9+ - ‘Meer dan honderd jaar geleden leefde er op een kleine boerderij in het zuiden van Zweden een jongen die niet wilde deugen.’ Zijn ouders, eenvoudige boeren, zaten ermee want hij was te lui om te werken of te leren en liep de hele tijd de dieren te pesten.Zijn moeder vroeg zich af of
hij wel een hart had. Op een morgen, terwijl vader en moeder naar de kerk zijn,
vangt Nils een kabouter, die hem als straf ook omtovert in een kabouter. Op de
rug van Mårten de ganzerik vliegt hij met de wilde ganzen mee naar het
noorden.
De
hoofdlijnen van Selma Lagerlöfs verhaal over Nils hachelijke avonturen van Skåne
in het zuiden tot Luossajaure in Zweeds Lapland, voor het eerst gepubliceerd in
twee delen in 1906 en 1907, zijn welbekend. Ook dat het oorspronkelijk een
aardrijkskundeboek zou worden voor lagere-schoolkinderen, wat de educatieve
insteek in dit wonderlijke avontuur verklaart. Een schoolboek is het ten slotte
niet geworden, wel een vakkundig geschreven avonturenverhaal, waarin spanning
en magie belangrijke elementen zijn om de lezer kennis van het land en zijn overlevering
bij te brengen.
Hoewel Lagerlöf het boek welzeker voor kinderen geschreven heeft, zouden
jonge lezers van vandaag een stevige kluif hebben aan een getrouwe vertaling. Ook de Nederlandse
bewerkingen die in de loop van jaren verschenen, voldoen niet meer. Marijke
Reesinck heeft in haar bewerking (Lemniscaat, 2014) – de enige die nog in de
handel verkrijgbaar was -- sterk op de inhoud bekort en ook de recente uitgave
van uitgeverij Clavis (2020) knipt stevig in de tekst en spitst hem toe op
kinderen vanaf een jaar of zes. Bovendien is de vertaling van deze laatste gebaseerd
op een Franse editie.
Bij Gottmer verscheen een
hervertelling van Bette Westera. Met haar 368 ruim gezette bladzijden valt ze
nog altijd een stuk slanker uit dan de getrouwe vertaling van Elina Van der Heijden en Wiveca
Jongeneel, maar Lagerlöfs werk is bij Westera in goede handen. Zij
heeft een aantal hoofdstukken geschrapt en verder duchtig aan de tekst geschaafd,
wat een soepel en dynamisch verhaal oplevert waarin Nils’ avonturen in een gezwinde
pas verlopen. De hoofdstukken hebben de naam van de regio’s die hij aandoet als
titel, in een ondertitel worden de plaatsen waar de ganzen landen
gespecifieerd. Dat Westera de educatieve inslag van het boek onderstreept,
blijkt verder ook uit het lesje Zweeds vooraf – hoe spreek je een å, een ä of een ö uit en daarna nog even oefenen – en een lijstje ‘Leuk
om weten’ op het einde.
Martijn Van der Linden maakte bij elk hoofdstuk minstens
één prent. Schitterende landschapsbeelden met hoge blauwe luchten, de V-vormige
vlucht van de ganzen, rendieren in het noorderlicht… wisselen af met prenten met
een uitgesproken avontuurlijk karakter: Gorgo de arend met Nils in zijn
klauwen, het gevecht van Mårten met een arend, de beer die Nils bij de broek
gevat heeft… Van de Linden heeft een mooi, intens kleurenpalet. Zijn prenten
zijn naturel en ongedwongen, maar tonen een grote precisie in de uitwerking.
Het boek is ook
zeer smaakvol vormgegeven. Hardcover met leeslint, een
rustige bladspiegel met een paar passende kleuraccenten, alles bij elkaar een met
veel zorg uitgegeven bewerking, die klasse toont in elk aspect van de uitgave.
Het is hartverwarmend om klassiekers op deze manier op de boekenmarkt van
vandaag te zien verschijnen.
Selma Lagerlöf, Bette Westera
(bew.), Martijn Van der Linden (ill.): De wonderbare reis van Nils Holgersson,
Gottmer, Haarlem 2020, 368 p. : ill.
ISBN 9789025772239. Oorspronkelijke titel Nils Holgerssons underbara resa genom
Sverige. Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan