8+ - Was er al een vergelijkbaar boek over dieren in de nacht? Niet
specifiek. Het nachtleven van de dieren komt hier en daar zijdelings aan de
orde, bijvoorbeeld in de boeken over dieren van Bibi Dumon Tak en Joukje
Akveld. Er zijn wel een paar recente prentenboeken, waaronder enkele
interactieve. Hierin worden soms wat feiten gepresenteerd, zoals in Als de zon ondergaat en de hamster haar hol verlaat: 15 grappige rijmpjes
over nachtdieren (Fontaine 2019) van Iris Schürmann-Mock. En er is natuurlijk
het wonderschone Middenin de nacht van Toon Tellegen en Mance Post. Met net zo’n onderzoek naar de nachtkleuren
blauw en zwart als in dit boek.
Die kleuren in Hoe droomt een
giraf? zijn in het algemeen tamelijk hard, ook doordat er nogal wat dieren
in rondlopen die leven in zee of het poolgebied. Het boek begint met een aantal
interessante weetjes op het gebied van het slapen: ‘Ogen dicht en dan…?’ Wat
gebeurt er allemaal? Van alles: dromen, energie tappen, herinneringen en
leermomenten opslaan. Wij mensen slapen vooral ’s nachts, maar een heleboel
dieren, zal in de rest van het boek blijken, niet. Bijvoorbeeld omdat het ’s
nachts aangenamer is qua temperatuur, of veiliger. Sommige dieren slapen in een
holletje, maar je hebt er zat die staande slapen of al vliegend.
Over die slaapplek
gaat het laatste hoofdstuk: ‘Knus of luchtig?: Dierenslaapkamers’. Ook hier
veel variatie: ondersteboven, in een soort stapelbed (bijen) of in een echt
slaapnest zoals bij de orang-oetans.
Daartussen komen dertien dieren aan de orde, ze krijgen elk
twee pagina’s: een rustige eerste bladzij, met niet meer dan een korte typering
en veel ruimte voor een treffende illustratie van het dier in het leefgebied.
Op de tweede pagina staan dan drie of vier tekstblokken met informatie over hoe
het dier slaapt, hoeveel het slaapt, of het ook droomt, wat het eet en in welk
deel van de nacht het jaagt.
Een voorbeeld: de lynx. In de introductie komen we te weten
dat het beest enorm goed kan zien en horen, over flinke afstanden. Hij heeft
een geweldige schutkleur, zoals je op beide pagina’s kan zien, vooral op de
eerste: zijn gevlekte pels lijkt sprekend op de besneeuwde dennenbomen naast
hem. Hij bespringt ‘s nachts zijn prooi en als hij mist, geeft hij het meteen
op, hij gaat er niet achterna lopen rennen. Wat hij niet op kan, verstopt hij.
Dromen doet hij kennelijk niet, althans, daar horen we niks over (daarvoor moet
je bij de octopus zijn, of de giraf).
Allemaal aardige informatie, echt
iets voor een nieuwsgierige 8- tot 10-jarige (ook voor volwassenen valt er veel
te leren, trouwens), die sowieso vaak geïnteresseerd is in informatie (over
dieren). Wat komt er zoal aan de orde? Hoe een vleermuis zo lang op z’n kop kan
slapen, hoe je vliegend kan slapen, dat je met je voeten kan horen, dat een
walvisbaby, in tegenstelling tot een mensenbaby, juist weinig slaapt en waarom,
welke dieren dromen, het verschil tussen moeder- en vaderspookdiertjes als er
geslapen gaat worden, hoe dieren slaap inhalen.
De auteur vertelt tamelijk
zakelijk, maar tegelijk wel enthousiasmerend. Eén keer veroorlooft ze zich een
poëtisch beeld: ‘Daarom kunnen ze [fregatvogels] dromen terwijl ze vliegen,
terwijl wij alleen kunnen vliegen in onze dromen…’ Nergens vervalt ze in gewild
populair doen; ‘superlang’ of ‘superslim’, een uitroepteken, dat is het wel zo
ongeveer. Hetzelfde zou je kunnen zeggen van de illustrator. Ze geeft elk beest
krachtig en trefzeker weer, goed geplaatst in het landschap; voor humor,
spektakel en gekkigheid is geen plaats. Nou, vooruit, een enigszins vertederend
bundeltje licht op het hoofd van de tijger (voor de rest kijkt hij/zij je min
of meer dreigend aan) en een keer blikseminslag. Mooi zijn de twee pagina’s
kruisspin, net als de eerste van de walvis: de hele linkerpagina is diepzwart,
rechts doemt uit het zwart de walvis blauw op. De beelden zijn dus vooral
rustig, zie ook het geslaagde voorplat, een kind zal er in elk geval niet angstig
van worden. De teksten zijn net zo helder afgedrukt als de illustraties, in een
witte of zwarte letter, al naar gelang de ondergrond; tekst en beelden zitten
elkaar niet in de weg. Een enkele keer past de tekst zich mooi aan aan de vorm
die de illustrator vrij houdt, zoals bij de uil en de inktvis.
Kortom: een helder,
doeltreffend en hier en daar fraai geïllustreerd boek met verrassende en
interessante feiten uit het dierenrijk, aangesneden op de weetgierigheid van
8-plussers.
Beatrix Mannel, Karolina Benz:
Hoe droomt een giraf? Wat dieren doen als jij gaat slapen, Ploegsma, Amsterdam
2023, 72 p. : ill. ISBN 9789021684277. Vertaling van Wer schläft, wer wacht in
der Nacht door J.P. de Keizer. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan