9+ - Oliver Twist (1838), het verhaal van een
onfortuinlijk weeskind, is een van Charles Dickens bekendste en meest gelezen
romans. Oliver is geboren in een werkhuis en wordt in zijn eerste levensuur al
bestolen, verhuist van werkhuis naar weeshuis naar miserabele werkplek naar criminele
uitbuiter en weer terug, om uiteindelijk na uitzichtloos, onmenselijk lijden en
misbruik, goed terecht te komen in een warme familie.
Oliver Twist wordt door de literatuurhistorici beschouwd als een belangrijk sociaal
document en de eerlijkste en meest solide exploratie van de moderne ethiek in
Charles Dickens’ oeuvre. Het is het eerste werk waarin hij zich toont als een
meesterverteller in spe en waarin hij uitblinkt in het creëren van memorabele
karakters. Oliver is het slachtoffer van een hele reeks uitgesproken vuige
figuren, omdat Dickens in de eerste plaats het maatschappelijke onrecht wilde
aanklagen. In de jaren dertig van de achttiende eeuw woekerde de misdaad en
heerste er onvoorstelbaar navrante armoede. Het feit dat Dickens het als
feuilleton schreef over een periode van 1837-1839, brengt echter een zekere
langdradigheid mee en de samenhang is regelmatig ook behoorlijk los. En dat
Oliver na zoveel ellende uiteindelijk het ultieme geluk vindt dankzij heel wat
toevalligheden, is iets waar de lezer ook maar moet in mee willen.
In het nawoord van haar bewerking stelt Tiny Fisscher dat
er tot nu toe geen ‘integrale hervertelling was voor het hele gezin’, een taak
die zij zelf ‘met veel liefde’ op zich genomen heeft. Fischer volgt de verhaallijn
inderdaad zorgvuldig en ze brengt de oorspronkelijk 53 hoofdstukken mooi terug
tot 35 vlot lezende, geanimeerd geschreven hoofdstukken die zich in de eerste
plaats tot kinderen richten. Het boek leest ook voor volwassenen lekker weg. De
vraag is wel of dat laatste wel te rijmen valt met de portee van Dickens
sociale aanklacht? Zeker, er zit heel wat humor en satire in Dickens’ verhaal, maar
zijn pen was scherp, de maatschappijkritiek was substantieel en daarop heeft
Fischer toch stevig bekort.
Aan
de keuzes die Fisscher maakte, is te
merken dat ze dit boek toch in de eerste plaats op kindermaat heeft willen
schrijven. Je ziet het trouwens ook aan de tekeningen. Ook al brengt Annette Fienieg heel wat onguur volk in beeld
en is Olivers broek tig keer gelapt, haar zachte stijl heeft uiteraard een heel
andere feel dan George
Cruikshanks satirische prenten uit het origineel. Ook al zijn Fisschers ingrepen begrijpelijk, toch is het een gemis dat ze
in haar bewerking de maatschappelijke relevantie niet beter heeft bewaard. Fisscher laat Oliver dan wel het hele inhumane parcours doorlopen
waarmee Dickens de maatschappij van zijn tijd aanklaagde, maar in haar woord
vooraf merkt ze op dat dat dus in de 19de eeuw was en: ‘Je moet er
niet aan denken dat het jou zou overkomen… Gelukkig is dat ook niet het geval’.
Ja, gelukkig, maar zijn gewetenloos misbruik en de erbarmelijke leefomstandigheden
van kinderen op de vlucht, en wel zonder uitzicht op een geromantiseerde
afloop, dan zo ver van ons bed? Hebben we dan misschien geen weet van het
navrante sociale onrecht in de sweatshops van de wereld waardoor wij,
gepamperde westerlingen, nóg meer en nóg goedkoper kunnen consumeren? Is ons
wereldje werkelijk zo klein dat we denken dat negentiende-eeuwse toestanden niet
meer van deze tijd zijn?
Een klassieker bewerken, het is een hachelijke
zaak. Weglaten wat geen relevantie meer heeft, weerbarstige passages
herformuleren, waarden opnieuw ijken… Zoals zo vaak bij bewerkingen voor
kinderen heeft ook Tiny Fisscher het vooral over het inkorten van ‘oeverloze
uitweidingen’ en de taal die leesbaar gemaakt moest worden voor de lezer van
vandaag. Dickens’ taal is ‘weliswaar prachtig’, geeft ze nog mee, maar dus blijkbaar
niet om doorheen te komen. Maar het is toch net de taal die maakt dat je een
boek leest en herleest, ook al kun je het verhaalverloop wel dromen, weet je
precies wat er in de volgende scène te gebeuren staat, wat er in de volgende
zin gezegd zal worden.
Tiny Fisschers Oliver Twist leest erg soepel, haar taal
is levendig en gevarieerd, maar van de rijkdom van Dickens’ palet is niet veel
overgebleven. Dat en het wegwuiven van de maatschappelijke relevantie maakt dat
deze bewerking aan de essentie van Dickens werk voorbijgaat.
Tiny Fisscher, Annette Fienieg: Oliver Twist,
Volt, Amsterdam 2020, 293 p. : ill. ISBN 9789021420172.
Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan