‘Ik mis hem, mijn
man, onze man, ik mis hem zo erg.’ Over dat gemis gaat deze nieuwste roman van
Jens Christian Grøndahl. Over Ellinor, een vrouw die weduwe wordt en op dat
keerpunt in haar leven de verwrongenheden van het verleden onder ogen moet
zien. Ze vertelt het verhaal van twee bevriende koppels: Anna en Georg, en
zijzelf en Henning. Tijdens een wintervakantie in de Dolomieten komen Anna en
Henning om bij een ski-ongeluk. Georg en Ellinor blijven achter. Na een tijdje
komt aan het licht dat Anna en Henning een affaire hadden. Na hun dood groeien
Georg en Ellinor meer en meer naar elkaar toe. Uiteindelijk trouwen ze – waarbij Ellinor zelfs Anna's jurk draagt –
en neemt Ellinor de zorg over de twee kinderen van Georg en Anna op zich.
De
lezer komt dit alles maar beetje bij beetje te weten en moet zelf goed opletten
en de puzzelstukjes bij elkaar leggen. Vooral in het begin van het boek is het
vaak moeilijk om de twee koppels uit elkaar te houden, maar dat is naar alle
waarschijnlijkheid ook de bedoeling. Hun levens vloeien in elkaar over – in een
zee van verraad, berouw, en onuitgesproken verdriet. Ellinor noemt Georg ‘mijn
man, onze man’: ze richt zich doorheen het boek tot Anna, die haar beste
vriendin was en die ze, ondanks haar verraad, ook nog steeds mist.
Grøndahl
legt in zijn romans meestal de nadruk op de psychologische elementen, eerder
dan op de plot. De keuze voor de 'jij'-vorm in dit boek is daarbij bijzonder
effectief. Ellinor richt zich tot haar overleden vriendin Anna, niet tot
de lezer dus. Ze legt het zelf zo uit:
‘Het zit hem in de woorden, die moeten
tot iemand worden gericht. Anders staan ze alleen maar in het woordenboek te
wachten tot het ophoudt met regenen.’
Nu Ellinor alleen achterblijft, na een
leven dat ze eigenlijk niet ten volle heeft kunnen leven, overvalt haar de
behoefte om te praten – niet alleen over wat haarzelf, Anna, Henning en Georg
is overkomen, maar ook over een geheim uit haar verleden waarover ze nog nooit
iemand heeft verteld.
Zo brengt de auteur, in een roman van
slechts 150 pagina's, een heel leven in beeld, en slaagt hij erin de tristesse
en het tekortschieten voelbaar te maken voor de lezer. Een boek waarin elk
woord op zijn plaats staat en doel treft.
Jens Christian Grøndahl: Vaak ben ik gelukkig, Meulenhoff, Amsterdam
2017, 150 p. ISBN 9789029090124. Vertaling van Tit er jeg
glad door Femke Blekkingh-Muller. Distributie: Lannoo
deze pagina printen of opslaan