Vertaald proza

BOEKEN NR. 3, MAART 2018

Juan José Arreola: Het wonderbaarlijke milligram

door Hugo Van Hoecke

Een of andere verteller wordt door zijn publiek gedwongen om het verhaal op te rakelen over ‘de baring der bergen’, waarvan hij geacht wordt een nieuwe versie te bezitten. Het verhaal zelf verzinnen gaat hem goed af, maar wanner hij er een afloop aan moet breien komt hij in verlegenheid. Tot er uit zijn mouw een muisje te voorschijn komt. Hij draagt het diertje, - ‘de intieme vrucht van de verbeelding’ - over aan een meisje uit het publiek, dat thuis… een kat bezit.
 
Dit is een mooi proefje van de goed twee dozijn kortverhalen die de Mexicaanse auteur, die wel eens de meester van de korte subgenres wordt genoemd, bundelde en liet publiceren in 1952. Een op het eerste gezicht herkenbare situatie mondt steevast uit in absurde non-realiteit. In ‘Waarlijk ik zeg u’ fingeert de auteur wetenschappelijk onderzoek naar manieren om een kameel door het oog van een naald te krijgen. ‘Dorpsverhaal’ voert (met dank aan Kafka?) een advocaat op die bij het ontwaken vaststelt dat hij gehoornd verder moet leven. ‘Advertentie’ is het promo-praatje voor een synthetische vrouw, Plastisex© geheten. Het titelverhaal gaat over een mierenkolonie die boven zichzelf uitstijgt wanneer één onderdaan, in plaats van met stukjes sla, komt aandraven met een kostbaar ‘milligram’ (wat dit ook moge zijn) maar die daardoor ook haar zelfvernietiging inluidt.
 
Het verhaal evenwel dat Juan José Arreola in de bloemlezingen bracht heet ‘De wisselwachter’. Daarin wordt een gepensioneerde spoorbeambte opgevoerd die een hulpeloze reiziger te woord staat. Uit het bizarre vraag-en-antwoord spat de onzekerheid alle richtingen uit: Zal de trein ooit arriveren? Kom ik ooit aan? Is mijn bestemming geen illusie? Je zou er een kritiek in kunnen zien op de Mexicaanse samenleving of op de moderne technologie, feit is dat Arreola, obsessief aangetrokken door absurditeiten, zich mateloos verkneukelt in het satirisch opblazen van de werkelijkheid. Tegelijk manifesteert zich daarin een precaire bezorgdheid om de wereld waarin hij leeft.
 
Wellicht sluimert onuitgesproken diezelfde bezorgdheid in een paar verhalen die de vrouw en de religie tot thema hebben. In ‘Eva, De gedresseerde vrouw’ en ‘Parabel van de ruil’ duikt, bij alle gekte van de inkleding, de vrouw op in een karikaturale context die ruimte laat voor zowel idealistische als dubieuze interpretaties. Maar meest intrigerend in dat verband zijn de verhaaltjes die tegen religie aanschurken en waar doorheen een glimp oplicht van Arreola’s wereldvisie: ‘Pablo’ bijvoorbeeld, het relaas van een man die weliswaar de goddelijke perfectie benadert maar die niet weerspiegeld ziet in de wereld. Of ‘Pact met de duivel’, ‘De bekeerling en Gods stilzwijgen’, waarin goed en kwaad (met veel fantasie en een minimum aan satire) tegen elkaar worden uitgespeeld.
 
Arreola is een autodidact die zich opwerkte tot iemand die zich de Europese cultuur (vooral de Franse) eigen had gemaakt en daardoor zijn Latijns-Amerikaanse voedingsbodem grotelijks oversteeg; iemand met de allure van de Argentijnse grootmeester Borges, met wie hij trouwens bevriend was. Net zoals Borges verstaat hij de kunst om indrukken en anekdotes te vatten in een persoonlijke formule, door ze te condenseren, te ontdoen van alle overtolligheden, en neer te leggen in elegante zinnen die altijd op hun pootjes terechtkomen. Hijzelf daarover: ‘Een tekst van verscheidene pagina’s condenseren in een halve pagina gaf mij altijd voldoening’. Een héél grote literaire productie heeft dat niet opgeleverd (‘te weinig tijd gehad’, zo luidt het) maar wel een erg ongebruikelijke. En dat mag ook.
 
De verhalenbundel wordt zowaar voorafgegaan door een paar bladzijden autobiografie, en afgesloten met een uitvoerig en persoonlijk gekleurd nawoord door Guy Possen, de vertaler, die naar verluidt Arreola een vriend des huizes mocht noemen. Beide dragen ertoe bij de Mexicaanse auteur in tijd, ruimte en geest te situeren.
 
Juan José Arreola: Het wonderbaarlijke milligram, Oevers, Koog aan de Zaan 2018, 199 p. ISBN 9789492068149. Vertaling van Confabulario door Guy Possen. Distributie Elkedag Boeken 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri