Verwarring van begin tot eind. Dat biedt Een afgedane zaak, de pas vertaalde
roman van de Tsjechische auteur en vertaler Patrik Ouředník. Het lijkt op een
detective die draait rond Viktor Dyk. De man is een gepensioneerde schrijver en
keververzamelaar die in Praag een ogenschijnlijk saai leven leidt, enkel
onderbroken door banale gesprekken in het park met andere
bejaarden. Doorheen het boek worden Dyk en zijn omgeving vaag in verband
gebracht met een reeks misdrijven, zoals een verdacht overlijden in een
bejaardenclub, een diefstal van een nieuw paar schoenen en een
verkrachting. Vilem Lebeda, een brave politieman naar het voorbeeld van
Simenons detective Maigret, wil die misdrijven ophelderen maar wordt daarbij
tegengehouden door zijn vervlechtingen met Dyk.
Politiek correct is Patrik
Ouředník in geen geval. Vrouwen, bejaarden ('geen greintje appetijtelijker'),
de EU, plattelandsbewoners die katten de ogen uitsteken, arbeiders en 'mensen
in het algemeen': door de misantroop Viktor Dyk worden ze allemaal met de grond
gelijk gemaakt. Tegelijk houdt Ouředník, die al in de jaren 80 naar Frankrijk emigreerde,
de postcommunistische Tsjechische maatschappij een kritische spiegel voor door
in te hakken op het geklaag, de reclamecultuur en vervelende toeristen.
Maar de
humoristische en absurde passages verdekken dat Een afgedane zaak eigenlijk een valse detective is, een schaakspel
tussen de auteur en de lezer, die van begin tot eind in het duister tast. En
die verwarring is bewust opgezet. Ouředník wil de lezer bij de neus nemen, en
dat wordt hem zelfs duidelijk gemaakt in de loop van het verhaal ('Hebt u het
gevoel dat er geen beweging in de plot zit?'). Helder wordt de nihilistische
detective pas in het erg interessante nawoord van Jean Montenot, een Franse
filosoof en vriend van Ouředník. Dat nawoord probeert de knoop van de roman te
ontwarren, maar zaait eigenlijk alleen maar meer verwarring.
Wie houdt van mooi
afgeronde verhalen, is met Een afgedane
zaak aan het verkeerde adres. Dit is een bevreemdende roman waar kop noch
staart valt aan te krijgen. En net daarom is het boek van Ouředník, ondanks de soms
zwakke vertaling, een plezier om te lezen.
Amsterdam : Zirimiri Press, 2017, 189 p. Vert. van
Ad acta door Edgar De Bruin. ISBN 9789490042110. Distributie EPO
© 2024 | MappaLibri