5+ - De dingen zijn niet altijd wat ze lijken. Op het
eerste gezicht is dit een schrijnend, actueel verhaal, eentje dat we momenteel
veel te vaak horen. Een groep otters leeft samen op een rots in het water. Twee
otters afkomstig van een andere rots, het lijken ouder en kind, spoelen aan en
hebben onderdak nodig. Maar ze worden hardvochtig afgewezen en teruggestuurd.
‘Er is geen plek op onze rots’ ‘terug naar je eigen rots!’ Ondertussen tonen de
illustraties dat die rots in brand staat, dat terugkeren geen optie is. Toch is
‘Draai je om’ het laatste wat de vertegenwoordiger van de groep tegen het
tweetal zegt. Helemaal beneden op het laatste blad krijgt de lezer echter de
opdracht om het boek ‘van achteren naar voren’ te lezen. Die laatste woorden krijgen
nu een totaal andere betekenis. Het wordt haast een bevel aan het duo om de
onveilig geworden thuishaven te verlaten, gekoppeld aan een warme uitnodiging
van de groep om bij hen te komen wonen en vanaf nu die rots als hun thuis te
beschouwen. De kleine samenleving van otters wil ruimhartig plaats maken voor
iedereen in nood en is nu een toonbeeld van empathie en sociaal engagement.
Het echtpaar
Kate en Jol Temple won met dit boek in 2020 de Charlotte Huck Award for
Outstanding Fiction for Children. Volkomen terecht, want de auteurs laten
kinderen al lezend op een prachtige manier ervaren dat de manier waarop je je
gedraagt tegenover iemand in nood steeds een persoonlijke keuze is. Dit boek
lanceert een warme oproep om nog bewuster stil te staan bij die keuze en hoe ze
jou als mens definieert. Tegen de achtergrond van de hedendaagse
vluchtelingencrisis is een dergelijk bewustmakingsproces, dat eveneens een
sterk pleidooi voor meer mededogen in zich draagt een essentieel ingrediënt in
de opvoeding van onze kinderen.
De tekst, vlot vertaald door de dichteres Lisette Ma Neza, is
een knappe constructie. Zowel bij het voorwaarts als het achterwaarts lezen,
haken de regels, slechts enkele woorden per blad, perfect in elkaar zodat de
logica van het verhaal mooi behouden blijft. De tekst laat zich lezen in een
prettige cadans, wat uitnodigt tot het soms iets te snel omslaan van de
bladzijden zonder voldoende aandacht te hebben voor de illustraties. Het rijm
zet de cadans soms nog sterker in de verf:
‘Jullie horen hier niet thuis,
kom
Je moet hier weg
Zie je wat wij zien?
Draai je om’
Als je meer gedetailleerd op
aparte bladzijden gaat focussen, doet de tekst soms een beetje bevreemdend aan.
De illustratie waar ouder en kind zich vastklampen aan een drijvende stam,
straalt een enorme hulpeloosheid uit. Het stuk zin dat erbij staat ‘Dus is het
gek om te zeggen’ lijkt hier niet op zijn plaats en doet afbreuk aan de emotie
die de illustratie oproept. De prijs die betaald moet worden voor het feilloos
in mekaar passen van de tekstuele puzzel.
Opvallend is dat Merel Eyckerman
haar groep otters inkleurt in verschillende tinten bruin en grijs, een mooie
knipoog naar de uniciteit van ieder mens. Verder trekken vooral hun opvallend
grote ogen de aandacht. Ze hebben enorme zwarte pupillen met daarrond een
grijs, blauw of groen randje iris. Ook het wit van het oog is goed zichtbaar.
Het zijn ogen zoals jonge kinderen ze het liefst zien en ook zelf tekenen.
Hierdoor is de aaibaarheidsfactor van de wezentjes erg groot en zullen ze
moeiteloos de aandacht vasthouden. De emoties op de gezichtjes zijn een beetje
star en onbestemd.
Eyckerman maakt visueel mooi onderscheid tussen een veilige en een
gevaarlijke omgeving. Rondom de rots van de groep toont ze lichtblauw helder
water, een dromerige hemel in pastelroze en lila tinten, een flard van een
prachtige oranjerode zonsopgang. De brandende rots daarentegen is nadrukkelijk,
haast onrustig ingekleurd in een oranjebruine kleur onder een dreigende,
nachtblauwe hemel. Ook het troebele, grijsblauwe water maakt het naderend
onheil voelbaar.
De illustraties tonen knap de bezorgdheid over de toekomst van onze
aarde. Bij de nieuwe rots, hoe idyllisch die nu nog mag lijken, zijn de
rondslingerende gele afwashandschoen, een plastic zak, een mondmasker en
verdwaalde visdobbers tekens aan de wand. De staf van de groepsleider waaraan
eenzelfde gele handschoen, een tandenborstel en een kartonnen naamkaartje
gestrikt zijn, is pijnlijk grappig. Als we niet beter voor de aarde gaan zorgen,
zullen er op een dag geen plaatsen meer over zijn om naartoe te vluchten.
Kate en Jol
Temple, Merel Eyckerman: Deze rots is van ons, Lannoo, Tielt 2023, 36 p. : ill.
ISBN 9789401486835. Vertaling van Room on our rock door Lisette Ma Neza
deze pagina printen of opslaan