15+ - Met deze
tweede bij Lemniscaat verschenen roman voor jongeren vanaf 15 jaar sluit Van
Andel aan bij een trend in de jeugdliteratuur, namelijk die van de dystopische
verhalen: verhalen over een toekomst, die, anders dan het geval is bij een
utopie, niet paradijselijks heeft, maar iets duisters en bedreigends.
In dit verhaal wordt die toekomst aan de zogenoemde
‘humanen’, wel voorgespiegeld als een ideale toekomst. Ook de jongeren Rheyn en
Levya geloven dat ze een mooie toekomst tegemoet gaan. Het is het jaar 2275 en
na een periode van bezinning zullen de jongens het voor hen uitgestippelde
carrièrepad gaan volgen, inclusief uiterlijke en innerlijke transformatie na
een ‘transit’. Hiermee onderscheiden ze zich van de homo sapiens en van een
daaraan inferieure soort, namelijk de ‘grauwers’, die meer als apen dan als
mensen worden beschouwd door de ‘humanen’. Omdat hun wereld al bestaat uit
categorieën humanen, namelijk A tot en met D, en Levya lager ingeschaald is dan
Rheyn, is Levya de eerste die aan z’n toekomst gaat twijfelen. De twijfels
beginnen te komen nadat de jongens tijdens een illegaal uitstapje in hun
periode van bezinning in contact komen met de grauwers Aag en haar grootmoeder
Nana, die veel menselijker zijn dan ze dachten. Langzaamaan komen ze er toch
allebei achter dat de ‘humanen’ zichzelf als menselijker presenteren, terwijl
ze dat juist niet zijn; het ontbreekt hen fundamenteel aan gevoelens van liefde
en mededogen en, als ze hier wel in beperkte mate over beschikken, aan de
mogelijkheid om die te uiten.
Van Andel vertelt het verhaal afwisselend vanuit Levya en
vanuit Aag, met een kleinere rol voor Rheyn. De delen die vanuit Aag zijn
verteld zijn mijns inziens het spannendst verteld en boeiden me het meest. Dat
is niet vreemd, want vanuit haar echt menselijke perspectief komt de
hardvochtigheid van de ‘humanen’ in hun technocratische wereld het duidelijkst
in beeld. Wat het verhaal soms lastig maakt om te volgen, zijn de stukken
waarin Levya of Rheyn ineens kennis blijken te hebben van zaken waarover niet
door henzelf al eerder is verteld. Verder moet je er als lezer goed bij blijven
om te volgen waar de verhaalfiguren zich bevinden en waar ze naartoe gaan. Hoewel
thema’s als menselijkheid, en ook waarheid en individualiteit, in dit verhaal
geprojecteerd zijn in de toekomst, zijn het tevens thema’s van alle tijden.
Rotterdam :
Lemniscaat 2016,
344 p. ISBN 9789047707875
deze pagina printen of opslaan