14+ - Dit
nieuwe verhaal van Karlijn Stoffels had prima gepast in Leopolds serie
‘Vergeten oorlog’, waarin verhalen zijn verschenen van auteurs als Martine
Letterie en Lydia Rood over onbekende dan wel ogenschijnlijk vergeten
gebeurtenissen en episodes. In Eigen vuur
staat de chaotische periode in de herfst van 1944 centraal in
Zeeuws-Vlaanderen: Duitse, Engelse en Canadese soldaten bewegen zich allerlei
verschillende kanten op, de ene keer optrekkend, de andere keer zich
terugtrekkend in het polderlandschap vol dorpen, dijkjes, bosschages en water.
Ondertussen wordt het gebied gebombardeerd door de Geallieerden, waarbij niet
alleen militaire doelen worden geraakt, maar ettelijke dorpen bijna compleet van
de kaart worden geveegd.
Te midden
van die chaos vlucht de veertienjarige Sooys (François) met zijn zusje Niesje
en zijn broertjes Nol en Tonny weg uit hun woonplaats Oostburg na een
bombardement. Hun moeder ligt gewond in een geïmproviseerd ziekenhuis, hun
vader is in het buitenland. Het reisdoel wordt uiteindelijk hun oma, die in
Zaamslag woont, ten zuidoosten van Terneuzen. Door de ogen van Sooys beleven we
hun barre tocht, tijdens welke ze beschoten worden door zowel vijand als vriend,
steeds aan eten en overnachtingsplekken moeten zien te komen, en geconfronteerd
worden met lijken van onbekenden en bekenden.
Stoffels vertelt het verhaal sober, dat wil zeggen zonder
sentimentaliteit of metaforen die de dramatiek versterken. De beschrijving van
de tocht en wat de kinderen onderweg zien en meemaken wordt minutieus
beschreven, soms iets té minutieus, maar daarbij is gelukkig wel genoeg
aandacht voor de psychologische en emotionele kant: Sooys, die zich als een
vaderfiguur sterk denkt te moeten houden en leiding te moeten geven, ontdekt
dat z’n zusje en broertjes onvermoede sterke kanten hebben, die soms zelfs
levensreddend zijn.
Stoffels probeert soms wel wat veel
in het verhaal te vervlechten, waardoor niet alles even goed uitgewerkt is. Dat
geldt onder meer voor de relatie met de ouders, de geheime boodschap die Sooys
op een briefje in een zelfgemaakt mes meeneemt, de gedeserteerde Duitser en de
foute vader van Marrie, het meisje dat de kinderen op hun tocht gaat
vergezellen. Overeind blijft dat dit verhaal glashard duidelijk maakt dat
oorlog eigenlijk vooral verliezers kent, ook al bereiken Sooys en zijn
reisgezelschap een relatief veilige plaats en ligt er mogelijk persoonlijk
geluk in het verschiet.
Amsterdam : Leopold 2016, 152 p. ISBN 9789025869724
deze pagina printen of opslaan