Tikker

10+ - De doodzieke Elias van dertien krijgt het hart van Boyd, die overlijdt bij een ongeluk met zijn skateboard. Vanaf het moment van de transplantatie zijn beide jongens op een bijzondere manier met elkaar verbonden. Elias is immers de enige die Boyd, als geest, kan zien en met hem kan praten. Boyd lijkt bovendien op een of andere manier aan Elias vastgeklonken te zijn, want aanvankelijk lukt het hem niet om het ziekenhuis te verlaten.
 
Gedurende de vijf weken in het ziekenhuis na de transplantatie groeit er geleidelijk een vriendschap tussen Elias en Boyd. Niet evident, want vanaf het eerste moment is duidelijk dat ze volledig elkaars tegenpool zijn. Doordat Elias al jaren ernstig ziek is, staan zowel hij als zijn ouders erg angstig in het leven. Elias durft niet op zijn nieuwe hart vertrouwen. We voelen hem aarzelen om zijn leven opnieuw in handen te nemen en plannen te maken voor de toekomst. Tegelijkertijd remmen zijn ouders elke kleine stap voorwaarts, waarschijnlijk onbewust, af want ‘Hij moet dit allemaal nog verwerken.’ In feite houden de leden van dit gezin elkaar gegijzeld door hun angsten, een patroon dat zonder hulp van buitenaf moeilijk te doorbreken valt. Boyd daarentegen is een roekeloze flapuit, die kickt op avontuur en gevaar, zonder goed te beseffen welk prijskaartje daaraan verbonden kan zijn. Zijn spectaculaire stunt met zijn skateboard op de reling van een brug kostte hem uiteindelijk zijn leven.
 
De tegenstellingen tussen de twee jongens worden aanvankelijk zo dik in de verf gezet dat het kunstmatig en wat moraliserend aanvoelt. Maar gaandeweg zien we hun karakters mooi evolueren en worden ze ook meer uitgediept. Elias en Boyd vechten elk tegen hun eigen demonen en ze blijken elkaar hard nodig te hebben om hieruit te komen. Zo wil Boyd dolgraag naar zijn opa terugkeren om een fout uit het verleden min of meer recht te zetten. Hij hoopt dan ook dat Elias zo vlug mogelijk herstelt, zodat ze alle twee eindelijk dat ziekenhuis kunnen verlaten.  
 
Daarom engageert Boyd zich om Elias over zijn angsten heen te helpen. Met zijn steun durft Elias de overstap maken van intensive care naar een gewone kamer en begint hij aan zijn revalidatie. En ondanks de ziekenhuisopname, verruimt Elias’ leefwereld enorm. Zo brengt hij meer tijd door in de gemeenschappelijke ruimte, leert opnieuw genieten van de buitenlucht en gaat weer achter de piano zitten, waardoor zijn vergeten passie voor muziek in alle hevigheid oplaait. Hij wordt zelfs voor de eerste keer verliefd.  
 
Zo ontstaat bij Elias, aanvankelijk vooral bezig met zichzelf en zijn ziekte, stilaan de mentale ruimte en de motivatie om zich te richten op de noden van anderen, meer specifiek die van Boyd. Die lijkt deze verschuiving feilloos aan te voelen, want voor het eerst durft hij Elias vertellen over zijn voortdurend knagend schuldgevoel. Boyd is er immers van overtuigd dat zijn slecht gedoofde sigarettenpeuk de oorzaak was van de woningbrand bij zijn opa enkele weken voor zijn dood en hij wordt verteerd door spijt. Op dit moment in het verhaal zien we de stoere Boyd ook zijn verdriet uitschreeuwen. Gaandeweg leerde hij immers van Elias dat hij mag rouwen en boos zijn om zijn verloren leven en alle gemiste kansen.
 
De manier waarop Brenda Heijnis Boyds geest gestalte geeft, is bij momenten te expliciet, te sensationeel en doet nogal filmisch aan. Zo kan hij bijvoorbeeld dwars door mensen heen lopen en Elias kan dwars door hem heen gaan zitten. Elias en Boyd kunnen soms ook door elkaars ogen kijken en elkaars gedachten en gevoelens ervaren. En als zijn aardse zaken afgehandeld zijn, verdwijnt Boyd. De lezer krijgt jammer genoeg te weinig ruimte om zelf te mogen interpreteren wat de aanwezigheid van iemands geest kan betekenen. Het einde schuift net een tikkeltje te vlot in elkaar. Boyd wordt verlost van zijn schuldgevoelens en daarbovenop kunnen grootvader en kleinzoon nog een laatste keer echt in contact treden. Maar al bij al weet Heijnis op een mooie, soms vertederende manier te vertellen hoe de kracht van vriendschap mensen naar een hoger niveau kan tillen.
 
Brenda Heijnis: Tikker, Hoogland & Van Klaveren, Hoorn 2019, 162 p. ISBN 9789089673077. Distributie De Vries-Brouwers 

© 2024 | MappaLibri