Vuurtorenbeer

7+ - Volwassenen die last van somberheid hebben, zouden eens een jeugdboek moeten lezen. En dan een boek als Vuurtorenbeer. Je raakt erdoor in een onbesuisde en enigszins ‘bevrijde’ stemming. De meeste jonge kinderen hebben zo’n therapeutische aanbeveling niet nodig. Zij nemen in principe als vanzelf volop de ruimte voor een prettige geestelijke elasticiteit.  

‘Ruimte’ is eigenlijk het centrale thema in dit verhaal/prentenboek. Het ruime sop (de zee) en de ruimte om te fantaseren en te overdrijven werken samen in de breinen van de twee makers. Mathilde Stein (Den Haag, 1969) is behalve schrijfster ook illustrator. In beide disciplines valt haar onbekommerde losheid op. Zij kleurt niet binnen de lijntjes en slaagt erin om ook van een tekst voor beginnende lezers iets avontuurlijks te maken. Zij debuteerde in 2005 met Bang Mannetje (Lemniscaat 2023), een prentenboek met illustraties van Mies van Hout. De behandeling van het thema ‘angst’ leverde een succesvol resultaat op. Het boek kreeg in 2006 de Kinderboekwinkelprijs.
 
Piet Grobler (Zuid Afrika, 1959) levert met zijn fijn op hol geslagen illustraties/gemengde technieken een belangrijk aandeel aan Vuurtorenbeer, een berenavontuur dat zelfs nog een soort moraal in zich heeft. Grobler publiceerde eerder onder meer Het Vogeltjes-ABC (Lemniscaat 2007). Geen braaf wetenschappelijk naslagwerk. Het voor kinderen verbeelde vogelparadijsje van Grobler kent vogels die merkwaardige geluiden voortbrengen. Zo is er een vogeltje dat last heeft van flatulentie en een vogeltje dat boertjes laat.
 
De belevenissen van Vuurtorenbeer, een beer die een vuurtoren beheert op een piepklein eiland, zijn verdeeld over veertig korte hoofdstukken. Dat maakt het verhaal behapbaar voor de leeftijdsgroep. Daar staat dan wel tegenover dat Vuurtorenbeer ‘fantasie’-woorden en dito samenstellingen niet uit de weg gaat. Bijvoorbeeld de prairie van Pitnokkel, de draak van Rachnoestoefski en ‘Potvisglorie’, een variant op ‘Potverdorie’. Het gebruik van dit soort vreemd grappige woorden en uitdrukkingen levert geen leesbelemmeringen op. Minder geoefende lezertjes leren betekenissen te vinden met hulp van de context van het verhaal. Niet alles hoeft uitgelegd te worden. Je eigen fantasie kan ook een hoop. Stein voorkomt een kinderachtige toon en houdt de vaart in het verhaal.
 
De illustraties sluiten daar prima op aan. Woest en gevarieerd zijn de verbeeldingen van Grobler. Hij combineert papieren knipsels met inkt en potlood en is bepaald een avontuurlijke illustrator. Je zit heel kleintjes in zijn weergave van een enorme stormzee. Leuk is dat de ongebreidelde fantasie en overdrijving ook, in morele zin, een beetje worden afgeremd. In een van de hoofdrolspelers komen we het prototype van de snoever, de opschepper, tegen. Maar die komt dan uiteindelijk mooi op de koffie.
 
Het kan zeker geen kwaad dat kinderen spelenderwijs de waarde van bescheidenheid leren kennen. Het is een tegengif voor het opscheppersgedrag dat door sociale media wordt bevorderd. Onkritische gebruikers van deze media worden met fotoshop en geleuter door influencers afgeleid van de zuivere niet digitale ‘werkelijkheid’. Blijf dicht bij jezelf: een waarheid voor beren en voor kinderen.
 
‘Wat boffen we toch
dat we zijn wie we zijn.
Wat een geluk!’  
 
Mathilde Stein, Piet Grobler: Vuurtorenbeer, Lemniscaat, Rotterdam 2023, 83 p. ill. ISBN 9789047714637

© 2024 | MappaLibri