De Duitse
debutante Fatma Aydemir heeft met Ellebogen
een vlammend boek geschreven. Het boek had net zo goed ‘Woede’ kunnen heten, er
zit zoveel woede in, en ook schaamte, angst en frustratie. Aydemir kruipt onder
de huid van Duitse jongeren uit een migrantenmilieu die zich keren tegen de
maatschappij waarin ze opgroeien. In Duitsland kreeg deze roman aandacht in
alle Duitse kwaliteitskranten.
De zeventienjarige Hazal Akgündüz woont in Wedding, een
migrantenwijk in Berlijn, bij haar ouders en haar dealende broer. Ze leeft in
twee verschillende werelden en voelt zich nergens thuis. Hazal is een kruitvat,
ze blowt, drinkt, steelt en ze is altijd boos. Als tweede generatie Turks
migrantenkind voelt ze in de Duitse samenleving constant vernedering. Ze moet
opboksen tegen vooroordelen en discriminatie. Thuis heeft ze te maken met een
autoritaire, agressieve vader en een gedeprimeerde, passieve moeder die haar
tijd verdrijft met series kijken en spelletjes spelen op haar smartphone.
Ze voelt een
diepe minachting voor haar familie, maar zelf zit ze ook totaal in de knoop en
het lukt haar evengoed niet om iets van haar leven te maken. Haar verzet tegen
haar familie en de maatschappij is zelfdestructief, als schoolverlater is er
niet veel kans op de arbeidsmarkt waardoor ze niet veel andere keus heeft dan
een stage in de bakkerij van haar oom. De enige voor wie ze sympathie en
respect heeft is haar onafhankelijke tante Semra, die gestudeerd heeft en
ongehuwd is, bij wie de tampons open en bloot tussen de huissleutels en de
boeken op tafel liggen.
Ook haar vriendinnen lopen tegen dezelfde maatschappelijke
krachten op die hen ongunstig gezind zijn. Wanneer een vriendin van Hazal
#fuckcharliehebdo op facebook plaatst, verliest deze haar stageplek. Hazals
leven ontspoort pas echt wanneer ze haar achttiende verjaardag met haar
vriendinnen Elma en Gül wil vieren met een nachtje uit in een luxe nachttent.
Wanneer ze aan de poort geweigerd worden is de vernedering compleet. De hieruit
voortvloeiende woede leven de dronken vriendinnen uit op een Duitse student op
een metrostation nadat hij een schunnige opmerking naar hen maakt.
Na dit geweldincident
vlucht Hazal naar Istanbul, naar haar internetliefje Mehmet. Istanbul, waar ze
eigenlijk meer vreemdeling is dan in Berlijn, is een grote teleurstelling. Haar
vriendje Mehmet is een ruggengraatloze jongen die constant blowt en alleen seks
met haar kan hebben wanneer hij denkt dat ze slaapt. In Istanbul leest ze dat
de Duitse jongen is gestorven, dus terugkeren kan ze dan ook niet meer. En dan
bevindt ze zich ineens midden in de chaos van de mislukte coup tegen de
regering van Erdogan.
In Ellebogen
deelt de maatschappij je continu elleboogstoten uit, zeker als je je onderaan
de ladder bevindt. De schrijfster probeert zich in te leven in de jongeren in
deze sociale klasse en ze te begrijpen zonder dat ze hun destructieve gedrag
vergoelijkt.
De
roman roept associaties op met de film Gegen
die Wand van Fatih Akin. De link naar die film legt Fadime Aydemir zelf
ook. Wanneer Hazal deze film ziet is ze er verpletterend van onder de indruk en
voelt ze zich eindelijk begrepen. Maar waar Sibel in Gegen die Wand een ontwikkeling doormaakt en aan het eind een soort
verzoening en stabiliteit vindt, is er in Ellebogen
voor Hazal geen hoop of uitweg. Er is geen thuisland, er zijn geen wortels die
je kan onderzoeken of een verzoening met het eigen leven.
Ellebogen is een verfrissend actueel boek dat vlot geschreven is.
Het roept meer vragen op over de multiculturele samenleving dan dat het
antwoorden biedt. De schrijfster ontziet beide maatschappijen niet, zowel de
Duitse als de Turkse krijgen kritiek. Amok maken is voor de getroebleerde
jongeren de enige manier om gezien te worden. Een verontrustend boek.
Fatma Aydemir:
Ellebogen, Signatuur, Amsterdam 2017, 208 p. Vertaling van Ellbogen door Marcel Misset. ISBN 9789056725907. Distributie WPG
Uitgevers
© 2024 | MappaLibri