Het leven als adolescent
15+ - Precies zeven jaar na Niets
is wat het lijkt breit Aidan Chambers met de in velerlei opzichten
overweldigende cross-overroman Dit is alles: het hoofdkussenboek van
Cordelia Kenn een einde aan zijn 'Dance Sequence'. Dit ambitieuze project
mag als Chambers' magnum opus beschouwd worden: zes lijvige adolescentenromans
die stilistisch en inhoudelijk duidelijke parallellen vertonen. Chambers neemt
jongeren au sérieux en doet nauwelijks concessies qua schrijfstijl en
thematiek. De vele perspectiefwisselingen, vorm- en structuurexperimenten, het
oproepen van existentiële levensvragen en het sterk metaforisch gerichte
schrijven maken deze adolescentenromans tot ideale lectuur voor literaire
fijnproevers.
Voor dit laatste deel
van de 'Dance Sequence' trok Aidan Chambers nog eens alle literaire en
vormexperimentele registers open. Nochtans kan het verhaal an sich makkelijk
gereduceerd worden tot Cordelia's bildung van adolescent tot volwassen vrouw,
met de gehele stroom van bijbehorende emoties, hartstochten en ervaringen. Qua
opzet liet de auteur zich inspireren door het genre van de hoofdkussenboeken,
door Ivan Morris (een van de vertalers van The pillow book van Sei
Shonagon - vert. Het hoofdkussenboek, Nijgh en Van Ditmar, 1997)
gedefinieerd als "Een dagboek, of verzameling dagboeken, bewaard op een
veilige, min of meer geheime plek, waarin van tijd tot tijd indrukken worden
genoteerd, dagelijkse gebeurtenissen, gedichten, brieven, verhalen, ideeën,
beschrijvingen van mensen etc."
Behalve
het duizend jaar oude standaardwerk van de Japanse hofdame Shonagon betuigt
Chambers in het voorwoord zijn dank aan de "vele vrouwen, jong en
oud" die hem een inkijk verleenden in hun persoonlijke notities. Dit is
alles bestaat niet toevallig opnieuw uit zes boeken, oftewel zes aparte
kussendozen, die qua symbolische waarde ieder een eigen kleur kregen. Zo staat
het rood van het eerste kussenboek voor de hartstochtelijke eerste
verliefdheid, onderstreept het zwarte kussenboek Cordelia's rouw na het verlies
van haar eerste vriendje Will, terwijl het oranje kussenboek niet toevallig
warmte, productiviteit, echte liefde en poëtische inspiratie centraal stelt.
Samen bieden de zes boeken inkijk in het boeiende proces van initiatie en
groeien naar volwassenheid van de 16-jarige Cordelia Kenn.
In het eerste boek, 'De rode kussendoos', bericht Cordelia
uitgebreid over het intrinsieke doel van haar schrijven: "Ik maak dit boek
voor je terwijl ik op je komst wacht. Ik ben eraan begonnen zodra ik wist dat
je verwekt was. Ik wil het je geven op je zestiende verjaardag." Maar
uiteraard reikt deze lijvige adolescentenroman van bijna 800 dichtbedrukte
bladzijden verder dan een nagelaten bekentenis voor haar nog ongeboren dochter.
Vanaf de eerste bladzijden stelt Cordelia minutieus haar eigen ik en het
bestaan tout court voortdurend pregnant in vraag. Dit patchwork van boeiende en
onthutsende overdenkingen afgewisseld met drammerige, puberale verkenningen
doet denken aan de vormexperimenten in Chambers' veel gelauwerde roman Je
moet dansen op mijn graf (Querido, 1985). In Dit is alles gaat de
auteur nog een stapje verder: gedichten, e-mailberichten, lemma's uit het grote
Cordelia-woordenboek, een hoofdstuk waarin je telkens om-en-om een bladzijde
moet lezen... Ze maken intrinsiek deel uit van Chambers' zoektocht naar het verleggen
van de grenzen van taal.
Niet alle experimenten bieden een betekenisvolle meerwaarde voor een
consistente lezing, noch blijkt de correlatie tussen vorm en inhoud altijd even
duidelijk. Wel concipieert Chambers zijn roman als een krachtige ode aan de
sterkte van literatuur via een wijdlopige verzameling van verhalen, gedichten
en intertekstuele verwijzingen naar gerenommeerde auteurs als Shakespeare,
Freud en Marx. Daarnaast biedt de auteur via Cordelia's passie voor het
schrijven van poëzie ook enkele inzichten in zijn poëtica: "Het schrijven
was geen keus, maar een noodzaak". Deze sterke literaire gerichtheid heeft
hoofdpersonage Cordelia uiteraard gemeen met haar 'schepper', al was een minder
expliciete benadering van poëticale opvattingen toch een subtiele meerwaarde
geweest.
In de wijze raad van tante Doris
en de erudiete lerares Engels mevrouw Martin, die fungeren als Cordelia's
gidsen op het pad naar volwassenheid, klinkt de volwassen stem van de auteur
vaak hinderlijk expliciet door, een euvel dat ook Niets is wat het lijkt
kenmerkt. Ook gewild literaire uitspattingen verraden de stem van de volwassen
auteur achter de personages: "Je hebt vast al gemerkt, dochter van me, dat
de meeste jonge jongens, om niet te zeggen hele regimenten mannen, zichzelf
graag met zulke ideeën troosten wanneer ze te maken krijgen met een
vrouwspersoon die kieskeurig en koppig is, niet op afroep ingaat op hun lullige
verlangens, en ? boven alles ? slim genoeg is om ze op hun beperkte hersens af
te rekenen." Het is dan ook opmerkelijk dat Cordelia in medeleerling
Will(iam) haar zielsverwant herkent: de wollige beschrijvingen van Wills
karakter en uiterlijk maakt hem tot een ideaalbeeld voor een smachtende
tienermeisje, maar komen wel erg eenzijdig en naïef over. Knap zijn de vele
genderdoorbrekende passages waarin een puberale Cordelia hunkert naar haar
verlies van maagdelijkheid, terwijl het Will is die de boot afhoudt.
Het verhaalverloop neemt vanaf dan een erg voorspelbaar
karakter: Cordelia en Will groeien langzaam maar zeker naar elkaar toe, beleven
samen hun eerste seksuele ervaring, maar groeien ook weer uit elkaar als Will
gaat studeren en Cordelia een relatie met een oudere man begint. Uiteindelijk
overwint de kracht van echte liefde. De al te makkelijke verzoening blijft
overduidelijk een papieren constellatie die erg geforceerd en weinig
geloofwaardig aandoet. Na een periode van strubbelingen zetten de geliefden de
stap van samenwonen en kiezen bewust voor een eerste kindje. En zo kondigt het
einde van het vijfde boek, 'De gele kussendoos', niet toevallig een nieuwe
episode aan.
Chambers keuze om Cordelia's
bildung en het verhaal van een eerste, allesoverheersende verliefdheid breed
uit te smeren over bijna 800 dichtbedrukte pagina's, biedt geen onverholen
meerwaarde. Vele passages blijken te vrijblijvend om echt te overtuigen:
mevrouw Martins religieuze overpeinzingen, de herhaaldelijk geforceerde
pogingen tot reflectie over de diepere zin van het leven, de technische scènes
over de kracht van meditatie... bewijzen aanvankelijk Chambers' schrijfplezier
en getuigen van een grote taalrijkdom, maar gaan al snel vervelen en leiden
tevens af van het hoofdverhaal. In het zesde boek ('De blauwe kussendoos') verspringt
het vertelperspectief verrassend van Cordelia naar Will als personale
verteller: het levert een serieuze stijlbreuk op, die Chambers echter
overtuigend weet te motiveren.
Dit is alles kon niet anders
dan het langverwachte sluitstuk van Chambers' levenswerk worden: meer nog dan
de vorige romans lezen Cordelia's (auto)biografische notities als een sterk
doorleefd portret van een adolescentenziel, geschreven in een stilistisch gave
en uitdagende taal. Toch blijkt ook deze laatste bijdrage niet wars van
Chambers' expliciete moralistische interrupties en poëticale opvattingen, vaak
verpakt in de wijze raad van Cordelia's naasten.
Chambers biedt de lezer vooral
een geschreven gebruiksaanwijzing voor de adolescentie als levensfase. En
daarmee gaat Chambers voorbij aan de essentie van deze verwarrende en
tegelijkertijd boeiende levensfase met haar eigen kansen en beperkingen.
Aidan Chambers: Dit is alles: het hoofdkussenboek van Cordelia Kenn, Querido, Amsterdam 2011, 782 p.
: ill. ISBN 9789045112749. Vertaling van This is all : the pillow book of Cordelia Kenn door
Annelies Jorna
Oorspronkelijk verschenen in De
Leeswelp
© 2023 | MappaLibri