15+ - In 2009 vierde
Rindert Kromhout zijn dertigjarig literaire jubileum. Uitgeverij Leopold
bedacht de auteur met Grote helden, een compilatie voorleesverhalen die
een steekkaart biedt van Kromhouts fascinatie voor de leefwereld van jongere
lezers.
Soldaten
huilen niet richt zich tot een ouder publiek van adolescenten én
volwassenen. Na een bezoek aan 'Monk's House', de woon- en werkplaats van
Virginia Woolf en het landhuis Charlestown van haar zus, de schilderes Vanessa
Bell, raakte Kromhout geïntrigeerd door de Bloomsbury Group, een verzameling
van voornamelijk kunstenaars uit het Engeland van de jaren twintig en dertig
van vorige eeuw. Meer nog dan de artistieke visie, trof Kromhout de vraag hoe
het was om als kind in zo’n inspirerende omgeving
op te groeien.
Kromhout concipieert zijn verhaal als raamvertelling. Via een korte inleiding,
gesitueerd in 1937, introduceert hij focalisator Quentin, die vanuit zijn literaire
ambities beschrijft waarom zijn broer Julian, aanhanger van het communistische
gedachtegoed, wil meevechten in de Spaanse burgeroorlog. De sterke
openingszinnen, in een opvallend uitgepuurde, haast poëtische stijl, grijpen je
bij de lurven en maken nieuwsgierig naar Quentins verhaal, dat in 1925 begint.
De familie heeft net haar intrek genomen in huis Charlestown, op het
platteland. Een overweldigende ervaring voor de stadskinderen Julian, Quentin
en hun jongere zusje Angelica, maar ook voor Vanessa en Duncan Grant, de
homoseksuele kunstenaar met wie ze samenleefde.
Uit elke beschrijving en elk detail spreekt Kromhouts
fascinatie voor de Bloomsbury Groep in hun resolute keuze voor eigenheid en
afkeer voor mainstreamgedachtegoed. Tegelijkertijd schetst de auteur met veel
verve een authentiek portret van het opgroeien in een erudiet, kunstzinnig
gezin, hun fascinerende levensgewoonten en de innige band tussen de twee
broers. Die inhoudelijke rijkdom vindt een overtuigend stilistisch equivalent
in een toegankelijke, gebalde stijl. Daarbij staat een romantisch kind- en
wereldbeeld centraal, met Charlestown als utopische setting. Niet toevallig
wordt Peter Pan vermeld in het boek.
Bijzonder treffend en met veel gevoel voor humor verhaald,
is de onbesuisde participatie van de gehele familie aan de toneelstukken van
tante Virginia. Uit de beknopte levensgeschiedenis van de zussen wordt hun hang
naar vrolijkheid, schilderkunst en literatuur verklaard vanuit hun zwaarmoedige
opvoeding. Enkel de vaderfiguur verstoort het dromerige universum met subtiel
verpakte levenslessen, die vooral Julian tot nadenken stemmen. Naarmate het
verhaal vordert, klinkt de vaderlijke stem, met betogen tegen het
maatschappelijk establishment, nogal voorgekauwd en sterk moraliserend. Meteen
een zwakte van het verhaal, gezien de poëtica van de Bloomsbury Group; slechts
het afwijken van platgetreden paden leidt tot verwondering, ook als de
kunstenaars hiermee lijnrecht tegenover de plattelandsbevolking komen te staan,
die zich maar met moeite ontworstelen aan de restanten van het Victoriaanse
tijdperk. Een poging om de plattelandskerk te schilderen volgens hun eigen
artistiek concept botst dan ook op weerstand van de dominee en de bevolking.
De vriendschap tussen beide
broers wordt danig op de proef gesteld als Julian volwassen wordt. Van jongs af
toont hij maatschappelijk engagement, dat nog wordt versterkt door zijn
deelname aan de politiek-maatschappelijke discussies in Charlestown. Julian vertegenwoordigt
het kritisch maatschappelijk discours tegenover Quentins literaire ambities en
estheticisme. Beide broers als antipoden dus, wat treffend in het verhaal wordt
geïntegreerd. Quentins visie op literatuur wordt grondig uitgediept en door Kromhout
handig in het verhaal verwerkt. Met Virginia als stichtend voorbeeld krijgt
Quentins literaire bildung een krachtige impuls en wordt Soldaten huilen
niet ook een boek over het ontstaansproces van grote literatuur. Kromhout
biedt een geslaagde inkijk in zijn eigen poëtica, alsook die van zijn grote
literaire voorbeelden Paul Biegel en Tonke Dragt. Centraal staat het 'indirecte
schrijven': met weinig woorden raakt de auteur steeds de essentie, of het nu
gaat om Quentins volwassenwording, zijn eerste echte verliefdheid of zijn
onzekerheid over de toekomst.
Kromhout wil echter
meer dan alleen de Zeitgeist in een authentiek en literair hoogstaand portret
weergeven. De dag voor oudjaar 1935 wordt het vredige familiale samenzijn
bruusk verstoord als Julian zijn ouders het recent ontdekte familiegeheim voor
de voeten werpt. Via de raamvertelling komt de lezer opnieuw in 1937 terecht.
Wanneer Julian als zelfverklaard communist naar het internationale strijdtoneel
trekt, blijft het gezin ontredderd achter. Vlak voor zijn vertrek herinnert
Julian aan Quentins belofte; als hij sterft, dient Quentin het boek over hun
beider jeugd te publiceren. An sich een breekbare literaire constellatie, want
aan de afloop van Julians strijd valt niet meer te twijfelen. Toch creëert de
auteur voldoende spanning rond Julians wedervaren in Spanje en de vraag hoe het
noodlot precies zal toeslaan.
In de sfeervolle, haast vredige
slotpassage, mogen Vanessa en Duncan eindelijk het kerkje naar eigen goeddunken
beschilderen, een betekenisvolle en geslaagde metafoor voor hun aanvaarding
door de dorpsgemeenschap. Toch kan Vanessa (vooralsnog) geen vrede nemen met
Julians dood, wat garant staat voor een verwarrend einde, dat zekerheden
betekenisvol ontwricht en de lezer enigszins verdwaasd achterlaat. Enkel echt
grote literatuur is daartoe in staat. Hoewel Kromhout met dit indrukwekkende
portret van een periode en gelaagde 'coming of age'-verhaal al zijn 117de boek
publiceerde, verwierf de auteur in Vlaanderen voorlopig beduidend minder
naambekendheid. Mag Soldaten huilen niet daar dringend verandering in
brengen.
Kromhout ontving voor het boek de Gouden Lijst en de Thea Beckmanprijs 2011.
Rindert
Kromhout: Soldaten huilen niet, Leopold, Amsterdam 2017, 272 p. ISBN 9789025873790.
Distributie Standaard Uitgeverij
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswelp
deze pagina printen of opslaan