Begin dit jaar bezorgde Jef Rademakers het
nooit eerder in het Nederlands vertaalde debuut Sterven
van de belangrijkste Oostenrijkse fin de sciècle-schrijver Arthur Schnitzler.
Naar aanleiding daarvan drukte ik de hoop uit dat er nog meer voor het
Nederlandstalige publiek onbekende verhalen uit diens oeuvre beschikbaar zouden
worden. En zie, ongeveer een half jaar later is mijn wens werkelijkheid
geworden. Rademakers publiceert nu zijn vertaling van Frau Beate und ihr Sohn, een novelle uit 1913, die bij verschijnen
schandaal verwekte. Het boek behandelt dan ook een thematiek die in het
burgerlijke Wenen van voor de Eerste Wereldoorlog taboe was, met name de impact
van de seksuele verlangens op de geest en het handelen van de mens.
In Beate en haar zoon wordt dat uitgewerkt
aan de hand van het hoofdpersonage, een weduwe van een bekend acteur die niet
vies was van een slippertje. Na zijn dood heeft ze al haar lichamelijke
verlangens opgeborgen en zich volledig op de opvoeding van haar zoon
geconcentreerd. Het verhaal start wanneer die jongen zeventien is en dus aan
het begin van de volwassenheid staat. Dat betekent: hij is niet langer een
kind, maar ontpopt zich tot een seksueel wezen. Het feit dat hij in de smaak
valt van een lichtzinnige barones, wekt niet alleen jaloezie op bij zijn
moeder, maar activeert ook haar eigen lustgevoelens. Het komt haar voor alsof
elke man in haar omgeving plots interesse in haar toont en haar signalen geeft
dat hij met haar naar bed wil.
Beate raakt
geobsedeerd en gefixeerd op ‘de drift van haar bloed’, zoals het genoemd wordt
in de tekst: ze kan aan niets anders meer denken. De in de voorbije jaren
verdrongen seksualiteit beheerst nu haar hele leven. Uiteindelijk zal ze zich
overgeven aan de vriend van haar zoon. Wanneer die echter hun verboden liaison
opbiecht aan zijn vrienden, waaronder ook haar eigen kind, komt het tot een
crisis. Beates zoon stort in van schaamte. Of van jaloersheid – dat is niet
geheel duidelijk. Tijdens een moeizaam moeder-zoon gesprek op een bootje in het
meer, waarin hij zich niet kan uitdrukken en zij maar blijft herhalen dat ze er
voor hem is, kussen ze elkaar. Het bootje raakt uit evenwicht – symbolisch voor
de verstoorde relatie – en zij trekt hem mee in haar val in het water.
Hoewel Sigmund Freud
rond dezelfde tijd met dezelfde problematiek in de weer was, betekende de
openhartige beschrijving van de seksuele driften van een vrouw en het
incestmotief een schok voor de lezers. Met behulp van de techniek van de
innerlijke monoloog, waarvan hij als uitvinder geldt (en die later zijn
hoogtepunt zou kennen in de monoloog van Molly Bloom in Ulysses) geeft Schnitzler een inkijk in de psyche van een seksueel
gefrustreerde vrouw. Hij toont de verwarrende gevoelens en schetst de
omstandigheden waarin die tot stand komen zo levensecht dat het boek vast ook
schokkend geweest is omdat het zo raak is – niet voor niets had Freud grote
bewondering voor deze schrijver, van wie hij meende dat hij aan de hand van
zijn personages dezelfde inzichten had verkregen die hij zelf in zijn
psychiatrische praktijk slechts na moeizaam onderzoek op het spoor was gekomen.
Schnitzler combineert een spannend geschreven verhaal over de ingewikkelde
relatie tussen een moeder en haar enig kind met een ongemeen fijnzinnig
psychologisch inzicht.
Dankzij Rademakers is deze parel nu voor het eerst leesbaar
in het Nederlands. Ik ben nu al benieuwd naar welke novelle van Schnitzler hij
als volgende zal ontsluiten. Alleszins mag hij nu niet ophouden; er valt immers
nog veel meer moois te vertalen uit dit bijzonder rijke oeuvre!
Arthur Schnitzler:
Beate en haar zoon, Aspekt, Soesterberg 2018, 132 p. ISBN 9789463384537.
Vertaling van Frau Beate und ihr Sohn door Jef Rademakers
© 2024 | MappaLibri