15+ - ‘Italië heeft zijn eigen John Green
en hij heet Enrico Galiano’, aldus Mirjam Noorduijn in NRC. Deze quote
uit haar recensie van De bijzondere
woorden van Gioia (Luitingh 2019) is prominent op de voorkaft van de
jongerenroman Sterker dan elk afscheid geplaatst. De vergelijking met de
schrijver van het bij jongeren populaire Een weeffout in onze sterren (Lemniscaat 2012) gaat zeker op als gekeken
wordt naar de thematiek en de vlotte schrijfstijl. Net als in Greens
jongerenroman zijn de hoofdpersonages buitenbeentjes.
De 18-jarige
Michele is door een ongeluk blind geworden, waardoor hij zijn veelbelovende carrière
als voetballer op heeft moeten geven. Vijf jaar lang heeft hij geoefend om
zoveel mogelijk dagelijkse handelingen zonder hulp te verrichten. Als hij op
een dag met de trein naar school reist, komt een meisje met een opvallend
parfum naast hem zitten. Hij wordt op slag verliefd op de 17-jarige
hoog-sensitieve Nina. Het ziekteproces en het overlijden van haar vader zijn
bepalend geweest voor haar enigszins afstandelijke houding. Zij lijkt
onverschillig, maar in feite is ze bang overweldigd te worden door haar
gevoelens als ze te veel meeleeft met anderen. Dat is echter niet de enige
reden waarom ze Michele op afstand houdt: ze heeft een geheim dat hun relatie
ernstig kan schaden.
Door de vasthoudendheid van
Michele leidt de ontmoeting in de trein uiteindelijk tot vriendschap. Ze leren
elkaar steeds beter kennen maar Michele wil meer. Om Nina zijn liefde verklaren
haalt hij samen met zijn beste vriend Carlo allerlei humoristisch beschreven strapatsen
uit die in het begin weinig effect sorteren. Debet daaraan is Nina’s strenge
moeder die niet wil dat Nina contact heeft met Michele. De reden blijkt tijdens
de rechtszaak tegen de chauffeur die het ongeluk veroorzaakte waardoor Michele
blind is geworden.
<br
/> Met deze cliffhanger eindigen de eerste twee delen van de roman die de
titels ‘Liefde maakt blind’ en ‘Kruispunten’ dragen. Door de focalisatie af te
wisselen biedt Galiano verschillende perspectieven op de gebeurtenissen. Michele
spreekt zijn verhaal in nadat hun relatie is beëindigd, Nina vertelt haar versie
aan de blauwharige tatoeëerster Flo. Binnen de beschreven herinneringen spelen
de gesprekken over blindheid en verlies een grote rol, maar door het vlotte
taalgebruik en de toegankelijke schrijfstijl van Galiano zijn deze filosofische
bespiegelingen nergens langdradig. Ze zetten de lezer zelfs aan tot reflectie.
Het derde deel van de roman, getiteld ‘Big Bang’, begint
met de verklaring die Nina aflegt tijdens de rechtszaak, waardoor Michele zijn
houvast kwijt raakt:
‘Mijn kompas sloeg op hol. […]
Ik geloof niet dat ik iemand ooit zo heb gehaat als het meisje dat had
gesproken, hetzelfde meisje dat tot voor kort de enige was van wie ik ooit had
gehouden’
Hij
verbreekt elk contact met haar en geeft haar niet de kans uitleg te geven voor
haar gedrag. Alle berichten die zij hem stuurt, negeert hij. Nina geeft echter
niet op en probeert de band die ze hadden, weer te herstellen. Nu is het
Michele die wekenlang de afstand bewaart, hoewel hij toch nog steeds veel voor
haar voelt. Dat blijkt uit zijn reactie op het bericht dat zij in het
ziekenhuis ligt, nadat zij zichzelf heeft verminkt.
‘Michele solo’, het vierde deel,
past het beste binnen het genre van de jongerenroman: door zelfonderzoek weet
Michele de gevolgen van het ongeluk te aanvaarden. Hij geeft zijn gevoelens een
plaats en leert zijn eigen opvattingen te relativeren. Daardoor durft hij zijn
liefde voor Nina weer toe te laten:
‘Ik wist niet wat het was wat ik voor Nina voelde, maar ik
weet wel wat het níet was: iets wat voorbijging’
Opnieuw doet hij er alles aan om
met haar in contact te komen, maar deze keer reageert Nina niet op zijn
berichten. De reden hiervoor wordt duidelijk als op de avond voor zijn
eindexamen Flo bij hem voor de deur staat. Zij brengt hem bij Nina, wat uiteindelijk
resulteert in de gebeurtenissen die in het vijfde deel ‘De geweldigste avond’
beschreven worden.
Na het open einde volgt een
brief van de auteur aan Michele. Dit metafictieve element maakt duidelijk dat
de personages en gebeurtenissen hun oorsprong vinden in het hoofd van de schrijver.
De hoofdpersonages zijn echter zo levensecht beschreven, dat het je als lezer
moeite kost om hen niet in je hart te sluiten en met hen mee te leven.
Galiano’s roman kan daarom met recht vergeleken
worden met de adolescentenromans van John Green. Doorspekt met intertekstuele
verwijzingen en filosofische bespiegelingen stelt Galiano zijn lezers in staat
zich te identificeren met zijn personages. Net als in het werk van Green komen onderwerpen
aan de orde waarmee jongeren in hun identiteitsvormingsproces worstelen. Maar Sterker dan elk afscheid roept ook de
sfeer op die eveneens in de romans van Fausto Brizzi, Paolo Giordano en Frederico
Moccia te vinden is, waardoor Galiano zich onmiskenbaar schaart tussen deze
schrijvers en zijn werk gelezen moet worden binnen de Italiaanse traditie.
Enrico Galiano: Sterker dan elk
afscheid, Luitingh-Sijthoff, Amsterdam 2020, 382 p. Vertaling van Più forte di
ogni addio door Ada Duker en Henrieke Herber. ISBN 9789024590131. Distributie VBK
België
deze pagina printen of opslaan