Autoriteit
Jack Zipes is geen onbekende in deze rubriek rond
vakliteratuur over jeugdliteratuur. Eerder al verscheen hier een recensie van
zijn boek The Brothers Grimm. Maar het is geen toeval dat deze professor van de
Universiteit van Minnesota een tweede keer opduikt: op het gebied van sprookjes
is Zipes nog steeds de grote autoriteit. In 2002 werd daarom één van de eerste
studies van Zipes heruitgegeven, Breaking the Magic Spell.
Revolutionaire kracht
De eerste editie van Breaking the Magic Spell verscheen al
een kwart eeuw geleden, in 1979. Hierin toonde de jonge Zipes zich van zijn
radicaalste kant, namelijk als overtuigd marxist. Ook in zijn latere werken zal
deze politieke overtuiging doorschemeren in zijn literaire interpretaties, zij
het op een minder expliciete manier. Volgens Zipes bezitten de oude
volkssprookjes een revolutionaire kracht: door dit genre kreeg het gewone volk
een stem om hun frustraties en wensen in een prekapitalistische maatschappij te
verwoorden.
Hoop van het volk
Volgens Ernst Bloch geeft het sprookje uitdrukking aan de
hoop van het volk: vaak wordt het hoofdpersonage aan het begin van het sprookje
uitgebuit of vernederd, maar neemt hij of zij daarna het lot in eigen handen.
Denk bijvoorbeeld aan Hans en Grietje, twee kinderen die bijna omkomen van
honger. Hongersnood was niet ongebruikelijk in de achttiende en negentiende
eeuw en voor arme mensen was de beginsituatie van dit sprookje dus zeker
herkenbaar. Doordat Hans en Grietje zo moedig en vindingrijk zijn, kunnen de
kinderen niet alleen zichzelf, maar ook hun ouders van de armoede redden. Het
gelukkige einde biedt hoop en troost voor mensen die het zelf moeilijk hebben.
Samenhorigheid
Volgens Zipes is het volkssprookje ook om een andere reden
belangrijk voor arme mensen zonder macht. In de mondelinge vertelcultuur
zorgden de sprookjes immers voor een gevoel van samenhorigheid tussen mensen
uit de lage sociale klassen.
Subversieve kracht
Maar de subversieve kracht van het volkssprookje werd en
wordt volgens Zipes vanuit verschillende hoeken beperkt. Vele mensen moeten het
in zijn boek ontgelden. De Gebroeders Grimm, bijvoorbeeld, omdat zij het
volkssprookje teveel aanpasten aan de burgerlijke moraal van hun tijd.
Aartsvijand Disney
Maar aartsvijand nummer één is en blijft Walt Disney als
vertegen-woordiger van het Amerikaanse kapitalisme: door de sprookjes in te
passen in zijn commerciële machine probeerde Disney elke subversieve kracht te
onderdrukken. Verbeelding en zelfstandig denken worden niet meer gestimuleerd,
elke creativiteit wordt de kop ingedrukt.
Bettelheim
Een andere aanval van Zipes is gericht tegen Bruno
Bettelheim, de psychoanalyticus die naam en faam maakte met Het nut van
sprookjes. Zipes beschrijft hoe Bettelheim veel van zijn experimenten verzon en
zijn theorie plagieerde van andere denkers. Bovendien beweert Bettelheim dat
hij inzicht heeft in het onbewuste van kinderen, iets wat Zipes helemaal in
twijfel trekt.
Hedendaagse fantasy
In de nieuwe versie van Breaking the Magic Spell uit 2002
werd één hoofdstuk toegevoegd, over hedendaagse fantasy zoals Harry Potter en
Philip Pullman. Over Potter is Zipes niet bepaald enthousiast, over Pullman
wel.
Gedateerd
De rest van het boek bleef grotendeels ongewijzigd, en dat
merk je al snel. Zipes is erg rechtlijnig in zijn marxistisch denken, en
daardoor lijken sommige hoofdstukken sterk gedateerd. Hij ziet het marxisme als
een manier om verdekte ideologieën in de maatschappij en de literatuur te
ontmaskeren, maar lijkt hierbij te vergeten dat het marxisme zelf een ideologie
is. Ook Zipes beperkt immers de vele interpretatiemogelijkheden die het
sprookje in zich draagt, iets wat hij andere denkers verwijt. Net zoals je je
als kijker beter niet teveel laat meeslepen in de zeemzoete wereld van Walt
Disney, moet je ook als lezer steeds kritisch blijven bij de radicaal
marxistische interpretaties van Jack Zipes.
Jack Zipes
: Breaking the Magic Spell: Radical Theories of Folk & Fairy Tales, Kentucky: University
of Kentucky Press, 2002, 278
p. ISBN 0813190304
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswelp 2002
deze pagina printen of opslaan