10+ - Het is altijd weer aardig te bekijken uit wat voor een
gezellige kluts een nieuw fantasyverhaal is opgetrokken. In dit geval:
vondelingschap, en dus de vraag naar wie de ouders zijn; het dappere,
ondernemende meisje, dat getoond wordt op een moment van crisis en groei; het
(vuur)torenwachten; het verslaan van het monster dat de gemeenschap bedreigt;
zombies, deze keer in de gedaante van zeewiermannen; een heks en trollen;
verdronken land. En op de schutbladen: de kaart. Weinig nieuws onder de zon,
maar als het handig gedaan is, en goed geschreven, kun je zomaar een hit in
handen hebben (zie Annet Schaap met Lampje).
Ultra is 11 jaar geleden in de
branding gevonden door Andrew Donker, de zoveelste officiële Donker als wachter
van het verre eiland Wildzee. Als hij overlijdt, moet er een nieuw lid van de
familie wachter worden. Ultra zou het heel goed kunnen, maar zij is een vrouw,
helaas. Dus wordt oom Will, ‘student’ in Londen, opgetrommeld. Hij wil absoluut
niet, maar de autoriteiten dwingen hem. Will overleeft de tocht over zee
ternauwernood, als enige overlevende van het schip de Bonnefooi (!), wakker
gekust in de branding door de wijze trol Ruis.
Na een uiterst stroef begin
sluiten hij en Ultra vriendschap. Ultra is dan al bezig voor zichzelf de open
plekken op te vullen over haar afkomst en haar diepe liefde voor de zee. Zowel
de heks Troy als Ruis voelt dat het zeemonster de Gorm van de Verdronken
Gronden activiteiten lijkt te willen ondernemen, maar alleen Ruis en Andrew zien
dat dit met Ultra te maken heeft. Will, overtuigd rationalist, weet de woede
van de Gorm te wekken met een groot, verboden vuur, waardoor de gemeenschap
aangevallen wordt en Ultra versneld ontvoerd wordt door haar moeder, de
zeegodin. Want de Gorm blijkt veel ineen: een veelkoppig en -voetig monster,
zeewiermannen, stormen en een strakke (en gelukkig in de verte ook lieve)
godin. Dat laatste maakt een volledig happy end, mede dankzij de dappere Will
en Ruis’ superknecht Ei, mogelijk.
Zoals gebruikelijk binnen het genre is er de suggestie van een
niet al te scherp gedefinieerd verleden, hier misschien iets duidelijker dan
anders: tegen het eind van de 19de eeuw. Af te leiden uit
historische feiten als het eerste duikerspak en het populair worden van het
badkoetsje. Wat betreft de locatie: Wildzee is een van de niet-bestaande zogenoemde
Herfsteilanden, en die vallen onder Groot-Brittannië.
Als je het boek ziet liggen,
denk je eerst dat je gaat lezen over een ultradonker rijk ergens, maar al snel
zie je dat het de naam is van het hoofdpersonage. Een rare naam, eigenlijk een
familiegeintje dat nu eens een keer wordt toegepast. Maar, je zou ook kunnen
zeggen, dat Ultra het beste lid is van de familie.
De verhaallijn wordt sterk gedomineerd door twee
tegenstellingen. De eerste is die tussen aarde en water, een oeroude strijd
eigenlijk. Ultra is het product van een in de aarde gewortelde vader en een moeder
uit de zee. Ruis ziet al meteen dat Ultra niet vast te pinnen is op een van de
twee gebieden. Maar Ultra laat zich, in elk geval in deze episode, leiden door
haar verlangen naar familie en vriendschap en kiest voorlopig voor een verblijf
op vaste grond. De tweede tegenstelling is die tussen het geloof in magie en
oude verhalen, en rationaliteit, hier meestal aangeduid als Verlichting. Andrew,
Froy, Ultra, Ruis, feitelijk de hele eilandgemeenschap staat open voor de
kracht van de verhalen en legenden. Froy en Ruis vertegenwoordigen respectievelijk
de kwade en de goede magie.
Hiertegenover staat, aanvankelijk zeer scherp, oom Will;
het is vaak een buitenstaander die de boel open gooit en/of verstoort. Hij
vindt zichzelf een hele wetenschapper door zijn (vage) studies in Londen en hij
zal iedereen op Wildzee wel eens eventjes bekeren. Door een groot vuur te
ontsteken op een magische plek, hoopt hij dat de eilanders het licht gaan zien
en ophouden met hun geloof in flauwekul, het is zijn heilige missie! Tot zijn
verbazing moet hij inzien dat hij het helemaal mis heeft. Ook dit had Ruis al
snel door. Ze zag meteen dat Will zich vastklampt aan aloude zekerheden, raakt
vertederd en verliefd. Dit doet de auteur wel leuk. Ook Will is feitelijk
meteen verliefd op Ruis, ondanks het feit dat ze in zijn ogen uiteraard onzin
uitkraamt. Jammer is wel dat het mannelijk geslacht weer moet zorgen voor de actierijke
net-op-tijdontsnapping.
En, hoewel de kernmomenten
wel bij Ultra liggen, lijkt Reeve niet echt te kunnen kiezen qua
hoofdpersonage. Will maakt een duidelijkere (wel iets simpelere) verandering
door dan Ultra. Ultra voelt een voor haar onverklaarbaar diep verlangen naar de
zee, tot ze beseft dat de godin/het monster tevreden zal zijn als zij zich bij
haar meldt.
Reeve
is een zeer productief en handig schrijver van onder andere de succesrijke YA-science-fantasyreeks
Mortal Engines, een paar trilogieën en humoristische avonturenverhalen,
waarvan heel wat titels in
Nederlandse vertaling beschikbaar
zijn. Utra Donker en de Wachters van Wildzee kan zomaar het eerste deel
van een nieuwe trilogie zijn. Een vervolg, met een sterk gelijkende titelopbouw,
is al verschenen: Utterly Dark and the Heart of the Wild (David Fickling Books, 2022).
Philip Reeve, Paddy Donnely: Ultra
Donker en de Wachters van Wildzee, Ploegsma, Amsterdam 2022, 278 p. : ill. ISBN
9789021680484. Vertaling door Annelies Jorna van Utterly Dark and the Face of
the Deep. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan