Hoe publiceer je als
aanstaande vader een brief aan je dochter, zonder daar een gênant persoonlijke
vertoning van te maken? Hoe vermijd je de valkuilen die als wijd gapende gaten
op je liggen te wachten: de larmoyante bekentenissen, de huizenhoge clichés
over het nakende vaderschap en over hoe dat alles wat je als jongeman zo
dierbaar was in een ander daglicht zal stellen? Door te doen zoals Abdelkader
Benali in zijn Brief aan mijn dochter.
Hoogstpersoonlijk is de brief die hij schreef aan zijn nog ongeboren dochter
Amber, en hij vermijdt de vaderlijke gevoeligheden niet. Maar door tegelijk
zijn schrijfsels breed te laten uitwaaieren, maakt hij van deze lange brief een
tijdsdocument dat het waard is te lezen, herlezen, voor te lezen.
Want uiteraard heeft Benali zijn twijfels over zijn
toekomstige vaderrol en hoe de komst van Amber zijn doen en laten zal
beïnvloeden. Maar eigenlijk gaat het daar niet over in dit boek. Benali wil
haar waarschuwen en wegwijs maken. Hij wil haar introduceren in een wereld die
hij heeft zien veranderen. Hij legt uit wat het is om met een
migratieachtergrond te leven in een land dat alles op een rij denkt te hebben,
maar dat tegelijk bang is voor het onbekende, bang voor het failliet van haar
verworvenheden. Benali toont wat de geschiedenis daarvan is en wat de toekomst
zou kunnen brengen. Hij meandert langs de familiegeschiedenis, en legt uit wat
de valkuilen en de kansen zijn van een bestaan als, welaan dan, toch nog steeds
behoorlijk 'nieuwe' Nederlander. Brief
aan mijn dochter is dus niet alleen een brief aan een dochter, maar ook een
geschiedenis van de migratie in Nederland en een analyse van hoe de
terreuraanslagen vanaf nine eleven tot Charlie Hebdo ons dagelijkse doen en
laten hebben veranderd. En Benali doet dat als een bezorgde maar ook een
uiterst liefdevolle toekomstige vader.
De
combinatie van die twee zijnstoestanden, bezorgd en liefdevol tegelijk, is
misschien nog wat het meest fascineert aan Benali's boek. Naargelang de
pagina's volgen en de anekdotes elkaar steeds duidelijker maken, begrijp je
beter dat bezorgd zijn en liefde geven elkaar aanvullen. En dat de liefde de
bezorgdheid in toom weet te houden. Want hoewel Benali's verhaal de bittere
werkelijkheid niet schuwt, wordt de tekst nooit fatalistisch. Geschreven in het
licht van een nieuw leven zou dat eigenlijk ook niet kunnen. Hoop doet leven,
weet Benali, en door zijn dochter niet gewoon een opgestoken, waarschuwende
vinger mee te geven maar ook de context van haar toekomst uit de doeken te
doen, draagt hij die levenswijsheid aan haar over. Wie zou niet op die manier
geboren willen worden? Maar ook: gaat Amber een ander leven tegemoet dan haar
vader? Hopelijk schrijft ze daarover later ook een brief, aan haar nog
ongeboren zoon of dochter, en hopelijk zijn dan een aantal stenen in de rivier
verlegd.
Amsterdam
: Arbeiderspers 2016, 172 p. ISBN 9789029505611
deze pagina printen of opslaan