Het victoriaanse huis

Het oeuvre van John Boyne loopt uiteen van fantasieverhalen tot historische romans. In Het victoriaanse huis slaat de Ierse auteur een brug tussen beide genres, maar het resultaat is niet bevredigend.
Het victoriaanse huis begint nochtans intrigerend: een openingszin als ‘Ik houd Charles Dickens verantwoordelijk voor de dood van mijn vader’ grijpt direct de aandacht. Dickens heeft echter weinig met dit verhaal te maken – in tegenstelling tot enkele andere victoriaanse auteurs. Zijn bescheiden rol in het geheel bestaat erin dat hij een lezing houdt waar de vader van het hoofdpersonage per se heen wil, ondanks zijn beginnende longontsteking. Nadat vader de pijp aan Maarten heeft gegeven, vertrekt dochter Eliza naar Norfolk om er als gouvernante te werken op Gaudlin Hall. Daar aangekomen ontmoet ze twee vreemde kinderen. Van de ouders is geen spoor te bekennen en de dorpsbewoners blijken ook al niet erg behulpzaam. Tot overmaakt van ramp wordt Eliza ook nog eens geteisterd door een vreemde kracht, die haar meermaals in levensbedreigende situaties brengt. Een gouvernante die de volledige verantwoordelijkheid over twee kinderen krijgt in een huis waar overduidelijk geesten rondwaren, rinkelt er al een belletje? The Turn of the Screw van Henry James blijkt niet Boynes enige inspiratiebron; ook dat andere beroemde verhaal over een gouvernante, Jane Eyre, heeft hij goed gelezen. Dat de ouders van de kinderen niet op een snoepreisje zijn vertrokken, had de lezer al door. De ontwikkelingen in de familiegeschiedenis vertonen echter zo’n overduidelijke parallellen met de roman van Charlotte Brontë, dat je soms hardop moet lachen. De moeder van de kinderen, een exotische Spaanse furie, verliest na hun geboorte haar verstand en werpt zich op als een tirannieke beschermengel. Ze vermoordt de eerste gouvernante en verminkt haar man, die als een monsterlijke verschijning verborgen wordt gehouden in een achterkamertje. En op het einde is er ook nog eens een allesverwoestende brand. Zoveel verwijzingen naar bekende literaire gouvernantes, je zou haast verwachten dat Eliza haar paraplu uitklapt en terugvliegt naar Cherry Tree Lane.
Boyne’s verteltalent kennende, hoop je toch dat hij een originele twist geeft aan deze intertekstuele verbanden. Niets is echter minder waar. Al in een vroeg stadium heb je door dat er twee bovennatuurlijke krachten tegen elkaar aan het vechten zijn, de een om Eliza uit te schakelen en de ander om haar te beschermen. Zodra je de vader van de kinderen hebt afgestreept als mogelijke beschermengel, blijft er slechts één optie over – een optie die je met zekerheid kan invullen na de overduidelijke hint dat het huis plots naar kaneel ruikt, de favoriete specerij van Eliza’s eigen overleden vader. De naïeve vertelster doet er echter een pak langer over om dit te ontdekken, net zoals ze – in tegenstelling tot de geïrriteerde lezer – een en al verbazing is bij het al even voorspelbare slot van de roman.
Een gemiste kans. Vertellen kan Boyne namelijk nog altijd, maar verrassen doet hij niet in deze clichématige gothic novel, die een blaam is op zijn palmares.

John Boyne, Het victoriaanse huis, Boekerij Amsterdam, 2013, 302 p., € 19,95. ISBN 9789022568354. Vert. van: This house is haunted door Mechteld Jansen. Distributie: Lannoo

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2013

© 2024 | MappaLibri