‘Elke oorlog trekt de wereld scheef’
15+ - Begin maart 2022 verscheen De rest van ons leven, de langverwachte nieuwe roman van Els Beerten. Het levensverhaal van Natale Iuliano, de opa van haar schoonzoon, vormde de aanzet tot deze roman. Door de beslommeringen van ‘gewone
mensen’ te beschrijven roept de auteur in 103 korte hoofdstukken een indringend
tijdsbeeld op van de jaren 1920-1950.
Na de Eerste
Wereldoorlog sterft de moeder van Fredo aan de Spaanse griep. Om zijn zoon een
betere toekomst te geven, besluit zijn vader naar Engeland te emigreren. In
Liverpool worden vader en zoon opgenomen in de hechte Italiaanse gemeenschap en
lukt het hen een goedlopende kapperszaak op te zetten waar ook de Engelsen
graag hun haar laten knippen.
Aan het einde van de crisisjaren verandert de stemming: de
oorlogsdreiging maakt alle Italianen verdacht. Daarom worden Italiaanse mannen bij
het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog opgepakt. Fredo weet aan de razzia’s
te ontsnappen, maar zijn vader wordt weggevoerd en op een schip naar Canada
gezet. Een dag nadat het schip is uitgevaren, wordt het getorpedeerd. Voor
Fredo breekt een onzekere tijd aan, omdat ook zijn vaders naam op de lijst met
vermisten staat. De Italiaanse priester die hem in zijn jeugd heeft leren
boksen, ontfermt zich over hem en brengt hem naar de boerderij van Penny, waar
hij veilig is. Zij kan Fredo’s hulp goed gebruiken. Als hij enkele weken later te
horen krijgt dat zijn vader de scheepsramp niet heeft overleefd, verandert zijn
relatie met Penny. Ze troost hem, maar vertelt hem tegelijkertijd dat hun
verhouding niet eeuwigdurend is.
Langzamerhand gaat het leven weer zijn gewone gang. Penny richt
de voorkamer van de boerderij in als kapperszaak. Fredo bouwt een goede
reputatie op als kapper en krijgt toegang tot het interneringskamp in de buurt,
waar hij bevriend raakt met Luigi. Omdat er voor Fredo aan het einde van de
oorlog geen reden meer is om in Engeland te blijven, vertrekken zij samen naar
Luigi’s familie in Zuid-Italië.
De thuiskomst is echter niet zoals Luigi zich die had
voorgesteld. Zijn zoon Vito is van hem vervreemd geraakt en ook de relatie met
zijn vrouw Gloria is verstoord door een traumatische ervaring die zij enkele weken
voor zijn terugkeer heeft gehad. Bovendien zwaait een corrupte
grootgrondbezitter de scepter in de streek, waardoor het lastig is om een baan
te vinden die behoorlijk betaald wordt. Daarom besluit Luigi als mijnwerker
naar België te vertrekken. Gloria wil met hem mee, maar Vito moet bij Gloria’s
zus Carlotta in Italië blijven. Fredo begrijpt niet waarom ze Vito achterlaten.
Hij besluit te blijven om als een vader voor de jongen te zorgen. Vito
probeert zich zo goed en zo kwaad als het kan aan te passen aan de nieuwe
situatie.
Na
het vertrek van zijn ouders is Vito getuige van de moord op de
grootgrondbezitter. Uit vrees voor represailles houdt hij zijn mond, maar zijn
gedrag verandert. Hij maakt vaker ruzie met zijn beste vriend Gianni, wat
uiteindelijk uitmondt in een handgemeen. Om Vito te leren zich te beheersen, geeft
Fredo hem bokslessen. Hij leert hem dat een bokser nadenkt, terwijl hij ‘buigt
zoals het koren, zodat de klap die hij vreest, hem niet zal raken’.
Vito krijgt steeds meer moeite met
het vertrek van zijn moeder. Het is duidelijk dat de band tussen hen in de
oorlogsjaren extra sterk is geworden. Fredo is er alles aan gelegen om Vito’s
gemis te verzachten, maar hij kan niet voorkomen dat de jongen gekwetst wordt
door de roddels die over de familie verspreid worden. Als Fredo en Carlotta
besluiten te trouwen, neemt het geroddel af en keert langzamerhand de rust
terug in Italië.
Maar dan komt er een telegram uit België: Luigi en Gloria hebben besloten
niet meer terug te keren naar hun vaderland en willen dat Vito bij hen in
België komt wonen. Dit leidt ertoe dat Carlotta haar geheim met Fredo moet
delen, waarna hij besluit dat zij samen met Vito naar België zullen gaan om een
nieuw leven op te bouwen.
Net als in haar bekroonde jongerenroman Allemaal willen we de hemel en Eén mens is
genoeg wisselt het
vertelperspectief en wordt veel tussen de regels verteld. In De rest van ons leven begint het verhaal
op een station in Zuid-Italië waar Luigi en Gloria uitgezwaaid worden als zij
naar België vertrekken. Het vertrek wordt beschreven vanuit het perspectief van
Fredo, wiens herinneringen chronologisch opgetekend worden in de volgende
hoofdstukken. Geleidelijk wordt duidelijk wat de aanleiding voor het vertrek is
en waarom Fredo besloten heeft achter te blijven.
In hoofdstuk 47 wordt de scene
op het perron herhaald, maar ditmaal verteld vanuit het perspectief van de
tienjarige Vito. Ook in de volgende hoofdstukken is Vito aan het woord. Zijn
kinderlijke kijk op de gebeurtenissen geeft het verhaal een andere dynamiek: de
korte tussengevoegde zinnen waarin hij commentaar geeft, maken het verhaal
luchtiger. Bovendien vindt hij in zijn onschuld gemakkelijker oplossingen voor
de problemen van de volwassenen dan voor zijn eigen alledaagse zorgen.
Aan het einde van de roman vullen de beide vertellers
elkaar aan als zij afwisselend het verloop van de gebeurtenissen in de maanden
na het vertrek van Luigi en Gloria schetsen. Doordat de situatie vanuit
verschillende invalshoeken belicht wordt, krijgt de lezer een completer beeld
van de emoties die de gebeurtenissen bij hen beiden oproepen. In het laatste
hoofdstuk wordt de scene op het perron opnieuw herhaald. De cirkel is rond,
maar ditmaal wordt afscheid genomen van de achterblijvers uit het eerste
hoofdstuk.
‘Als mensen van
wereld veranderen, lopen ze verloren’, aldus de schrijfster in Het belang van Limburg. Uit deze roman
blijkt dat dit niet alleen geldt voor degenen die vertrekken, maar ook voor hen
die achterblijven. Hoewel
het verhaal een melancholieke ondertoon heeft, spreekt tegelijkertijd uit de
thematiek een krachtige boodschap: ondanks tegenslagen bezitten de personages
de veerkracht om telkens weer opnieuw te beginnen. De steun van vrienden en
familie zorgt ervoor dat zij niet ten onder gaan en durven hopen op een betere
toekomst.
Het
belang van familie- en vriendschapsbanden is een van de thema’s die in het werk
van Els Beerten telkens terugkeert. In de roman zijn dan ook bepaalde scenes
terug te vinden die veel gelijkenis vertonen met scenes in haar andere romans. Ook
de motieven zijn kenmerkend voor Beertens oeuvre. Er wordt geregeld
verwezen naar de zee en naar muziek. Anders dan in Allemaal willen we de
hemel en Eén mens is genoeg bespelen de
personages geen instrument. Op cruciale momenten in hun leven putten zij echter
kracht uit de muziek van Vera Lynn. De
roman past qua verhaalopbouw en thematiek dan ook naadloos binnen Beertens
oeuvre.
‘elke
oorlog trekt de wereld scheef […] en wat doen mensen als de wereld scheeftrekt?
Ze vallen ervan af.’
Hoewel in De rest van ons leven de ervaringen van arbeidsmigranten centraal
staan, riep deze zin bij mij
beelden op van degenen die sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne hun thuis
hebben moeten verlaten. Dergelijke weloverwogen gevormde zinnen verhogen de
actualiteitswaarde van deze prachtige roman. Ze dragen bij aan meer empathie
met ontheemden en zetten aan tot reflectie over de gevolgen van (gedwongen)
migratie.
Els Beerten: De rest
van ons leven, Querido, Amsterdam 2022, 303 p. ISBN 9789045127361. Distributie L&M
Books
deze pagina printen of opslaan