Vertaald proza

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2023

Jon Fosse: Een schitterend wit

door Liesbeth Vantorre

‘Ik reed weg. Het deed goed. De beweging deed goed. Ik wist niet waar ik heen zou gaan. Ik reed gewoon. Ik was gegrepen door verveling, ik die me anders nooit verveelde was gegrepen door verveling.’  

Jon Fosses ritmische, bijna pulserende taal trekt de lezer vanaf de eerste regels mee in de laatste uren of misschien slechts minuten, van een stervende man. Het naamloze hoofdpersonage komt bij valavond met zijn auto vast te zitten op een modderig bospad. Het begint te sneeuwen. De man weet niet goed wat te doen. Hij verkent een paadje vlak aan zijn wagen, keert dan toch terug naar de relatieve warmte van de autoverwarming en besluit ten slotte toch de intussen gevallen nacht in te duiken.
 
Het is een bijzonder intense lectuur, die je de adem bijna letterlijk beneemt. De lezer hoort en voelt de man vechten tegen de kou en de slaap. Je kruipt in zijn gedachten, die rondrazen alsof het je eigen gedachten waren. Net zoals het vrijwel onzichtbare en modderige bospad zigzagt en draait, zo kolken de gedachten van de man.
 
De (bijna-)doodervaring van het personage is een weerkerend thema in het oeuvre van de kersverse Nobelprijswinnaar. Hoewel hij er niet graag over praat, geraakte de 7-jarige Jon Fosse betrokken bij een ernstig ongeluk.
 
‘Ik zag een glinsterend licht en het was heel vredig en mooi. Die ervaring heeft me fundamenteel veranderd, denk ik, misschien heeft ze wel een schrijver van me gemaakt.’
(Uit ‘In gesprek met Nobelprijswinnaar Jon Fosse’, De Standaard, 4.11.2023)
 
Eenzelfde ervaring overkomt ook het hoofdpersonage van Een schitterend wit. Al snel ziet hij de contouren van een vrouw op het bospad, ver weg, of net dichtbij? En zijn het wel contouren? Hij ziet vooral een stralend licht. Op de vraag wie ze is, komt maar moeizaam een antwoord. ‘Ik ben die ik ben’, antwoordt de gedaante uiteindelijk. ‘Ik ben die ik ben’ is de letterlijke vertaling van ‘Jahweh’, van God. Niet enkel de vrouwelijke gedaante komt hem vergezellen, ook zijn ouders en een mysterieuze man in een zwart pak op blote voeten komen tot hem.
 
Hoewel het om een novelle gaat, voel je de toneelauteur Fosse in elke zin. Hij creëert een unieke, dramatische sfeer in dit boek. Hoewel het alle mogelijke elementen heeft van een thriller, van een verhaal dat de lezer en het personage met angst zou vervullen, komt het donkere, ijskoude en besneeuwde bos op geen enkel moment beangstigend over. Naarmate het verhaal vordert, voel je vooral berusting, en wordt het gevecht tegen slaap en koude minder sterk. De ontmoetingen met de geheimzinnige gedaantes zijn geenszins griezelig, ook al hadden ze dat kunnen zijn. De man wordt met elke bladzijde minder eenzaam en verdwijnt uiteindelijk in een heldere, lichte gloed. Hij wordt haar adem, haar adem wordt het licht.
 
Fosse wordt duidelijk geïnspireerd door een katholiek beeld over sterven (hij bekeerde zich een tiental jaar geleden tot het katholicisme), maar weet dit zonder gemoraliseer of een al te klassiek godsbeeld te vorm te geven in zijn novelle. De goddelijke figuur is een vrouw, en je weet niet wat er na het witte licht komt. Hij houdt het bij een prachtige, adembenemende en zo geruststellende menselijke ervaring.
Een ijskoude en tegelijk hartverwarmende parel.
 
Jon Fosse: Een schitterend wit, Oevers, Zaandam 2023, 76 p. ISBN 9789493290624. Vertaling van Kvitleik door Marianne Molenaar. Distributie De Wolken

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri