Ivan en Ivana,
tweelingbroer en -zus, zijn in Guadeloupe onder de vleugels van hun moeder en hun
oma opgegroeid. Hun vader, een Malinese muzikant, had het hazenpad gekozen,
toen hun moeder zwanger bleek te zijn. Reeds als kind van tien besefte Ivan dat
hij tot het armste deel van de bevolking behoorde, dit doordat een
marktkraamster hem, zijn zus en zijn moeder had uitgescholden voor zwarte
schooiers.
Die
vernederende armoede maakte van hem een opstandige tiener. Ivana, daarentegen,
schermde zich zoveel mogelijk af van onrecht en ander kwaad en hakte zich moedig
een weg door het leven, ook toen zij en haar broer na hun middelbareschooltijd
bij hun vader in Mali kwamen te wonen. Van een katholiek nest belandden ze ineens
in een moslimgemeenschap. Ivana kon er aarden, Ivan niet. Om aansluiting te vinden
bij zijn omgeving, bekeerde hij zich tot de islam. Hij richtte zich in zijn
zoektocht tot de pure, zuivere islam en kwam daardoor al snel in aanraking met fanatici.
Die kregen hem
zover dat hij een aanslag pleegde, waarna er een prijs op zijn hoofd stond en hij
moest vluchten. Ivana was door haar bloedband met hem echter evenzeer in
gevaar. Samen zochten ze hun heil in Parijs. Zij begon er aan een opleiding tot
wijkagent en sloot nieuwe vriendschappen. Ivan slaagde er weer niet in om zich
op een eerbare manier op te werken. Hij bleef overhoop liggen met zichzelf en
de wereld. Met lede ogen zag hij aan hoe Ivana haar eigen boontjes dopte en
almaar verder van hem wegdreef, zeker toen hij opnieuw in het vizier kwam van
jihadisten, die het Westen en het hart van het kapitalisme wilden raken. In
zijn uiteindelijke val sleurde hij zijn zus, die hij meer dan wie ook liefhad,
mee.
De Franse
schrijfster Maryse Condé (1937, Guadeloupe) studeerde literatuur aan de
Sorbonne en verbleef daarna een tijdlang in West-Afrika. Halfweg de jaren
tachtig verwierf ze wereldfaam met haar tweedelige Ségou-epos. Ségou was de hoofdstad van het machtige Bambara-rijk in
Mali, waar aloude tribale tradities in de negentiende eeuw onder druk kwamen te
staan door de oprukkende islam enerzijds en door de Europese slavenhandel anderzijds.
De schrijfster wordt wereldwijd geprezen voor haar meesterlijke evocatie van
dit stukje geschiedenis.
De haar vertrouwde thema’s zoals de tegenstelling tussen
blank en zwart, de jihad alsook kolonialisme en slavernij als uitwassen van de
westerse onderdrukking komen terug in Het
onwaarschijnlijke en droevige lot van Ivan en Ivana. De epische kracht
waarvoor ze in 2018 de alternatieve Nobelprijs voor Literatuur ontving,
ontbreekt evenwel in deze roman. Ivan en Ivana zijn marionetten die door de
schrijfster worden bespeeld. Maryse Condé gooit tal van onwaarschijnlijke
toevalligheden op een hoop en verhaalt op een eenvoudige, weinig genuanceerde
manier over de strijd tussen goed en kwaad.
Ivan begeert geen enkele vrouw meer
dan zijn zus en worstelt daar permanent mee. De hunkering is overigens
wederzijds, maar Ivana kan haar gevoelens voor Ivan makkelijker naar de
achtergrond dringen. Niet alleen met de erotische aantrekkingskracht tussen Ivan
en Ivana gaat Maryse Condé de provocerende toer op. Zo is ook de reactie van de
verteller niet min, wanneer Ivan in Parijs in een vlaag van ontreddering zijn
jonge buurvrouw ruw haar flat in trekt en haar bespringt: ‘Mopperige mensen
zullen erop wijzen dat het een verkrachting was, want zo heet elk
geslachtsverkeer waar niet mee ingestemd is. We zullen daarover niet
discussiëren. Verkrachting of niet, Stella genoot van het plezier dat haar ten
deel was gevallen’.
Deze heel expliciet aanwezige wij-verteller impliceert een publiek van
toehoorders en refereert daarmee aan de West-Afrikaanse griots, hoeders van de
mondelinge overlevering. Zijn ouderwetse toon doet denken aan lang vervlogen
tijden. De roman knoopt echter aan bij de terroristische aanslagen in 2015 en
2016 in Frankrijk en België – Molenbeek is in het verhaal verwerkt.
Maryse Condé toont
aan dat Ivan een slachtoffer is van de omstandigheden, maar ook van zijn
karakter. Hij radicaliseert niet uit overtuiging, hij gehoorzaamt aan de
dictaten van moslimextremisten uit angst en lafheid. Die zwakheden vormen een
explosieve cocktail in combinatie met zijn gespleten verhouding tot zijn eigen
lichaam en met de armoede en sociale uitsluiting waaronder hij lijdt. Hoe hij van
zijn woede en frustratie een heilige oorlog maakt, wordt duidelijk, maar dat
neemt niet weg dat deze in opzet geëngageerde roman bezieling mist door zijn oppervlakkigheid.
Maryse Condé: Het onwaarschijnlijke en droevige lot van
Ivan en Ivana, Orlando, Amsterdam, 2019, 272 p. ISBN 9789493081062.
Vertaling van Le fabuleux et triste
destin d'Ivan et Ivana door Martine Woudt. Distributie Elkedag Boeken
deze pagina printen of opslaan