Cas van Houtert schreef al eerder historische
non-fictie met zijn biografie van Frederik II (Het weergaloze bestaan van keizer Frederik II – IJzer, 2016) en de thematische geschiedenis Middeleeuwers tussen hoop en vrees (IJzer 2015). Met Dichters leiden de dans. Liefde in de middeleeuwen geeft
hij een vervolg aan zijn boek De kerk waakt in de slaapkamer (IJzer 2019). Zoals de titels
suggereren geeft hij in het eerste deel zicht op opvattingen over liefde in de
middeleeuwen vanuit een kerkelijk standpunt, terwijl te verwachten valt dat in
zijn nieuwste boek juist de visie op liefde in literatuur centraal staat. Het
is dat Van Houtert zijn boek in de twaalfde eeuw laat beginnen, anders zou je
kunnen stellen dat hij de concurrentie aangaat met Herman Pleij, die eerder dit
jaar Oefeningen in genot. Liefde en lust in de late
Middeleeuwen liet verschijnen
Het eerste wat opvalt aan Dichters leiden de dans
is dat het boek ontzettend lekker leest. De schrijfstijl van Van Houtert zorgt
ervoor dat je in het boek gezogen wordt en verder wilt lezen, alhoewel het grammaticaal
niet altijd klopt. Het is een grote verdienste om het verleden op deze manier
tot leven te brengen. Er zijn maar weinig non-fictie auteurs die dit gegeven
zijn. Van Houtert kan op dit vlak vergeleken worden van Bart Van Loo en Frits van Oostrom.
Helaas houdt de vergelijking met
deze grote namen bij de schrijfstijl op. Ik mis in het boek vooral een kader om
duidelijk te maken wat de doelstelling is. Waar gaat het boek nu over? Wat wil
de schrijver duidelijk maken over liefde in de middeleeuwen? In plaats van de
verhalende inleiding had ik graag een meer informatieve inleiding gezien waarin
de these van het boek duidelijk wordt gemaakt. Waar wil de schrijver het over
hebben? Welke periode? Welke regio? Welke casussen gebruikt hij hiervoor en
waarom? Gaat het om literatuurgeschiedenis en het beeld van de liefde in hoofse
romans, liederen en andere literaire teksten? Of gaat het om een geschiedkundig
werk en de omgang met een concept als liefde in de hogere stand? Een concept
als ‘liefde in de middeleeuwen’ is te groot om in 450 bladzijden besproken te
worden en het afbakenen van het onderwerp is dus onontbeerlijk.
Door het ontbreken
van afbakening en these mist het boek focus. De verschillende hoofdstukken zijn
losse flodders waarin geen rode draad zit én die niet altijd verband houden met
de titel van het boek. Het begint inderdaad met dichters, zoals hertog Willem
IX van Aquitanië, verschillende troubadours en Chrétien de Troyes. Meeslepend
beschrijft Cas van Houtert leven en werk van deze dichters. Vervolgens laat de
schrijver zich meesleuren door politiek. Hij wijdt uit over Eleonora van
Aquitanië en vervolgens over keizer Frederik II. Hij gaat maar liefst drie
hoofdstukken in op de Heilige Roomse Keizer Frederik II, waarvan alleen in het
laatste hoofdstuk specifiek aandacht is voor zijn geliefden. We lezen veel over
strijd, kruistochten, huwelijkspolitiek en buitenechtelijke kinderen. Maar wat
zegt dat over liefde in de middeleeuwen? En hoe houdt dit verband met de
dichters die de dans leiden? Frederik II is sowieso de favoriet van Cas van
Houtert, zoals blijkt uit zijn biografie over deze keizer. Het moet ook zeker
gezegd worden dat hij er goed en gepassioneerd over kan schrijven.
Na zijn politieke en
geschiedkundige uitspatting komt Van Houtert weer terug bij de literatuur met
de Decamerone van Boccaccio, The Canterbury Tales van Chaucer en
last but not least De stad der vrouwen van Christine de Pisan. Van
Houtert geeft interessante samenvattingen van deze werken die zeker prikkelen
om ook het origineel (opnieuw) te lezen, maar hier is helaas weinig
bespiegeling. De auteur geeft niet weer wat deze werken ons kunnen vertellen
over liefde in de middeleeuwen. Het boek blijft hangen bij de feiten en neemt
niet de stap naar interpretatie. Daardoor blijft het gissen naar wat Van
Houtert wil laten zien of wil aantonen met zijn werk. Als er al een
interpretatie wordt gegeven, gaat die volgens mij te ver. Zo wordt Christine de
Pisan neergezet als de eerste feministe, wat een anachronisme is.
Cas van Houtert heeft
zeker schrijftalent, en kan mooi en meespelend vertellen over het verleden. Dat
maakt het gebrek aan een rode draad in het verhaal en het gebrek aan een
interpretatieve laag des te spijtiger. Hier was veel meer te halen geweest en
dat is iets dat ik niet alleen de auteur aanreken, maar zeker ook de redacteur.
Zoals andere schrijvers laten zien hoeven een duidelijke afbakening en een
interpretatieve laag niet ten koste te gaan van de leesbaarheid van het boek.
Cas van Houtert,
Dichters leiden de dans. Liefde in de middeleeuwen, IJzer, Utrecht 2020, 444 p.
ISBN: 9789086842032. Distributie EPO
deze pagina printen of opslaan