3+ - Kai gaat met zijn papa naar de dierentuin. Naar de
neushoornvogel, de tijgerhaai, de beervlinders en nog veel meer fantastische
diersoorten kijken. Kai is ongeduldig, is bang dat als zij niet opschieten de
vogelspinnen weg zullen vliegen. Maar ze zijn op tijd om te zien hoe de vosapen
gevoerd worden, zien bigkikkers, ezelspinguins en neushoornvogels. Maar hé, die
zien er helemaal anders uit dan hoe Kai ze zich voorgesteld had.
Via een verhaallijn,
die eigenlijk geen ander doel dient dan de lezer langs de beelden te leiden,
komen we diverse bestaande diersoorten tegen die Jenny Bakker een gefantaseerd
uiterlijk heeft meegegeven. Het ligt eigenlijk voor de hand, in de beelden
combineert Bakker de twee dieren die in hun naam genoemd worden. Op de cover
dus een vogeltje met neushoornkop en -poten en een klein roze beestje met een
varkenskop, dat met zijn lange tong een paardenvlieg tracht te vangen. Het zijn
knappe creaties, waarin de fysieke eigenschappen van twee dieren telkens mooi
samengevoegd zijn. Fijn tekenwerk, gedetailleerd en met brio neergezet. Meestal
zijn de dieren in hun natuurlijke omgeving afgebeeld, op twee na. De zebravink
(die hier dus het lijf van een paardachtige heeft) leeft in Australië, maar zit
in een kooitje, wat in onze contreien ook het beste voor hem is. Dus dat klopt wel
enigszins, maar de tijgerhaai die op het droge ligt, is wel in elk opzicht
gefantaseerd.
Tussendoor
staan in de prenten nog een paar fantasiedieren waarvan je zelf mag raden hoe
ze heten. Achterin zijn de genoemde dieren getekend naar de realiteit. Als
verhaal stelt dit prentenboek niet veel voor, maar de prenten mogen er zeker
zijn.
Marlies
Verhelst, Jenny Bakker: Van bigkikker tot neushoornvogel, De Vier Windstreken,
Rijswijk 2022, 28 p. : ill. ISBN 9789051168839. Distributie L&M Books
© 2024 | MappaLibri