Peuters en kleuters

JEUGDBOEKEN NR. 5, NOVEMBER 2015

Ross Collins: Er zit een beer op mijn stoel

door Katrien Maris

4+ - Muis heeft een probleem. Hij heeft maar één stoel in huis daarop zit een dikke ijsbeer. Muis wil zelf op de stoel zitten en doet alles wat hij kan om de ijsbeer eraf te krijgen. Eerst duwt hij hem een paar keer. Dan klimt hij op een trap en schreeuwt tegen de indringer. Muis probeert hem zelfs naar zijn hol te lokken met een peer. Maar wat hij ook probeert, de ijsbeer negeert hem en blijft onverstoorbaar op de stoel zitten. Opeens beseft Muis dat die ijsbeer het recht heeft om zich zo te gedragen, omdat hij een beschermde diersoort is. Dat is de spreekwoordelijke druppel: Muis wordt woest en vertrekt. Voor de ijsbeer is de lol eraf zonder tegenstrever en hij gaat terug naar zijn iglo. Groot is zijn verbazing als hij Muis daar in zijn bed aantreft.
 
Dit verhaal schetst een terugkerend probleem in elke kleuterklas. Een stuk speelgoed wordt veel aantrekkelijker als je er met twee om wedijvert. Wanneer één van beide partijen de strijd staakt, verliest dat speelgoed zijn aantrekkingskracht en ligt het verlaten in een hoekje. Vaak ontstaat daarna een nieuwe strijd, met een ander object als inzet. De tekst op rijm geeft het verhaal een extra humoristisch tintje. Het rijm zorgt bovendien voor een prettig (voor)leesritme, zoals we dat van een vertaling van Bette Westera mogen verwachten. Veel zinnen rijmen op ‘beer’. Zo wordt ook in de klanken duidelijk dat de beer haast alle mentale ruimte in het hoofd van Muis inpikt. Wanneer de ijsbeer in zijn iglo aankomt, wordt de situatie mooi gespiegeld en rijmt de zin op ‘muis.’ Nu zit het hoofd van de ijsbeer barstensvol muizenissen. Het eenvoudige taalgebruik is afgestemd op jonge kleuters. Er zijn enkele woorden, die niet meteen tot hun basiswoordenschat behoren(negeren, hork, een beschermde beer, sfeer), maar binnen de context van het verhaal en met een beetje hulp van volwassenen worden ze snel duidelijk.
 
Muis en de ijsbeer worden meestal lijnrecht tegenover elkaar getekend op een dubbel blad. De achtergrond is effen en heeft in elke illustratie een andere kleur. Naast het duo zelf worden enkel de attributen die ze in hun strijd gebruiken afgebeeld. De tekeningen zijn met heldere, gevarieerde tinten ingekleurd. De prenten maken geen overladen indruk, zodat de kleuters zich kunnen focussen op de hoofdzaak: twee individuen die allebei hun slag willen thuishalen op hun manier. Ze zullen smullen van de humoristische details, zoals bijvoorbeeld de prent van de ijsbeer die ontspannen op zijn smartphone zit te tokkelen Wanneer Muis explodeert heeft zijn getergde snoet met wijd opengesperde mond en dichtgeknepen ogen haast iets menselijks. De rode achtergrondkleur weerspiegelt zijn humeur perfect, net als de extra grote witte tekst die de hele bladzijde vult. Kleuters hoeven die letters niet te kunnen lezen om te begrijpen Muis hier écht boos is. Elke kleuter zal zich stilzwijgend in dit tweetal herkennen, nu eens in Muis, dan weer in de ijsbeer. Minder evident is het om die egocentrische trekjes bij jezelf ook openlijk toe te geven.
 
Haarlem : Gottmer, 2015, [28] p. : ill. Oorspr. titel: There's a bear on my chair. ISBN 9789025760717
 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri