Vertaald proza

BOEKEN NR. 7, JULI 2017

David Szalay: Wat een man is

door Kris van Zeghbroeck

David Szalay (1974), uitgesproken als ‘SOL-loy’, werd geboren in het Canadese Montreal, maar migreerde als baby al naar het Verenigd Koninkrijk, waar hij opgroeide in Londen. Hij studeerde aan het Brasenose College (Oxford) en werkte een tijd in marketing. Intussen heeft hij Londen ingeruild voor Budapest, in het spoor van zijn Hongaarse roots. Hij schrijft voor een aantal tijdschriften en voor The Wall Street Journal.

Na een aantal radiostukken voor de BBC Radio (Escapement (2002), Rebrov (2003) en The Shadow Man Experience (2004)), debuteerde Szalay met de roman London and the South-East (2008, vert. Mag ik u een aanbod doen?), een marketing-satire bekroond met de Betty Trask Prize (2008) en de Geoffrey Faber Memorial Prize (2009). Daarna volgden de romans The Innocent (2009) en Spring (2011).

Op basis van dit palmares werd David Szaly geselecteerd voor de Granta Best of Young British Novelists 4 (2013), een lijst die om de tien jaar door het magazine Granta wordt opgesteld om jong (jonger dan veertig) en veelbelovend Brits talent in de schijnwerpers te zetten. Zo staat Szalay bekend voor zijn vermogen om de banale, alledaagse wereld op een scherpzininnige, haast fotografische manier te registereren en te vertalen in ‘high-definition prose’:

‘Szalay is in pursuit of the feel of a specific moment, whether that feel is lyrical or mundane. It is one of the many ironies of his work that it brings a sensory richness to the bleak and the drab.’ (The Telegraph)

Zijn kortverhalen ‘Youth’ en ‘Lascia Amor e siegui Marte’ werden bekroond met de Plimpton Prize (The Paris Review). Met zijn laatste roman, All That Man Is (2016, Wat een man is) -- opgebouwd uit negen thematisch met elkaar gelinkte verhalen/novellen waarin de mannelijke protagonisten steeds in een moeilijk (vaak amoureus of seksueel) parket terechtkomen, werd hij genomineerd voor de Booker Prize Shortlist 2016.

De los met elkaar verbonden verhaallijnen van steeds ouder wordende protagonisten (de jongste van het eerste verhaal is de kleinzoon van de oudste uit het laatste verhaal) stellen een levensloop voor dat paradoxaal genoeg in de tijdspanne van slechts een paar maanden verloopt. Het geheel lijkt een staalkaart te vormen van Szalay’s virtuositeit als literair auteur:

‘The story matters, but what matters more is the way it’s told. Plot, grand ideas and even sustained character development come second to the evocation of the most transitory moments of lived experience’. (The Telegraph)

Negen verschillende verhalen met negen verschillende leeftijden, zes verschillende nationaliteiten op locatie in dertien verschillende landen. Mannen die in al hun verscheidenheid eenzelfde zelfdestructieve ingesteldheid delen, die zijn oorsprong vindt in hun diepgewortelde angsten rond mannelijkheid. In hun obsessieve achtervolging van seks en status, tekent Szalay niet bepaald een gezond, laat staan appetijtelijk beeld van de moderne man (van 'wat een man is'):

‘Every character is in crisis, in some crucial way out of sync, yet Szalay grants each a lyrical moment of sensory immersion in the world. It is the resonance of these moments of fleeting transcendence that form the submerged structure of this strange and lucid novel’. (The Telegraph)

David Szalay: Wat een man is, Nijgh & Van Ditmar Amsterdam, 2016, 462 p. ISBN 9789038802541. Vertaling van All That Man Is door Auke Leistra. Distributie: L&M Books

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri