Op zijn 73de debuteerde Edgar Selge, in
Duitsland een bekende film-, tv- en theateracteur, met een autobiografische
roman over zijn jeugd, die hij tijdens de lock down had geschreven – het werd
een bestseller. In de Nederlanden gaat zijn roep als toneelspeler hem
natuurlijk niet vooraf en moet de roman het doen met de aanbevelingen van de
jubelende Duitse pers, die deze eersteling met superlatieven overlaadde en die
op de backcover en de flappen van de vertaling worden geciteerd: ‘Wat een
verhaal, wat een boek.’ (Stern), ‘Beter kan je niet schrijven.’ (Süddeutsche
Zeitung), ‘Een briljant geschreven, geestig en melancholisch boek’ (NDR
Kultur) en ‘Een prachtige tekst over opgroeien’ (Die Zeit). Dat
schept natuurlijk torenhoge verwachtingen die zo’n boek moeilijk kan inlossen.
Het was bij mijn lectuurervaring dus een beetje zoals toen ik de eerste keer
Westvleteren proefde, ‘het beste bier van de wereld’. Dat bleek niet het
vloeibare goud dat ik had gedacht, maar gewoon bier, lekker, heel lekker
weliswaar, maar ten opzichte van de gecreëerde verwachting enigszins
teleurstellend. Ook Eindelijk heb je ons gevonden is een goed, een heel
goed boek, maar niet de literaire sensatie zoals de marketingafdeling van de
uitgeverij ons wil doen geloven.
Selge vertelt hoe hij in de jaren 1960 met zijn broers
opgroeit bij zijn vader, een gevangenisdirecteur en verdienstelijk pianist, en
zijn moeder, huisvrouw en een iets minder verdienstelijke violiste. Aan de hand
van anekdotes uit het dagelijkse leven – snapshots uit de jeugd – die in eerste
instantie kleine voorvallen beschrijven, wordt een caleidoscopisch beeld
geschetst van het gezin en wordt uiteindelijk beetje bij beetje het grotere
plaatje duidelijk. De vader heeft zich tijdens de nazitijd gecompromitteerd en
de frustratie over de consequenties daarvan kanaliseert hij via zijn carrière
als amateurmuzikant, maar werkt hij ook uit via onverdraaglijk streng, en op
momenten zelfs grensoverschrijdend gedrag. De zonen zitten vast tussen grote
cultuur enerzijds en brutale dictatuur anderzijds; hun huis dat zich op het
domein van de penitentiaire instelling bevindt, wordt een huis clos, en
hun papa een man met wie gebroken moet worden als ze lucht willen krijgen.
Langzaam aan worden voor de kinderen, en tegelijk met hen ook voor de lezer, de
geheimen duidelijk en dat leidt tot de interpellatie van de vader, maar die kan
of wil het gesprek niet aangaan. De zonen komen elk op hun manier in verzet en
vinden een manier om daarvan weg te vluchten. Voor Edgar zal de fantasiewereld
van de film hem redden (waardoor zijn uiteindelijke beroepskeuze als acteur dus
een verklaring krijgt).
Het is echter pas door dat alles zovele jaren later te
overzien met het oog op voorliggend boek dat een echte verwerking mogelijk is,
zoals het sleutelhoofdstuk ‘Droom over mijn vader’ duidelijk maakt:
‘In mijn dromen die elke
nacht hun netten uitwerpen, duiken sinds kort mijn ouders als zekere bijvangst
op. Ik droom dat ze verloren gelopen zijn, ergens in de chaos van de wereld. Ze
dwalen rond en zoeken me wanhopig. En in mijn dromen word ik gekweld door de
gedachte dat ze de weg terug niet kunnen vinden omdat ze hun oriëntatie
verloren hebben.
[…]
Plotseling neemt de droom een
wending, en ik ontmoet hen weer. In een totaal vreemde omgeving vind ik bij
toeval de goedkope hotelkamer waarin ze wonen. Ik ga er binnen, maar
ze zijn uitgevlogen.
[…]
Dan hoor ik de deur.
Ik onderbreek de druk van mijn blaas, trek vliegensvlug mijn broek op, ren de
kamer in en zie mijn moeder in haar zomerjas voor de geopende hotelkast staan.
Ze lijkt iets te zoeken.
Ze is teruggekomen! Uit de wirwar van de
wereld is ze naar haar hotelkamer teruggekomen! Ze woont hier warempel.
Misschien zelfs met mijn vader. En ik ben ook hier. Ik heb de kamer
gevonden.
[…]
Wat
fijn, zegt ze. Eindelijk heb je ons gevonden.’
Daarmee is de titel van dit boek
verklaard: pas na hun dood, nu alle puzzelstukjes bij elkaar gebracht worden,
begrijpt de zoon zijn ouders. Als alles uitgeschreven is (als een equivalent
voor het uitpraten dat bij leven niet mogelijk bleek), heeft Edgar hen eindelijk
echt kunnen doorgronden.
Daarmee is dit een typische roman van een Duitse zoon die worstelt
met het bruine verleden van zijn ouders. Bovendien is die ook nog eens
gemodelleerd volgens een typisch (clichématig?) freudiaans patroon: de
reuzegrote vaderfiguur, diens frustratie die zich uit in fysieke en seksuele
aberraties, de sublimatie via de muziek, de duiding van de eigen levenswandel
als reactie op die van de vader, de verklarende droom (o Traumdeutung!),
de roman als Vatersuche, het schrijven ervan als psychologische
sessie waarin alles wordt uitgesproken, de catharsis die dat teweegbrengt. Het
is allemaal zeer goed gedaan, en het wordt allemaal aan de hand van dagelijkse
gebeurtenissen getoond, maar toch enigszins opzichtig. Dat alles maakt van Eindelijk
heb je ons gevonden een goed gemaakte, bijwijlen ontroerende en boeiende
roman. Uitzonderlijk voor een debuut, maar zeker niet uniek.
Edgar Selge: Eindelijk heb je ons gevonden, De Arbeiderspers,
Amsterdam 2022, 287 p. ISBN 9789029547789. Vertaling van Hast du uns endlich gefunden door Peter Claessens. Distributie
L&M Books
© 2023 | MappaLibri