Non-fictie

BOEKEN NR. 8, OKTOBER 2022

Tijs Goldschmidt: Wolven op het ruiterpad. Over mensen en andere roedeldieren

door Jo Vanderwegen

Jarenlang al verblijdt bioloog Tijs Goldschmidt de lezer met essays over zijn bevindingen in de natuur. Maar het domein dat Goldschmidt bestrijkt loopt veel verder dan dat. Als geen ander weet hij moeiteloos ontdekkingen in de natuur te verbinden met kunst, cultuur en literatuur. Hij maakt wetenschap toegankelijk voor de lezer, schrijft boeiend en beeldend, kortom, een auteur om te blijven volgen.  

Met Darwins hofvijver (Prometheus 1994) brak Goldschmidt zelfs internationaal door: het boek werd vertaald in onder meer het Chinees, het Engels, Duits, Frans, Japans en het Pools. Voor zijn werk als onderzoeker aan de universiteit beschreef hij als een van de eersten wat exoten kunnen aanrichten bij inheemse fauna – in dit geval de cichliden in het Victoriameer in Tanzania. Hij woonde en werkte er jarenlang. Het proces, dat hij ook voor een groter publiek toegankelijk maakte via zijn boek, zou baanbrekend blijken in de wetenschap. Ook zijn volgende bundel Oversprongen (Prometheus 2000) werd ruim geprezen; hij ontving er in 2001 de Jan Hanlo Essayprijs voor.
 
In Wolven op het ruiterpad verzamelde Goldschmidt de stukken die hij in diverse media publiceerde. Veel van de teksten kwamen tot stand tijdens de (start van de) corona-epidemie. In een begeleidend schrijven legt de auteur uit dat hij ze bewust niet actualiseerde om de onzekerheid die er vooral aan het begin van de pandemie heerste, voelbaar te houden. Ook nu weer slaagt Goldschmidt erin boeiend te blijven tot de laatste bladzijde. Dat is dankzij de beeldende taal, maar ook door de keur aan onderwerpen, zoals de Mosasaurus of de biografische schets over de paleoantropoloog Eugene Dubois uit Eijsden (Nederland) die voor de Tweede Wereldoorlog op zijn Limburgse landgoed wetenschappelijk onderzoek deed, soms zelfs door in zijn vijver omheen de door zijn assistent voortgepeddelde roeiboot te zwemmen.
 
Zijn teksten zijn gebed in onze huidige wereld, met aandacht voor maatschappelijke trends en evoluties; tegelijkertijd zijn ze persoonlijk omdat Goldschmidt nu en dan anekdotes uit zijn eigen leven aanhaalt. Ook verwijst hij graag naar werk van bijvoorbeeld Charles Dickens of Peter Handke en af en toe naar eigen geschriften. Geregeld leidt dat tot poëtische ontboezemingen en scherpe observaties, zoals het pareren van kritiek op de keuzes die de modeontwerper Walter van Beirendonck maakte in zijn werk. En wat fijn dat Goldschmidt de Anathema’s van de Nederlandse auteur Rudy Kousbroek nog eens uit de vergetelheid opvist; in het essay Een brein met voorwielaandrijving gaat Goldschmidt uitgebreid in op de diverse thema’s (gaande van oldtimers, het geloof van vogels, de literatuur van Dick Hillenius of de schilderkunst van Yves Klein) die Kousbroek in zijn werk bespreekt en roemt daarbij diens lucide stijl.
 
Wolven op het ruiterpad nodigt bovendien uit tot verder lezen, dankzij de uitgebreide lectuurlijst. Twee zeer mooi verzorgde (en geannoteerde) fotokaternen met afbeeldingen gaande van biologische vondsten tot een schilderij van Marlene Dumas, illustreren de tekst. Het register completeert deze must-have voor iedereen die van ver of van dichtbij in wetenschappen geïnteresseerd is. Tijs Goldschmidt is een uitmuntende gids.
 
Tijs Goldschmidt: Wolven op het ruiterpad. Over mensen en andere roedeldieren, Athenaeum, Amsterdam 223 p. ISBN 9789025312039. Distributie L&M Books

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri