9 + - Kirstin
Vanlierde en Jurgen Walschot werken al enkele jaren samen. Resultaat van hun
samenwerking zijn een aantal ‘Zaailingen’, korte werken waarbij schrijfster en
illustrator zich door elkaars werk laten inspireren. Ze publiceren hun Zaailingen
op hun blogs en één ervan is uitgegroeid tot de ‘graphic poem’ Stroom. De serres van Mendel is hun eerste jeugdboek
samen.
De
serres van Mendel start vanuit het perspectief van Reya, een 11-jarig
meisje. Reya woont al haar hele leven in de serres. Hoe ze daar terecht is
gekomen, weet ze niet. Alles wat ze kent, heeft Mendel haar geleerd. Mendel is
een wijze man, een vaderfiguur, hij en. Reya wonen alleen in het serrecomplex. Het
meisje is tevreden en stelt zich geen vragen over het doel van hun werk en de
oorsprong van de planten.
‘Ze horen bij elkaar. Mendel en zijn serres. En Reya is
thuis bij hen allebei.’
Reya en Mendel vullen hun dagen met het onderhouden van de
serres. Ze zorgen voor de planten en dieren. Soms worden er pakketten geleverd
met zaden en scheuten. Dan mag Reya helpen om die naar de bewaarkoepels te
brengen. Op een dag struikelt ze en laat ze enkele zakjes met zaad vallen. Dat
heeft grote gevolgen, want de volgende dag staat er een jongen in de serres:
Robin. Vanaf dat moment wisselen het vertelstandpunt van Robin en Reya elkaar
af. Reya leidt Robin vol enthousiasme rond in de serres. Al snel blijkt echter
dat Robin het moeilijk heeft met de frisse, vochtige omgeving. Hij is onwennig
en bang. Enkel in de serre met de cactussen kan hij ontspannen, maar ook daar
blijft de heimwee aanwezig.
Na de komst van Robin
begint Reya te twijfelen. Zou zij op dezelfde manier in de serres beland zijn
als Robin? Is er voor haar ook een thuis buiten de serres? Het verhaal focust
op de bloeiende vriendschap tussen de twee kinderen, maar ook thema’s als
melancholie en eenzaamheid worden op een begrijpelijke manier aangekaart. Tussentitels
als ‘Wortels van de wereld’, ‘Kennis is kwetsbaar’, ‘Langslapers en
lanterfanters’ en ‘Tranen waar de grond van trilt’ laten zien hoe doordacht Kirstin
Vanlierdes schrijfstijl is. Bovendien wordt het verhaal geschreven met grote
aandacht voor het zintuiglijke, wat perfect aansluit bij de sfeer van het boek.
‘Het ruikt vreemd, naar
verschillende dingen door elkaar. Er is een zware geur, muf en stoffig, en
tegelijkertijd moet hij [Robin] denken aan het heerlijke dennenbos van
gisteren. Maar daar kriebelde en prikte het bed van mossen en dennennaalden
zacht onder hun voeten, in niets te vergelijken met de kilte die nu door zijn
voetzolen naar boven sijpelt.’
Vanlierde verwoordt de ervaringen van de kinderen, terwijl Jurgen
Walschots kleurrijke illustraties de omgeving in detail tonen. Het boek bevat
zowel paginagrote illustraties als kleine illustraties in grijstinten. Elk
beeld roept een andere sfeer op, wat toont hoe gediversifieerd de serres zijn.
De personages zijn steeds klein en donker afgebeeld, waardoor alle aandacht
naar de kleurrijke planten en dieren gaat. Hoe langer je ernaar kijkt, hoe meer
je er ontdekt. Opvallend is dat de koepels van de serres altijd zichtbaar zijn.
Hoe groot ze ook zijn, de serres zijn dus eindig en er is nog een hele wereld daarbuiten.
De serres van Mendel
is een prachtig boek dat inspireert en vragen oproept.
Kirstin Vanlierde en Jurgen
Walschot: De serres van Mendel, Van Halewyck, Antwerpen 2019, 132 p. : ill. ISBN
9789461319302
deze pagina printen of opslaan