn’.
Amsterdam : Wereldbibliotheek, 2015, 319 p. Oorspr. titel: El amante japonés. ISBN
9789028426214
deze pagina printen of opslaan