6+.-.Dalilla Hermans, geboren in Rwanda, wordt
als ze tweeëneenhalf jaar oud is geadopteerd door Belgische ouders. Tijdens
haar jeugd ervaart ze voortdurend hoe complex het is om als persoon met een
andere huidskleur op te groeien in onze westerse samenleving. Na haar open
brief over racisme in 2014 laat ze dit thema niet meer los. Voortdurend roept
ze in de media op tot meer open communicatie tussen mensen, ongeacht hun
afkomst of huidskleur, om zo hardnekkige vooroordelen en verkeerde beeldvorming
de wereld uit te helpen. Doorheen haar hele betoog is de grote bezorgdheid om
de toekomst van haar kinderen duidelijk voelbaar. In haar eerste boek Brief aan Cooper en de wereld (2017)
vertelt ze haar zoon haar levensverhaal, in de hoop dat hij eruit kan leren
terwijl hij opgroeit.
Brown Girl Magic,
haar eerste kinderboek, schreef ze voor haar dochters. Noen komt boos,
verdrietig en verward van school. Na enig aandringen vertelt ze haar zus Maan
dat ze door Teejo gepest wordt met haar donkere huid en kroeshaar. Volgens hem
is dit niet haar thuisland en kan ze maar beter opkrassen. Noen praatte al met
verschillende mensen over dit voorval en allemaal maakten ze haar op hun eigen
manier duidelijk dat dergelijk pestgedrag niet getolereerd kon worden. De juf
werd boos en las Teejo streng de les en de roodharige Luca met de bril zag in
Noen meteen een lotgenote. Mama werd herinnerd aan haar eigen jeugd en raakte
overspoeld door emoties, terwijl papa juist razend werd en de pestkop met
plezier een lesje wilde leren. Toch blijft Noen zich ongelukkig afvragen of
Teejo misschien gelijk had. Maan tracht haar te troosten door op een poëtische
manier de bijzondere aspecten van Noens huid en haar te verwoorden. Ze maakt er
een ode aan alle bruine meisjes van en verwoordt zo wat bruine meisjes magie
voor haar betekent, een duidelijke verwijzing naar de online beweging
#blackgirlmagic.
Het verhaal is geschreven in rijmvorm. Op elk blad bevindt zich zowel de
Nederlandse tekst, gedrukt in het zwart, als de Engelse tekst, gedrukt in het
rood. Een attente manier om dit boek vlot toegankelijk te maken voor
anderstalige gezinnen. Helaas wordt het (voor)lezen vooral in de Nederlandse
tekst soms gehinderd door eigenaardig gevormde, stroef lopende zinnen. Zo
vertelt Noen over het gesprek met mama:
‘Begon te vertellen over zichzelf en maakte het allemaal
over haar. Hoe zij dat ooit ook meemaakte en snik snik snik. Ze huilde en
vertelde over: “Oooh. Noentje. vroeger ik ik ik.”’
In het eerste deel van het
verhaal biedt Dalilla Hermans een mooie genuanceerde kijk op de brede waaier
van emoties die racistische opmerkingen bij mensen kunnen teweegbrengen. De
diepe impact van een racistische houding wordt pijnlijk duidelijk. Maar naar
het einde toe verliest het verhaal aan kracht. Hermans’ voornaamste bedoeling
is bruine meisjes mentaal versterken door hen een positief en veelzijdig beeld van
bruine vrouwen aan te reiken, wat naar haar aanvoelen in onze westerse
samenleving nog ontbreekt. Haar beschrijvingen zijn mooie, soms guitige
woordspelingen. Zo zegt Maan over Noens huid: ‘Je schijnt in de zon in honderd
tinten goud. en onze mama en oma worden eigenlijk nooit oud.’ Over bruine
meisjes zegt ze: ‘Bruine meisjes zijn geweldig! Mooi en sterk en zwak en teer.
Net hetzelfde en soms zelfs meer.’ Noen wordt op die manier lief in de
bloemetjes gezet, maar Maans betoog blijft toch vrij oppervlakkig. Ze reikt
Noen geen concrete handvatten aan om met racisme om te gaan. En het is echt een
gemiste kans dat we nooit zullen weten wat Noen te zeggen heeft na heeft na
deze uiteenzetting van haar zus.
De Belgisch-Portugese Fatinha Ramos won in 2018 op de
Frankfurter Buchmesse de Global Illustration Award met een illustratie die ze
maakte in opdracht van het Festival voor de Gelijkheid. Ook hier is in een
oogopslag duidelijk dat ze zich nauw betrokken voelt bij deze thematiek. Haar
illustraties raken diep en spreken, schreeuwen soms, zonder woorden. Het meest
aangrijpend is de grote dubbelbladige illustratie waar we Noens moeder in
profiel op de keukenvloer zien zitten, voorovergebogen op haar knieën met haar
handen voor haar gezicht geslagen. De vrolijkheid van haar mooie blauwgroene
jurk met bijpassende hoofddoek en grote gouden oorringen contrasteert scherp
met de gebogen rug, die naast haar eigen verdriet ook dat van Noen lijkt te
torsen. Teder is de illustratie bij Maans lofzang over bruine meisjes. We zien
een droombeeld van een tevreden Noen in profiel die buiten gefascineerd kijkt
naar een opstijgende sliert gouden sterren die uit haarzelf lijkt voort te
vloeien. In haar uitgestoken, geopende hand rust één grote ster. De bijzondere
diepgele kleur van de lucht met spikkels oranje en donkerblauw versterkt de
magische sfeer. De ontroerende genegenheid van waaruit Maan haar zus probeert
te ondersteunen komt in dit tafereel voor je ogen tot leven.
Dalilla Hermans & Fatinha
Ramos: Brown Girl Magic, Davidsfonds Infodok, Antwerpen 2018, 32 p. : ill. ISBN
9789059089372. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan