Calcutta
is de onverwachte locatie van deze jeugdroman van de succesvolle schrijver
Carlos Ruiz Zafón. Een verwarrende, chaotische stad waar allerlei
tegenstellingen samenkomen: arm en rijk, rein en vuil, verheven en ondergronds.
Door het verenigen van deze verschillende dualiteiten is Calcutta net de ideale
setting voor de eeuwige strijd tussen het kwade en het goede, een thema dat
Zafón herhaaldelijk bespeelt in zijn jeugdromans. Hij deed dit reeds in De
nevelprins en herhaalt het nogmaals in Het middernachtspaleis.
De plot is zoals steeds erg mysterieus en ontspint zich
maar langzaam. Alles start met een geniale ingenieur die een gigantisch
spoorwegencomplex heeft ontwikkeld en in de praktijk wenst te brengen. De
Britse kolonisator ziet vooral brood in militaire toepassingen. De ingenieur
weigert hieraan mee te werken, hij ziet de trein net als een hefboom voor —
economische — onafhankelijkheid. Deze beslissing heeft verregaande gevolgen.
Enkele studenten, verenigd in een geheim genootschap, zien zich verplicht om
deze geschiedenis tot op het bot te onderzoeken, daar het leven van een van hun
klasgenoten ervan afhangt. Het komt tot een ultieme strijd met duistere
krachten in de onderaardse treintunnels.
Al kleeft de uitgever het etiket
van jeugdroman op het boek en zijn enkele adolescenten de protagonisten van het
verhaal, toch is dit geen traditionele young adult-roman. Hiervoor zijn de
karakters te schematisch uitgewerkt. De gevoelens van de personages krijgen
amper diepgang. Alleen de angst en zijn tegenhanger moed worden ten tonele
gevoerd. De catharsis of de coming to age ontbreken volledig. Het is
Zafón dan ook duidelijk niet te doen om een beeld te schetsen van de leef- en
denkwereld van jongeren. De personages reageren als volwassenen op de
uitdagingen die hen gesteld worden. Wat telt, is de vaart van de vertelling.
Zafón is een
rasechte verhalenverteller, niet meer, maar ook niet minder dan dat. Hij weet
perfect hoe hij de spanning dient op te bouwen en op de juiste ogenblikken een
tipje van de sluier op te lichten. Door enkele plotwendingen word je op het
verkeerde been gezet en verlang je als lezer nog meer naar de ultieme
ontknoping. Ook in Het middernachtspaleis maalt de schrijver er niet om
enkele personages de dood in te sturen, wat ook het spanningseffect verhoogt.
In een zeer beeldrijke taal schetst hij een wondere, duistere wereld waar het
allesbehalve fijn toeven is. Humor is in deze roman niet te vinden, wel bezorgt
hij je rillingen. Soms zijn de door de schrijver geschetste scènes gruwelijk,
zoals het beeld van verbrande kinderen. Geen verhaal voor tere zielen, maar een
overweldigende trip naar een soms wat bloederige fantasiewereld.
Carlos Ruiz Zafón:
Het middernachtspaleis, Signatuur, Utrecht 2011, 264 p. ISBN 9789056723538. Vertaling van El palacio de la medianoche
Oorspronkelijk
verschenen in De Leeswelp
deze pagina printen of opslaan