Steeds meer auteurs opteren ervoor om (een aspect van) hun eigen leven aan
hun lezerspubliek voor te schotelen en op royale wijze te barderen met enkele
lagen fictie. In welke mate feit en fictie met elkaar verbonden zijn, blijft
veelal de vraag, maar de royale insteek is bij de recentste roman van Oscar van
den Bogaard in ieder geval niet meer weg te denken. Al in oktober vorig jaar
kondigde Van den Bogaard aan een familiegeschiedenis te schrijven over een
buitenechtelijke zoon van prins Bernhard – hijzelf – en toen de roman Kindsoldaat in februari laatstleden gelanceerd
werd, was de aandacht voor de afkomst van de ‘zelfverklaarde prins’ groter dan
voor het boek zelf. Nochtans komt de geboorte van de kleine Maxwell – Van den
Bogaards alter ego – pas aan het einde van de roman en zijn intussen talrijke
vertellingen over de overgrootouders, grootouders en ouders van Maxwell de
revue gepasseerd.
De vuistdikke roman van Van den Bogaard bestaat uit drie boeken waarin
telkens een vrouw de hoofdrol speelt. Het eerste boek opent met de ontmoeting
van Hermine en Edmond in Metternich, op het grensgebied van Nederland en
Duitsland. De jongelui blijken voor elkaar voorbestemd, trouwen en Hermine is
al snel zwanger van hun eerste tweeling. Helaas overlijden de meisjes Stella en
Sophie enkele dagen na hun geboorte. Niet lang daarna wordt Hermine opnieuw
zwanger van een tweeling. De jongens, Nol en Max, zijn een beter lot beschoren
dan hun zusjes en groeien op tot vrijmoedige jonge knapen. Ze komen in contact
met hun buurmeisje Nora die zich tot het hoofdpersonage van het tweede boek
ontpopt.
Terwijl
de oorlog zich in West-Europa ontvouwt, onderhoudt Nora een bijzondere relatie
met beide broers: met Nol trouwt ze, met Max bedrijft ze de liefde. Drie
kinderen komen dan ook uit die laatste relatie voort: Maxim, Elsie en Fransje.
Elsie staat in het derde boek centraal. Toevallig ontmoet ze aan het hof van
koningin Juliana prins Bernhard. Het onmogelijke gebeurt: Elsie en Bernhard
worden op elkaar verliefd en uiteindelijk wordt Elsie ook zwanger van de prins.
Intussen had Bernhard haar al toevertrouwd aan Jim, een van zijn dichtste
medewerkers. Elsie laat Jim in het ongewisse en vertelt dat hij de vader van
haar ongeboren kind is. Jim ruikt geen onraad en met de geboorte van Maxwell is
de rest geschiedenis, aldus Van den Bogaard.
Zo grillig als een familie-epos
kan zijn, zo grillig zijn ook de verhaallijnen in Kindsoldaat. Het zorgt ervoor dat de roman weinig voorspelbaar is, waardoor
de lezer zich een soapkijker waant en met plezier de lotgevallen van de
verschillende familieleden blijft volgen. Van den Bogaard toont zich als een
ware verteller en met een sobere maar aangename en vlotte schrijfstijl
kluistert hij zijn lezers vast aan zijn familiegeschiedenis.
Tegelijkertijd is het jammer dat
het verhaal ook enkele vreemde kronkels bevat die er als het ware bij lijken
gesleurd. Voorbeelden daarvan zijn de incest tussen broer Maxim en zus Elsie en
de daaruit voortvloeiende zwangerschap en miskraam van Elsie. Het zijn in feite
overbodige elementen in de roman die het verdere verloop van het verhaal
vertragen. Soms lijkt het alsof de auteur door het inzetten van allerlei
taboezaken nog eens extra wil benadrukken uit wat voor vreemde familie hij
stamt. Met de volgende frasen maakt hij die idee heel expliciet:
‘Waarom zijn jullie niet in staat gewone relaties te
hebben?’ ‘Omdat wij nooit geleerd hebben hoe die eruitzien.’
De koppeling van het verhaal aan
de biografie van de auteur laat dan ook in zekere zin een wrange nasmaak
achter.
Op het
eerste gezicht lijkt Kindsoldaat een
vlot lezende familiegeschiedenis, maar onder de oppervlakte blijkt een grondige
afrekening met het verleden van Van den Bogaard schuil te gaan. Aan de lezer om
te kiezen welke onwelriekende deurtjes hij bij zijn lectuur gesloten laat.
Oscar van den
Bogaard: Kindsoldaat, De Bezige Bij, Amsterdam 2018, 579 p. ISBN 9789023457756.
Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan