Vanaf twaalf jaar

JEUGDBOEKEN NR. 4, APRIL 2024

Joke van Leeuwen: De weg naar morgenochtend. Een beeldverhaal

door Frauke Pauwels

12+ - Denk aan een kind van twaalf, dat je kent of dat je ooit zelf was. Beeld je in dat het de volgende dag het huis verlaat om elders in een huishouden te gaan werken. Lees dan De weg naar morgenochtend. Een beeldverhaal van Joke van Leeuwen. In woord en vooral beeld schildert ze daarin de verwarrende angstdromen die dat kind die nacht heeft. Dat doet ze zo intrigerend, dat ik meteen bij het ontwaken uit het boek opnieuw wil beginnen.
 
Van Leeuwen draagt het boek op aan haar grootmoeder, en opent het verhaal met een korte historische schets. Daarin vertelt ze dat veel meisjes ‘meer dan honderd jaar geleden op hun twaalfde van school af moesten om te gaan werken voor een mevrouw’. Die situering maakt dat je als lezer geneigd bent voortdurend te zoeken naar kapstokken uit de werkelijkheid. Hoe raakt het verbeelde aan wat echt is beleefd? Veertje, het hoofdpersonage, wordt meteen na bedtijd door een onbekende mevrouw meegenomen en elders afgezet. Via bevreemdende ontmoetingen komt ze op allerlei plekken: een bar, een kerkhof, een afgelegen huis waar een boom door het dak heen groeit, een treinwagon, en tot slot een rivier die ze over moet, voor ze weer thuiskomt, waar ‘het werk wacht’.
 
Van Leeuwen zet in de prenten verschillende prikkelende sporen uit om aan deze schijnbaar absurde reeks gebeurtenissen betekenis te geven: een giraf op de legplank boven het bed van het meisje duikt in allerlei gedaanten op, er moeten stempels worden verzameld, schilderijen aan de muur wijzen terug of vooruit enzovoort. In de vele verwijzingen naar typische uitspraken van volwassenen klinkt kritiek op de manier waarop kinderen – ook vandaag – de wereld in worden gestuurd. Veertje ‘moet wennen aan het moeten’, of ‘eerst maar eens de erge dingen van de echte wereld leren’. Wanneer een man opmerkt dat hij haar heeft ‘gered. Dat schept verplichtingen’ en vervolgens stempels op Veertjes buik wil plaatsen, is het als volwassene moeilijk niet aan seksueel misbruik te denken. Ook elders zinderen vormen van geweld, maar evengoed winnen kinderlijke strategieën. Zo verzamelt Veertje dingen in haar jaszak die vertrouwd of mooi aanvoelen, en deelt ze liedjes en verhalen. De mevrouw die haar ‘naar morgenochtend’ rijdt en her en der opduikt als een dreigende onbekende onderwerpt haar in een Roodkapje-achtige conversatie aan een reeks vragen: ‘Waarom heb je daar nog een speeltje? Dat is zeker omdat je een kind wil blijven.’ Met dergelijke allusies navigeert Van Leeuwen Veertje en de lezers in één verwarrende nacht weg van de kindertijd, naar het bedreigende onbekende van het opgroeien.
 
Het overwegend blauwe kleurenpalet, de lijnvoering en textuur dompelen lezers onder in een nachtelijke sfeer; de manier waarop beelden elkaar opvolgen, afwisselen en aanvullen, raakt aan het associatieve ritme van dromen. Voor je bijvoorbeeld op een paginavullende prent Veertje ziet zitten in een bar die vaag aan een ruimte bij de zoo doet denken – met daklicht waar groen doorheen schijnt en een giraf die door hoge ramen naar binnen kijkt, krijg je vier kleinere beelden waaruit dit geheel lijkt te zijn samengesteld: twee mannen die haar aanspreken, een trapleuning met reuzegrote kers, een detail van een wandlamp, een uitgestoken hand met de stempel van een giraf. Krasserige strepen en wervelende kleuren of motieven refereren aan het vage en repetitieve van droombeelden, waarin bovendien geen vast perspectief wordt gehanteerd. Ook flarden zinnen blijven zoemen, zoals het moeten en het wennen.
 
Van Leeuwen legt het vertrouwen om aan al deze beelden en woorden betekenis te geven in het geheel bij de lezer. Qua sfeer en vereiste verbeeldingskracht doet De weg naar morgenochtend daarom denken aan Annetje Lie in het holst van de nacht van Imme Dros en Margriet Heymans, waarin een jong meisje koortsdromen vol angsten doorstaat. Dat boek werd destijds, toen het in 1987 verscheen, door sommigen niet geschikt geacht voor kinderen. Het zou niet aansluiten bij hun smaak, te verontrustend zijn, of zelfs verlatingsangst stimuleren. Dergelijke bedenkingen rijzen misschien ook bij dit boek. Of vloeit het bedreigende vooral voort uit wat wij als (volwassen) lezers menen dat achter de woorden en beelden schuilt? Via de NUR-codes wordt Een weg naar morgenochtend naar de schappen met fictie en strips voor kinderen tussen tien en twaalf gedirigeerd. Joke van Leeuwen houdt zelf enkel van ondergrenzen, gaf ze meermaals aan. Laat ons hopen dat dit straffe en intrigerende beeldverhaal inderdaad niet wegzinkt op de kinderafdeling, maar ook tussen graphic novels voor volwassenen een plek vindt. ‘Voor wijsheid heb je geen diploma’s nodig / maar je moet soms wel je gedachten poetsen’ schrijft Van Leeuwen aan het begin over haar grootmoeder. Het lijkt meteen ook een oproep aan de lezer.
 
Joke van Leeuwen: De weg naar morgenochtend. Een beeldverhaal, Querido, Amsterdam 2024, 71 p. : ill. ISBN 9789045130064. Distributie L&M Books


deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri