Als alle privacy verdwijnt
De dikke rosse is niet meer. Eva
Caradec vraagt zich af op welk moment een potentiële moordenaar in een
feitelijke moordenaar verandert en waarom ze zelf dit plan ten uitvoer hielp
brengen. Nochtans behoort zij niet tot het soort mensen dat zich aan dieren
vergrijpt.
Een
huis dat van ons is is de tweede naar het Nederlands vertaalde roman van
de Franse Julia Deck. De ik-verteller Eva richt zich tot haar echtgenoot in de
gevangenis. Ze brengt haar relaas, zoals zij het zich herinnert, van begin tot
eind. Een onthutsend verloop, op enkele maanden tijd, waarvan de dood van de
dikke rosse slechts het begin was.
Om haar relaas te funderen, keert Eva terug in de tijd,
naar het moment waarop Charles besloot om niet meer met de auto te rijden. Hij
wilde een rigide, milieubewuste levensstijl. Ook Eva wenste meer ruimte en
groen. Het echtpaar, vijftigers, verhuisde van hun appartement in het centrum
van Parijs naar een huis met tuin in een nieuwe ecowijk buiten de stad.
Een week na de intrek
van de Caradecs in de nieuwe wijk arriveerden hun buren. Ongegeneerd palmden de
Lecoqs de parkeerplaats voor hun huis in en vrijwel meteen belde Annabelle aan,
baby op de arm. De Caradecs, verbouwereerd door zoveel opdringerigheid, raakten
bevangen door een gevoel van ontworteling en een diepe vertwijfeling over hun o
zo rooskleurige verhuis. De Lecoqs hielden van feestjes en gezelligheid. Met
barbecues en rommelmarkten palmden ze de hele wijk in. Roddel en bemoeizucht
gedijden er overigens uitstekend: een regelrechte hel voor de discrete,
teruggetrokken Caradecs, die zich begluurd, bespied, geïntimideerd voelden.
Toen kregen ze de dikke rosse van de Lecoqs in het oog.
Wanneer de eerste crisis ten
huize Caradec uitbrak, was buurvrouw Annabelle er als de kippen bij, met
gespitste oren en wijdopen ogen. Gesmoes en gegiechel in de straat. Eva
besefte: 'niets zou hier verborgen blijven'. Nooit waren ze nog alleen. Terwijl
Eva wanhopig probeerde enkele contacten met andere buren aan te knopen en
dwangmatig goudsbloemen verpotte, sloeg Charles het allemaal cynisch gade of
verhoogde zijn doses medicatie, trok een laken over zijn hoofd en hield zich
dagenlang schijndood.
Tevergeefs. Het roddelcircuit in de buurt werkte feilloos,
in tegenstelling tot het ondergrondse verwarmingssysteem op hernieuwbare
energie. De straat werd opengegooid. Van 's ochtends tot 's avonds drongen
helse geluiden van graaf- en boormachines het huis van de Caradecs binnen. De
Lecoqs lieten een nieuw terras aanleggen en de betonmolen in hun tuin zorgde
voor de nodige overlast. Een laagje wit stof bedekte het frisgroene gazon van
de Caradecs. Tot overmaat van ramp gaven de Lecoqs een feestje tot diep in de
nacht, waarvoor iedereen in de straat, behalve Eva en Charles uitgenodigd
waren.
'Hoe
harder we ons op iets anders probeerden te concentreren, hoe dieper de herrie
in ons gehoorgang binnendrong, dwars door de oordoppen heen, om onze
trommelvliezen te doorboren en door ons hoofd te beuken.' De Lecoqs hadden een
uiterste grens overschreden. Misschien zou alles anders gelopen zijn als tegen
het ochtendgloren niet de dikke rosse van de Lecoqs op de balkonleuning van de
slaapkamer was verschenen.
Na de gruwelijke gebeurtenis kantelde alles. Wat het meest
ondenkbaar leek, gebeurde. En zij, Eva, had daar alle schuld aan. Enkele dagen
later verdween Annabelle spoorloos en gingen de poppen echt aan het dansen.
Julia Deck
schreef een sterk, duivels verhaal, waarin ze onverbiddelijk het dunne laagje
van de geciviliseerde mens afpelt en de complexiteit van relaties in een
besloten gemeenschap toont. Een huis dat van ons is legt een
huiveringwekkend sociaal spel bloot, beheerst door roddel, afgunst en
wraakzucht. Maar het verrassende van deze roman is wat uiteindelijk nóg
bepalender blijkt voor het verloop der gebeurtenissen: het taboe. Wanneer het
lang verzwegene aan de oppervlakte verschijnt en als een etterbuil openbarst,
gaan de sluizen van de hel onherroepelijk open.
Julia Deck: Een huis dat van ons
is, Vleugels, Bleiswijk 2020, 128 p. Vertaling van Propriété privée door Katrien
Vandenberghe. ISBN 9789493186002
deze pagina printen of opslaan