Non-fictie

BOEKEN NR. 5, MEI 2023

Wim Jurg: Nieuw Rome. Het bijna moderne Oost-Romeinse rijk van de vijfde en zesde eeuw

door Dieter Wildemauwe

Het lijkt eenvoudig: het Romeinse Rijk kwam ten val in 476 toen de laatste keizer afgezet werd door een Germaan en vanaf dan was er eeuwen van barbarij tot Karel de Grote, of zoiets. Het verhaal van westelijk Europa, zeg maar. Er was wel zoiets als het Oost-Romeinse Rijk, dat weten we meestal wel, maar verviel dat niet snel tot een rompstaat rond Constantinopel? Ja, Justinianus, die kennen we van Ravenna, een poging om stukken van Italië te herenigen en een codificatie van het Romeins Recht, zonder veel meer. Daarna strompelde het verder tot de Osmanen kwamen en Constantinopel Istanbul werd.  

Het is bijzonder jammer dat de kennis over de jaren na 476 ook bij geïnteresseerden meestal beperkt blijft tot een zeer vaag idee over wat zich allemaal in het oostelijk Middellandse-Zeebekken afspeelde, terwijl het er in werkelijkheid een stuk complexer en geraffineerder aan toe ging. Moderner ook, om het in de woorden van Wim Jurg te zeggen. Jammer ook voor wie meende met Justinianus het belangrijkste te kennen wat er te weten viel over het Oost-Romeinse Rijk: net hij heeft alle goede ingrepen gefnuikt die het rijk een stralende toekomst konden geven.
 
De splitsing tussen Oost en West was al een stuk eerder in gang gezet, ook officieel, en in Constantinopel beschikten de keizers over een beter gevulde staatskas wat hen ook de kans gaf om adequater te reageren op de uitdagingen van die tijd. Zo bouwden zij een steviger ambtenarenapparaat uit dat hen meer controle op de financiën en het leger gaf en wisten ze tegelijkertijd een groot moreel gezag te behouden, ook in het westen. De facto regelden de verschillende Germaanse leiders hun eigen zaakjes, maar ze bleven wel een soort vazallen die als het ware tijdelijk en in naam van de keizer de zaakjes behartigden. Ook in de omgang met het christendom, de staatsgodsdienst, nam de keizer die rol als gezagsdrager op. Er waren belangrijke twistpunten over de goddelijke natuur van Jezus, maar de keizer leek de concilies daarover enkel maar te faciliteren en de besluiten achteraf te bekrachtigen. Verrassend modern is ook de rol van de hoofdstedelijke bevolking. Via oproer slaagden zij er vaak in om bepaalde beslissingen te doen kantelen of om te keren. De beschrijvingen doen bijna denken aan modern volksprotest.
 
De keizers regeerden met andere woorden met vallen en opstaan, via zoeken en aftasten, een beetje zoals ook democratieën dat doen, met een zekere voorzichtigheid. Het was Justinianus die deze voorzichtigheid opzij zette en daarom ook getypeerd werd als ‘de keizer die niet van ophouden wist’. Door te veel in een keer te willen doen en de zaken te grondig te willen aanpakken, zorgde hij er net voor dat het zorgvuldig opgebouwde evenwicht verloren ging. Imperial overstretch, of zoiets.
 
In dit boek wordt het allemaal helder en omstandig beschreven. Wim Jurg heeft een bijzondere interesse voor dit deel van de geschiedenis en kondigde het onderwerp van dit boek eigenlijk eerder al aan. Hij heeft een eigen schrijfstijl, die naar het spreektalige neigt en die je in het begin best wel gewoon moet worden. Na verloop van tijd ga je zijn terloopse (en vaak grappige) opmerkingen wel appreciëren en maakt het dit boek des te boeiender.
 
Wim Jurg: Nieuw Rome. Het bijna moderne Oost-Romeinse rijk van de vijfde en zesde eeuw, Damon, Eindhoven 2023, 224 p.ISBN 9789464303276. Distributie EPO

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri