Het dichterschap van Francis Cromphout is geworteld in zijn eigen
bestaan. Via zijn gedichten tracht de dichter greep te krijgen op het leven en
in het reine te komen met zijn eigen bestaan en dat van de mensen rond zich. In
Tijdscapsule staat de ervaring van de
tijd centraal, niet verwonderlijk gezien de leeftijd van de auteur. Een
tijdscapsule is een instrument om als het ware dingen uit het verleden tastbaar
te bewaren zodat ze aan de tijd en de vergankelijkheid kunnen ontsnappen. De
motto’s die aan de bundel voorafgaan verbinden dat tijdsbesef inderdaad met het
gemis, de afwezigheid van een geliefde.
Ook
dat valt letterlijk te nemen. De gedichten in deze bundel worden als het ware
in tweeën gereten door een reeks die de titel draagt: ‘Je bent niet gestorven’.
Die afdeling groepeert gedichten rond de dochter, die klaarblijkelijk op haar
achttiende overleed. Het is een uitermate traumatisch gebeuren dat in
fijnzinnige verzen behoedzaam wordt opgeroepen, maar dat zich evenzeer onttrekt
aan het schrijven, laat staan aan het weg-schrijven. De ervaring die hier wordt
verwoord is dan ook hoogst paradoxaal en daardoor extra tragisch. Net het reële
gemis leidt ertoe dat het afscheid in feite niet plaatsvindt, dat de overledene
als het ware nog nadrukkelijker aanwezig is. De jij blijft op het netvlies
gebrand via herinneringen die haarscherp (en ook wel vlijmscherp) worden
opgeroepen, maar datzelfde geldt ook voor het definitieve vertrek van de ik uit
de wereld. Niet toevallig begint de afdeling met een gedicht over het
obsessieve ‘zwarte gat’ waardoor de jij wordt aangezogen. Het gebeurt wel vaker
dat de dood wordt beschreven als een soort van omgekeerde geboorte. Minstens
even belangrijk is echter de weerslag van die gebeurtenis op de ik-figuur, die
daardoor intens getekend wordt. Denkbeelden en dromen maar ook de kleinste
dagelijkse details zijn niet meer dezelfde als voorheen. Alles lijkt misschien
voor de buitenwereld nog te overzien, de lyrische ik zit onwrikbaar gekluisterd
aan dat verbroken verleden, aan dat existentiële gemis.
De slotreeks laat inderdaad zien dat er geen vernieuwend vervolg komt.
De gedichten roepen weliswaar een wereld op en een aandacht voor de
buitenwereld, maar voortdurend gaat de ik op zoek naar tekens en betekenissen,
naar raadsels die doorgrond kunnen worden. Dat mysterie wordt meermaals
opgeroepen als een afwezigheid of een leegte, en de protagonist wordt
onmiskenbaar voorgesteld als bijzonder kwetsbaar en vermoeid. De levenswil is
weliswaar aanwezig maar het verlangen naar absolute rust is daarmee niet
verdwenen. Het getemperde leed neemt het gemis niet weg en slaagt er zelfs maar
gedeeltelijk in om tot een soort van gelouterd besef te komen. Merkwaardig is
wel hoe die motieven evenzeer frequent voorkomen in de openingsreeks, die als
het ware de periode voor het verlies wil evoceren. Ook daar keren herhaaldelijk
motieven terug die de voorlopigheid van het bestaan illustreren.
Francis
Cromphout: Tijdscapsule, Beefcake Publishing, Gent 2021, ISBN ISBN 9789493111752
© 2024 | MappaLibri