Vertaald proza

BOEKEN NR. 8, SEPTEMBER 2019

Geovani Martins: De zon op mijn hoofd

door Hugo Van Hoecke

Het gebeurt maar zelden dat de achterafbuurten van grote wereldsteden in beeld komen, al zeker niet wanneer verhalen daarover uit de pen vloeien van iemand die de binnenkant ervan lijfelijk heeft ervaren. Zo’n uitzonderlijk iemand is Geovani Martins. Het bandeloze en ronduit gevaarlijke leven in de favela’s van het Braziliaanse Rio de Janeiro met zijn drugs- en geweldcultuur waar niemand enige vat op heeft, vormde de biotoop van zijn jeugdjaren. Pas op zijn vijftiende zag hij hoe een school er van binnen uitzag! Maar zijn schrijftalent bleef niet lang onopgemerkt, hij werd daarin aangemoedigd, en dat leidde goed tien jaar later tot deze eerste bundel korte verhalen. Uiteraard gewijd aan het baldadige leven – helaas ook vaak het óverleven - in de god-noch-gebodsfeer van de Braziliaanse banlieues.
 
De dertien verhalen in deze bundel moeten het niet hebben van ingenieus opgezette plots, uitgedacht zeg maar ter verheerlijking van de branie en het surplus aan testosteron dat de viriele jongerenbevolking in de favela’s van Rio kenmerkt. Integendeel, je zou ze eerder moeten omschrijven als kleurige schetsen van de omineuze sfeer die er het alledaagse leven in een soort wurggreep houdt. Het permanente onbehagen in de stadsrand wordt niet enkel veroorzaakt door het onconventioneel en uitdagend gedrag van het jonge volkje gedreven door zijn allesoverheersende omgang met drugs, maar evenzeer door de weinig efficiënte maar al even overheersende aanwezigheid van een corrupte politiemacht, die hen steevast opjaagt. Het lijkt wel een spelletje voor (half)volwassenen.
 
Opmerkelijk is dat daar op het eerste gezicht – althans toch in deze bundel – weinig bloedstollende drama’s uit voortvloeien. De weliswaar explosieve situaties worden koeltjes neergelegd, meestal zonder brokken, als was de auteur er enkel op uit om te demonstreren : dit is (was) mijn leefwereld. Zo is er het verhaal van een jongen die bij zijn vrienden grote sier maakt met de revolver van zijn vader. Je verwacht een dramatische ontknoping, maar die komt er niet. Wat gebeurt er dan uiteindelijk wél? Volstrekt niets. Dat wijst erop dat het er voor de auteur niet zozeer om gaat spectaculaire toestanden met tragische repercussies in beeld te brengen, maar wel om het ja zelfs meelijwekkende karakter van dit straatgebeuren in de verf te zetten. Hij wil koel - maar beslist niet emotieloos - beschrijven hoe het eraan toegaat in de populaire buurten, die hij van binnenuit kon ervaren en waar hij zelf lange tijd deel van uitmaakte. En waarvan de junkies zélf hopen dat het eenmaal anders wordt.
 
Deze recht-toe-recht-aan-verhalen over wat gemeenzaam ‘probleemwijken’ (doorgaans vergezeld van het epitheton ‘troosteloos’) worden genoemd, beperken zich nochtans niet exclusief tot een deprimerend beeld van de dagelijkse besognes in de stadsrand van Rio. Toegegeven, er worden situaties opgevoerd waar de bezorgde burger vreemd van opkijkt. Maar er zit ook vrolijkheid in verwerkt, naast elementen van kameraadschap en van zuiver genieten: lekker ‘chillen’ op het strand is niet voor niets het thema van het openingsverhaal. Ze getuigen over het wisselende leven in de banlieues zoals het zich daar dag in dag uit ontplooit: tomeloos, frivool en furieus tegelijk.
 
Geovani Martins: De zon op mijn hoofd, Atlas/Contact, Amsterdam 2019, 160 p. Vertaling van O sol na cabeça door Kitty Pouwels. ISBN 9789025453589. Distributie VBK België 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri