Een zwarte hond die vanuit het donker in het niets
staart. Uit zijn blik spreekt milde treurnis en iets vragends. De coverafbeelding
van De kapperszoon suggereert veel: een onontkoombaar gevoel van trouw, een
besef van onderhorigheid aan een macht die niet te bedwingen valt en een
ervaring van onthechting.
In zijn nieuwe roman geeft Gerbrand Bakker (Wieringerwaard,
1962) een lied van schijn en wezen gestalte. Wie in het verhaal over Simon, een
niet aan werkdrift lijdende eigenaar van een eenmanskapperszaak, al snel
benieuwd raakt naar een ontknoping moet een tijd geduld oefenen. Dat is geen
minpunt. Deze roman moet het vooral hebben van de werking van verwachting,
reflectie en berusting. En dat alles in een sobere stijl, zonder pathos en opgelegde
dramatiek.
Vrijwel
parallel aan de beschrijving van de gedachten en beslommeringen van Amsterdammer
Simon voltrekt zich een tweede geschiedenis, met als achtergrond een andere
tijd en een andere plek. Tussen beide ‘geschiedenissen’ bestaat een verbinding.
Beide geschiedenissen hebben hun eigen interessante vertakkingen.
Een centraal gegeven
in de roman is de vliegramp op Tenerife op 27 maart 1977. Er waren een
Nederlands en een Amerikaans passagiersvliegtuig bij betrokken. De ramp, die op
een stille manier de kracht is die uiteindelijk gedachten en handelingen van de
sleutelpersonages bepaalt, wordt door Bakker behendig met de verhaallijn
verweven. Doelmatige research leverde een aantal bijzonderheden op die de
beschrijving van de ramp, eigenlijk een verhaal in het verhaal, prettig doen
opgaan in het geheel.
Verbonden met Tenerife 1977 is een gemis. Simons vader
bleek in het verongelukte Nederlandse vliegtuig te zitten. ‘Vader’, het is een
begrip waarbij Simon zich weinig kan voorstellen. Hij was ten tijde van de ramp
zelfs nog niet geboren. Jarenlang speelde het gemis nauwelijks een rol in zijn
leven, maar dan komt op zeker moment toch een kalme stroom van gedachten over
vader Cornelis op gang.
Opvallend is dat de hoofdpersonages en de bijrollen alle
een aandeel hebben in de ingetogen toon van het complete verhaal. Geen
aangedikte uitingen van verdriet, geen opgepompte emoties. Dat heeft onder meer
als gevolg dat de lezer ruimte krijgt voor zijn eigen verbazing en gedachten.
Want De kapperszoon geeft naast een verhaal een exposé van herkenbare
menselijke tekortkomingen en verlangens. De persoon van de schepper van dit boek
is ook, via het personage van ‘de schrijver’ die Simons kapperszaak frequent
bezoekt, immanent verbonden met de geest van het verhaal. Bakker spaart
‘zichzelf’ en zijn niet onsympathieke protagonisten daarbij nauwelijks.
Onvermogen en zwakte als bepalende beweegredenen worden niet weggemoffeld. ‘Beweegredenen’
moet dan vooral opgevat worden als redenen om niet te bewegen, om actie
achterwege te laten.
Deze knap gecomponeerde roman gaat over de onontkoombaarheid van het
verleden, de onontkoombaarheid van de waarheid: het doet me denken aan de
slotregel van F. Scott Fitzgeralds roman The Great Gatsby:
‘So we beat on, boats against the current, borne back
ceaselessly into the past.’
Ja, en dan die ontknoping. Heel knap
uitgesteld. Je voelt hem aankomen, maar hij pakt uiteindelijk toch verrassend
uit.
Gerbrand
Bakker: De kapperszoon, Cossee, Amsterdam 2022, 303 p. ISBN 9789464520019.
Distributie Pelckmans Uitgevers
deze pagina printen of opslaan