Anna van Praag koos begin jaren 2010 (met Kom
hier Rosa – Lemniscaat 2012) voor een wat oudere doelgroep en het lijkt
erop dat dit haar het beste ligt. Er zitten wel nog wat elementen van de
traditionele plotopbouw voor 9-plussers in haar nieuwe roman Jona. De
basis is een groepje (wel pubers, eindexamenleerlingen havo) dat in goeie
harmonie, met nu en dan een crisisje, een geheim ontraadselt. Dat het boek in
geen enkel opzicht ouderwets aanvoelt, komt door de sterke plotopbouw, de
wisseling in perspectief waarin nergens herhaling van een scène optreedt en de
heldere, diepgaande typering van de drie hoofdpersonages, de klasgenoten Jona,
Elin en Lucas én Jona’s vader. Echt eigen karakters zijn het, met de meeste
ontwikkeling bij Jona, niet voor niets de titelpersoon. Elin is vanaf het begin
al een vrij stabiele figuur, met een prettige thuissituatie, maar op school
valt ze buiten de groep bepalende meisjes. Lucas is zijn eigen laconieke zelf,
die ondanks zijn reserves geniet van de onverwachte samenwerking.
De thuissituaties
zijn zeer verschillend. Elin is de dochter van twee vrouwen, Lucas is de
geadopteerde zoon van twee wel- en ruimdenkende, hartelijke intellectuelen en
Jona de zoon van een starre weduwnaar. Elin en Lucas hoeven zich niet erg af te
zetten tegen hun ouders, hoewel de schrijfster wel geraffineerd kleine
dingetjes laat zien. Bij Elin bijvoorbeeld dat ze bij Lucas gewone lasagne eet,
terwijl er thuis veganistisch gegeten wordt. Wat ze gemeen blijken te hebben, zo
constateren ze op een bepaald moment, is dat ze alle drie van vreemd zaad zijn,
zoals ze dat noemen: Elin van een onbekende Deense donor, Lucas van onbekende Colombiaanse
ouders en in het verhaalheden ontdekken de drie (vooral dankzij het speurwerk
van Elin) dat Jona’s vader niet zijn biologische vader is.
Dat die uiteindelijk wel
gevonden wordt, is de bijvangst van het profielwerkstuk dat Nederlandse havisten
voor hun examen moet inleveren en presenteren, samen met een ander of anderen.
Het is het beginmotief van het verhaal. In een moedig, en naar hij later meent,
onbezonnen moment, heeft Jona als voorstel ingeleverd: een onderzoek naar de
herinneringen van zijn dementerende, lieve oma Sara, die het de laatste tijd nu
en dan heeft over een liefde met de naam Simon. Dat is niet de naam van haar overleden
man. Jona’s mentor, de gaaf getypeerde Frank de Vreede, is enthousiast en
heeft, laten we zeggen: in een moment van helderziendheid, Jona gekoppeld aan
Lucas en Elin. Hoewel Jona met enige regelmaat naast Lucas zit, zijn ze geen
maatjes. Met Elin heeft hij helemaal geen contact. Elin schrikt zich rot, en
probeert onder deze samenwerking uit te komen, tevergeefs. Lucas vindt het
allemaal best, hij zal zorgen voor de filmopnames als ze oma (en anderen)
interviewen. Tot hun verbazing klikt het eigenlijk meteen en op de bekende
crisis na loopt het onderzoek op rolletjes. Ze spreken deskundigen, en
natuurlijk oma. De grootste tegenwerking ondervinden ze van Jona’s vader,
Michaël, die een fel tegenstander is van ‘het zinloos wroeten in het verleden’.
Aanvankelijk ook van een vriendin van oma, Rebecca, maar die verandert in een
helper.
Jona’s wereld is klein, hij
woont met zijn vader Michaël in een klein huis op een hofje, tegenover zijn
oma. Zijn moeder (Miriam) is verongelukt toen hij vijf jaar oud was. Al aan de
namen kun je zien dat het bij Jona om een joods milieu gaat. Michaël gaat niet
meer naar de synagoge maar hij leeft nog wel heel sterk naar de rituelen: de
feesten vieren, en elke morgen samen met Jona de gebeden zeggen. Hij is een
harde man, die zijn later verongelukte vrouw in een keurslijf dwong dat ze niet
aankon. Foto’s ontbreken, muziek is taboe, vrienden in huis halen: liever niet.
Hij beschuldigt Jona zelfs van een soort aandeel in de dood van zijn moeder:
als hij er niet geweest was, leefde ze nog. Zij hield helemaal niet van hem,
zegt hij ook nog. Het liefst zou hij morgen nog naar Israël verkassen.
Dankzij het onderzoek
gaat Jona’s wereld open. Elin en Lucas delen hun muziek met hem, hij ontdekt
zelf de muzieksmaak van zijn moeder via haar agenda’s, hij gaat piano spelen
(niet thuis, uiteraard). De vader en moeder van Lucas voelen als tweede ouders,
door hun aandacht, bijvoorbeeld, en door hun ruimte voor open gesprekken, creativiteit
en muziek. De omgang met Lucas en Elin brengt verwarrende gevoelens bij Jona
boven, eigenlijk is hij op allebei wel enigszins verliefd. Zij plagen hem een
beetje met de extra aandacht die hun homoseksuele mentor voor hem heeft.
Kortom: na het onderzoek is er sprake van een heel andere Jona. Bij Lucas en
Elin is er ook wel wat gebeurd, maar wat minder heftig.
Anna van Praag haalt dus wel
heel veel overhoop. Er is om te beginnen de nasleep van de Tweede Wereldoorlog,
over Jona wordt zelfs – met een knipoog naar een uitspraak van Harry Mulisch --
gezegd dat hij, door zijn familiegeschiedenis, die oorlog is! Eerste
verliefdheid, een homoseksuele mentor, twee vrouwen als ouders,
hypersensitiviteit (bij Elin), schuldgevoelens, de dood en het gemis van een
ouder, een repressieve ouder, joodse gebruiken, de liefdevolle relatie
kleinzoon-oma, informatie over de werking van het geheugen en het omgaan met
geheimen, het vieren van feesten, de rol van muziek en ook nog (mooie)
verhaalmotiefjes als ‘niet zielig doen’ en hoe het zit met vriendschappen van
je oma en opa. Maar goed, je kunt natuurlijk ook stellen dat er, als je drie
pubers als hoofdpersonages hebt, nu eenmaal van alles langskomt.
Het is knap dat
ondanks deze volheid van elementen en motieven de spanning nergens inzakt. Met
het oog op identificatie, is het ook goed dat er alleen vanuit de drie pubers
verteld wordt. In het geval van Jona maakt het scherp duidelijk dat het nu wellicht
een keer klaar mag zijn met de enorme verwerkingslast die de drie generaties
voor hem alsmaar doorgeven als het om de Tweede Wereldoorlog gaat. Kennis
daarover en begrip ervoor, jazeker, maar niet het opleggen van schuldgevoelens.
Na het slot
herhaalt de opmaakredactie de goed gekozen foto van het voorplat (het boek
begint met een ‘negatief’ daarvan), met daarna nog een dubbelpagina in zwart.
Op zich stijlvol, maar dit ‘rouwrandje’ past niet echt bij het positieve gevoel
van het eind.
Anna
van Praag: Jona, Lemniscaat, Rotterdam 2023, 266 p. ISBN 9789047715184
deze pagina printen of opslaan