Nederlands proza

BOEKEN NR. 7, DECEMBER 2015

Paul van Ostaijen: Het gevang in de hemel

door Manu van der Aa

Het Paul van Ostaijengenootschap heeft zich op enkele jaren tijd ontpopt tot een van de actievere auteursgenootschappen van de Lage Landen. Dat uit zich onder meer in een reeks publicaties, waarin nu, na een reeksje met ongepubliceerde briefwisseling van de schrijver, andere interessante Van Ostaijen-parafernalia worden gepresenteerd.

De onderhavige uitgave bestaat uit een kartonnen foedraal met daarin puike facsimiles van de twee nummers van het zeldzame tijdschrift Opstanding waarin Van Ostaijens groteske Het gevang in de hemel voor het eerst verscheen, plus een apart katern met een toelichtend essay van Matthijs de Ridder. De Ridder legt eerst uit hoe Van Ostaijen via Paul Kenis bij Opstanding. Orgaan der Vlaamsche Clarté-groepen terechtkwam. Kenis had Van Ostaijen eigenlijk gevraagd om een bijdrage voor Het Roode Zeil, het tijdschrift dat geleid werd door Gust van Hecke en André de Ridder, waaraan hijzelf meewerkte. Hoewel Van Ostaijen besefte dat Het Roode Zeil er beter uitzag en ook beter bij de tijd was dan bijvoorbeeld Ruimte – een makkelijk te controleren feit dat in de literatuurgeschiedenis vaak genegeerd wordt – wenste hij toch niet in dat tijdschrift te publiceren. De reden daarvoor was de negatieve houding jegens het activisme van enkele medewerkers/geldschieters – formeel had het maandblad geen redactie – van Het Roode Zeil. Toen Van Ostaijen erachter kwam dat Kenis ook banden had met het Brusselse blad Opstanding, was de keuze vlug gemaakt, ook al omdat Het Roode Zeil er in oktober 1920 mee ophield. Het heeft nog wel wat voeten in de aarde gehad, maar Het gevang in de hemel verscheen uiteindelijk in de laatste twee nummers van Opstanding (van 1 januari en 15 februari 1921). De Ridder maakt ook duidelijk waarom Van Ostaijen zich thuisvoelde in de Clarté-kringen, waarin ‘flaminganten van de meest diverse pluimage’ elkaar vonden.
 
Ten slotte gaat de bezorger uitvoerig in op de groteske zelf, op zich een nog erg genietbaar en vermakelijk verhaal over de misdadiger Eugeen, meestal ‘nr. 200’ genoemd, die na twintig jaar in de gevangenis niet meer aan de vrijheid kan wennen en er alles aan doet om de omstandigheden van zijn voormalige gevangenisleven na te bootsen, een onderneming die slecht afloopt. Anders dan Herman Uyttersprot, die de grotesken van Van Ostaijen beschouwde als ontstaan uit een zuivere scheppingsdrang, een ‘trek tot overtroeven en verbluffen’ verwant aan Franz Kafka, interpreteert Matthijs de Ridder Het gevang in de hemel als een maatschappijkritisch verhaal à la Jonathan Swift, in dit geval een démasqué van het ‘wereldberoemde trio godsdienst&vorst&staat’. De Ridder doet dit zoals steeds met veel kennis van zaken en erg grondig. Al zijn er toch wat losse eindjes, bijvoorbeeld: als nr. 200 een ‘galeiboef’ was, zat hij toch niet letterlijk in een gevangenis met tralies en een binnenkoertje, maar op een schip? Hoewel Van Ostaijen in een brief aan Peter Baeyens zelf heeft aangegeven wat zijn bedoeling was met deze groteske, kan men er toch niet omheen dat het bijzonder naïef was te verwachten dat deze groteske zou ‘inslaan’, of ‘een rol zou kunnen spelen in de langverwachte geestesrevolutie’ in Vlaanderen. Vanuit dat standpunt is Het gevang in de hemel een mislukking, maar belangrijker lijkt mij de vaststelling dat de groteske bijna 100 jaar later vooral literair stevig overeind blijft, wat toch niet van alle teksten van Van Ostaijen kan gezegd worden.
 
Antwerpen : Paul van Ostaijengenootschap 2015, ISBN 9789490889067
 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri