Joke van Leeuwen is een begenadigd
taalkunstenaar. Die enorme taalbeheersing en virtuositeit heeft zij
gedemonstreerd in haar vele kinder- en jeugdboeken, maar net door die roem
dreigt haar poëzie voor volwassenen onopgemerkt te blijven. Met de bundel Levenslust
– die opmerkelijk genoeg in deze nieuwe uitgave onvermeld blijft – schreef Joke
van Leeuwen een lang, lyrisch-episch gedicht dat bruiste van de vitaliteit, met
een sprekend ik dat aandacht en meeleven toonde voor alles uit de omgeving.
Diezelfde
intense levenservaring komt ook naar voren in de nieuwe bundel Aan tafels. Een gedicht. Tafels zijn een
symbool van vereniging, samenzijn en samen praten, gedachten en herinneringen
uitwisselen. Het zijn objecten die zowel de intimiteit van geliefden en
gezinnen als het feestgedruis of de politieke toespraak hebben meegemaakt. Het
zijn vooral stille getuigen die het verleden en het heden in één doorlopende
stroom van indrukken verenigen. In die zin nodigt Van Leeuwen alles en iedereen
uit die haar bestaan heeft gekleurd. Overigens blijven die tafels relatief vaag
en onbestemd, want de illustraties (van de hand van de dichter) laten alle
stoelen zien, die zich levend kronkelen, buigen en rollen over de bladzijden.
Alleen al daardoor wordt de traditionele scheiding tussen het levende en het
levenloze opgeheven.
Belangrijk is wel hoe van bij het begin de klemtoon ligt op de mentale energie
van de ik-figuur: zij is het die ‘denkt’, ‘verbeeldt’, ‘oproept’ en ‘verzint’.
Zij is het ook die als dichter creatieve beelden en associatieve sprongen
aanbrengt, die de leeservaring onophoudelijk ontregelt en een volstrekt eigen
wereld creëert van woorden. Die ik heeft een springerige identiteit doordat zij
weigert samen te vallen met een of ander vaststaand beeld. Zij springt van hier
naar daar, van nu naar toen of straks. Haar mentale vermogens brengen allerlei
vormen van gelijktijdigheid tot stand. Tegelijk met de vele herinneringen, vaak
gestimuleerd door de aanwezigheid van objecten die het verleden oproepen, zijn
er verwijzingen naar onrust in de stad, naar smetangst en isolatie, naar
migratie… Die onrust is niet vreemd, maar het ik ziet er ook een nieuwe bron in
van mogelijkheden: zelfs het verlies wordt meegedragen als een soort van
innerlijke winst. In die zin is deze bundel er geen van een heimweevol
verlangen naar vroeger, wel integendeel. Joke van Leeuwen weet uit alles
vitaliteit te putten, en haar enthousiaste wilskracht werkt bijzonder
aanstekelijk op de lezer.
De ontregeling van de
verbeelding zet zich voort in de ontregeling van de taal: veel zinnen zijn half
af. Daarenboven vragen deze gedichten ook iets van de lezer; die moet
verwijzingen via beelden achterhalen (maar vaak gaat het om doodgewone
voorwerpen, zoals een computerscherm) en zich overgeven aan de soms chaotische
verbeeldingswereld van de auteur. Tegelijk is die chaos slechts schijn, want
deze poëzie is geschreven met een haast mathematische principe: elke regel
varieert maar even in lengte, en elke bladzijde telt hetzelfde aantal regels.
Joke van Leeuwen is hier even briljant als in haar vorige bundel, en dat wil
wel wat zeggen.
Joke van Leeuwen: Aan tafels.
Een gedicht, Querido, Amsterdam 2022, 71 p. : ill. ISBN 9789021469751. Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan