Paolo Cognetti (1978, Milaan) behoeft geen verdere voorstelling. Ook
ver buiten Italië staat hij bekend als gelauwerd auteur en geëngageerd
documentairemaker over sociaal-politieke en literaire thema’s. Zoals genoegzaam
bekend, is zijn voorliefde voor de natuur, en in het bijzonder bergen, een van
de pijlers van de bekroonde De acht
bergen (2017) en De buitenjongen.
Sofia draagt altijd
zwart heeft dan weer een heel ander uitgangspunt en is daardoor een meer
hermetische vertelling. Cognetti is al jaren bezeten door mysterieuze fictieve
personages uit de Amerikaanse literatuur, zoals Salingers Seymour Glass, wiens
leven hij graag zou aanvullen zonder alle geheimen prijs te geven. Vandaar dat de
door Yond Boeke en Patty Krone vertaalde verhalenbundel draait rond Sofia, die
tot op zekere hoogte even ongrijpbaar zal blijven. Cognetti brengt haar
levensloop niet chronologisch, maar dwingt de lezer om alle verhalen in elkaar
te doen grijpen. Zo zoomen het vijfde en achtste verhaal in op het ongelukkige
huwelijk van Sofia’s ouders. ‘Getekend door de wind’ belicht haar vaders
carrière – hij is in de jaren ‘70 ingenieur bij Alfa Romeo – en zijn
kortstondige affaire met de jonge, aantrekkelijke Emma, die Sofia ook zal leren
kennen. ‘Over hekserij’ beschrijft de neuroses en de slapeloosheid van Sofia’s
moeder, wat de band tussen Sofie en haar vader alleen maar versterkt – haar
vader zal Sofia wel vroeg ontvallen. Het vierde verhaal, dat de titel van de
bundel draagt, geeft aan hoe Sofia’s ouders nog voor haar geboorte een
problematische relatie hadden.
Sofia was prematuur ter wereld gekomen, zo was al gebleken
in het eerste verhaal, ‘Levenslicht’. Een verpleegster, die in een ongelukkige
relatie leek te berusten, had haar in haar eerste weken toevertrouwd dat het
leven is als ‘een schip dat ten oorlog vaart’. De verdere levensloop leest
paradoxaal als een gedoemd streven naar geluk, wat misschien wel verklaart
waarom Sofia altijd zwart draagt. Sofia groeit boos op in het fictieve
Lagobello, een Milanese voorstad zonder geschiedenis, maar verhuist dan naar
Rome en New York om er een carrière als actrice uit te bouwen. Het is
opmerkelijk hoe ze zich daarbij graag verliest in verhalen – als kind droomt ze
ervan het liefje van een piraat te worden – en ook altijd op de vlucht te zijn voor
het leven, geliefden, kennissen.
Haar levensloop schrijft Sofia niet zelf uit, maar wordt
belicht vanuit andere personages. De lezer achterhaalt pas in het laatste
verhaal de identiteit van de feitelijke verteller. Die verteller is een
scherpzinnige observator die zich stilistisch inspireert aan Salinger en
Carver, maar die moet ook gelaten vaststellen dat hij als Sofia’s vader omringd
is door ‘ingewikkelde vrouwen’. Cognetti’s portrettering van een vrouwelijk
hoofdpersonage doet echter niet onder voor die van zijn mannelijke protagonisten.
In tegenstelling tot de bildung
van De buitenjongen kent Sofia draagt altijd zwart wellicht een meer open einde. Feit is wel dat ze
lezer niet meer zal loslaten. Volgens Cognetti zal Sofia in je hoofd blijven
rondspoken, net zoals Seymour Glass…
Paolo Cognetti: Sofia draagt altijd zwart, De Bezige
Bij, Amsterdam 2019, 237 p. ISBN 9789403158600. Vertaling van Sofia si veste
sempre di nero door Yond Boeke en Patty Krone. Distributie Standaard Uitgeverij
© 2024 | MappaLibri