4+ - Mac
Barnett, Jon Klassen en Imme Dros. Hoeveel meer kwaliteitsreferenties kun je
hebben voor een prentenboek? De drie broertjes Bok is de hervertelling
van een welbekend Noors sprookje. Een geitenbokje wil over het bruggetje naar
de wei aan de overkant, maar onder de brug zit een valse trol met grote honger:
‘Hij had al
dagen niet gegeten en
met een voetbalschoen ontbeten.’
Bobbie Bok stapt toch
het bruggetje op en overtuigt de trol hem niet op te eten maar te wachten op
zijn grote broer Bart, die er zo aankomt. Hij is een betere maaltijd want er
zit meer vlees aan. Dus wacht de trol op broer Bart, die hem op zijn beurt
overtuigt om te wachten op zijn grote broer Bas, waar een nog grotere hap aan
is. En laat broer Bas nu eens een echt zwaargewicht zijn, die de trol op de
horens neemt en weg katapulteert.
‘Waar de trol bleef?
Wie zal het zeggen.
Hij drijft met alle winden mee…’
Mac Barnett levert een goed
gedoseerde vertelling met talloze grappige extra’s die de verhaallijn spijzen.
De herhaalde droombeelden die de trol voor ogen staan als hij denkt aan zo’n
lekker stukje geitenvlees bijvoorbeeld, doen het bij het voorlezen aan kinderen
uitstekend, net zoals de aankomst van een nieuw geitje op de brug tot driemaal
toe:
‘Klep
klop, klep klop, klepper de klop,
Klonk het boven zijn trollenkop.
[…]
Wie loopt er op mijn Trollenbrug?
Die
komt niet heen en niet terug!’
En merk de aangepaste typografie wanneer bok Bas de brug op
loopt: ‘KLEP KLOP, KLEP KLOP…’
Het voorlezen zal in de vertaling van Imme Dros eigenlijk
nog beter werken dan in het oorspronkelijke boek. Zij gaat vrij met de tekst
om, zowel in de keuzes die zij maakt voor de vertaling als wat taal, rijm,
ritme en tempo aangaan. De Nederlandse tekst heeft in tegenstelling tot de
Engelse een consistent rijmschema en ook het ritme zit mooi strak. De vertaling
heeft een zeker poëtisch elan en de vrijheid die Dros neemt, pakt op meerdere
vlakken goed uit. Neem bijvoorbeeld het begin, met tekst op twee overliggende
pagina’s:
‘Once
upon a time,
there was a bridge.
And beneath that bridge,
there lived a troll.’
Imme Dros ‘vertaalt’:
‘Er was eens een brug
van hier naar daar.
Een kleine brug.
Eén brugje maar.’
Dros
bouwt verwachtingsvolle spanning op door in de intro nog niets weg te geven
over de trol en het verrassingseffect van de prent op volgende pagina is des te
groter, waar de trol, mes en vork in de aanslag, zit te wachten op zijn
slachtoffer.
Die
prent toont ook meteen de grote klasse waarmee Jon Klassen dit verhaal
geïllustreerd heeft. De trol is een griezel die tussen afgekloven botten, lege
blikjes en andere gore troep resideert. Er slingeren wat speelkaarten rond –
speelt hij patience, zo in zijn eentje? – en in een van de brugpijlers heeft
hij aantallen geturfd – zijn dagen zonder eten? Een griezel, jawel, en een
killer, getuige het doodshoofd dat hij aan de brug gebonden heeft, maar hij is
ook enigszins meelijwekkend want hij heeft toch zo’n honger. Op de volgende
prent heeft hij een stukje viezigheid van zijn kop gekrabd en hij lijkt het zowaar
te zullen gaan opeten…
In tekst en illustraties brengen de auteurs met de humor
ook een zekere nuance in het verhaal waardoor de duidelijke moraal, eigen aan
het klassieke sprookje, hier verdwijnt. De herhaling van de hongerige
fantasieën over geitenvlees, ‘gestoofd, geroosterd of gerookt / of in salade,
kort gekookt’, de blik in de ogen van de trol – boosaardig, maar toch vooral
miserabel -- en de ongelijke strijd met broer Bas, die buiten alle proportie
groot is, maken dat je ten slotte zowaar met die engerd te doen hebt.
De drie
broertjes Bok is een meesterlijke samenwerking van
drie toptalenten.
Mac Barnett, Jon Klassen: De drie broertjes Bok, Volt, Amsterdam
2022, 42 p. : ill. ISBN 9789021470771.
Vertaling van The three billy goats Gruff door Imme Dros. Distributie L&M
Books
© 2024 | MappaLibri