9+ - In 2020 was het precies zeventig jaar geleden dat The
lion, the witch and the wardrobe (1950) verscheen, het eerste boek van C.S.
Lewis in zijn zevendelige reeks The chronicles of Narnia. Ter
gelegenheid daarvan heeft Imme Dros de hele cyclus opnieuw vertaald. De
vertaling van de Narnia-omnibus door Madeleine van den Bovenkamp-Gordeau, die
vorig jaar nog herdrukt werd, gaat al een paar tientallen jaren mee en een
nieuwe, modernere versie was welkom. De eerste drie boeken in Dros’
vertaling verschenen vorig jaar en de laatste twee, Het paard en de jongen
en Oom tovenaar, liggen nu voor. De nummering op de cover kan echter wel
voor verwarring zorgen, want Oom tovenaar vermeldt nummer één en Het paard
en zijn jongen zou het derde deel zijn.
Over de volgorde waarin de
Narnia-boeken best gelezen worden, is al behoorlijk veel inkt gevloeid. Lewis
schreef The lion, the witch and the wardrobe (De wereld achter de kastdeur) als
eerste en in 1955 pas, als op een na laatste in de reeks, The magician’s
nephew (Oom tovenaar), dat een soort prequel is op The lion, the witch
and the wardrobe. Volgens de chronologie van het verhaal komt Oom
tovenaar dus eerst. Lewis zelf vond dat de boeken best in chronologische
volgorde werden gelezen en niet in de volgorde dat hij ze schreef. Veel
literatuurwetenschappers zijn het daarover niet met hem eens, onder meer omdat
de lezer op die manier inconsistenties in het verhaal tegenkomt. Hoe het ook
zij, in de Nederlandse Narnia-omnibus kun je de verhalen in chronologische
volgorde lezen, Imme Dros vertaalde in de volgorde dat de boeken oorspronkelijk
verschenen zijn (als eerste dus de nummers 2, 4 en 5). Wie zich wil verdiepen
in The Narnian Order of Things kan daarvoor
terecht op de officiële C.S. Lewis-site, maar het was wel zo prettig geweest
had ook de uitgever voor een beetje toelichting gezorgd. Een argeloze lezer kan
namelijk licht gaan twijfelen waar hij zich met welk boek juist bevindt in het
geheel.
In Oom tovenaar komen Polly en haar buurjongen Digory per abuis in de
kamer van oom Andrew terecht. Andrew is een tovenaar en hij wil zijn kunsten
wel eens op hen uitproberen. Ze komen in verschillende werelden, en
uiteindelijk in de wereld van Narnia terecht. Ze maken de kroning van de eerste
koning en koningin mee en ontmoeten de leeuw Aslan. De heks Jadis is echter
meegereisd naar Narnia en met haar ook het kwaad…
In Het paard en zijn
jongen is Shasta, zoon van een arme visser, het hoofdpersonage. Hij heeft
het leven van een slaaf bij zijn meedogenloze vader, tot er op een dag een
prachtig uitgedoste vreemdeling voor de deur staat. Shasta komt te weten komt
dat hij een vondeling is en dat zijn vader hem wil verkopen. Samen met het
sprekende paard van de bezoeker gaat Shasta op zoek naar zijn thuisland. Hij
zal moeten leren zijn mannetje te staan, want Narnia is in gevaar.
De Narnia-boeken dragen
onvermijdelijk de stempel van hun tijd en er sijpelt onmiskenbaar een
christelijke moraal in door. Dros heeft er zich in alle geval niet aan gestoord
omdat Lewis zijn overtuiging op een speelse manier door het verhaal weeft. Zij
waardeert vooral zijn rijke fantasie, zijn taal en zijn nuchtere manier van
vertellen. Ook mogen we niet vergeten dat C.S. Lewis, met zijn creatie van
Narnia, net zoals zijn literaire vriend J.R.R. Tolkien met Midden-aarde, een
duidelijke stempel heeft gedrukt op het fantasy-genre van vandaag. Deze
eigentijdse, vloeiende vertaling is zeer welkom.
C.S. Lewis: Oom tovenaar, Kok
Boekencentrum, Utrecht 2022, 143 p. ISBN 9789026625510. Vertaling van
The magician’s nephew door Imme Dros.
C.S. Lewis: Het paard en zijn
jongen, Kok Boekencentrum, Utrecht 2022, 175 p. ISBN 9789026625497.
Vertaling van The horse and his boy door Imme Dros.
Distributie VBK België
deze pagina printen of opslaan