Frans Kellendonk is de auteur
van een klein, maar hogelijk gewaardeerd oeuvre dat hij in de korte periode van
1977 tot aan zijn vroege dood in 1989 bij elkaar schreef. Hij kwam uit het
niets met een zeer knappe verhalenbundel, Bouwval,
die ook meteen succesvol was en werd met zijn Mystiek lichaam (1986) een heus schandaalauteur. Bovendien was hij
niet vies van een relletje: hij polemiseerde tegen de Nederlandse anglistiek en
trok heftig van leer tegen de Shakespeare-vertalingen van Gerrit Komrij. Mystiek lichaam werd dan weer het
middelpunt van een hetze waarin de schrijver conservatisme, homofobie en
antisemitische werd verweten. En ook zijn levenswandel was niet onbesproken:
Kellendonk was een notoir homoseksueel en een van de eerste slachtoffers van de
aidsepidemie in de jaren tachtig. Zowel poëticaal als biografische een boeiende
figuur dus.
Een biografie
over de man ontbreekt vooralsnog, maar nu is er wel een ruime keuze uit zijn
brieven, verzameld door Oek de Jong en Jaap Goedegebuure. Een prachtig boek dat
niet alleen inzage geeft in de levenswandel van de auteur – die opvallend open
is tegenover zijn briefpartners over zijn seksueel losbandige leven – maar ook
zijn literatuuropvattingen expliciteert. Aangezien hij een productief
briefschrijver was (het boek bevat 450 bladzijden en daarmee niet eens alle
correspondentie) volg je hem op zijn levenspad, vanaf het moment dat hij zijn
scriptie schrijft, via zijn promotie, zijn debuut als romancier en zijn werk
als vertaler tot zijn gloriejaren, waarin hij een veelgevraagd schrijver is, en
uiteindelijk zijn dood. De eerste 150 bladzijden zijn voornamelijk gericht aan
zijn familie en aan Jan Duyx, Kellendonks eerste langdurige relatie. Hij doet
verslag van zijn vorderingen op wetenschappelijk gebied, van zijn avontuurtjes
en zijn liefde voor Duyx. Daarna, als hij literair gaat functioneren, worden de
brieven interessanter: ze geven inzage in zijn pogingen om als vertaler
bepaalde Engelstalige auteurs (Henry James vooral) te promoten in de
Nederlanden, zijn onderhandelingen met uitgevers en in de werkzaamheden aan
zijn eigen oeuvre. Later formuleert hij tegenover recensenten die hem een
literatuuropvatting toeschrijven expliciet zijn poëtica en zie je hem hard
marchanderen over geld. Het is bijzonder interessant om te zien hoe hij zijn
positie in de Nederlandse literatuur opeist, tracht te consolideren en zeer
bewust een beeld van zichzelf schept. Bovendien is Kellendonk een meesterlijk
stilist en valt er heel wat te genieten van de knappe wijze waarop hij
formuleert. En af en toe is hij ook heerlijk pedant, wanneer hij mensen
terechtwijst of verbetert.
Literatuur-historisch
lijken mij die brieven het belangrijkst waarin Kellendonk stelling neemt in de
rel rond Mystiek lichaam en de
briefwisseling met Oek de Jong over een tijdschriftproject dat nooit van de
grond kwam. Zeker de positiebepaling tegenover De Jong, die hij een romantisch
schrijver noemt terwijl hij zichzelf een klassiek auteur vindt, is poëticaal
zeer belangwekkend. Biografisch is er die ene brief, d.d. 15 augustus 1988, aan
de microbioloog Coutinho, die een bijzonder licht werpt op de mogelijke oorzaak
van Kellendonks hiv-besmetting. Het lijkt erop dat niet zijn promiscue
levensstijl, maar de deelname aan een medisch experiment met homoseksuele
mannen, waarbij bloedplasma van hepatitis B-lijders werd toegediend aan een
groep proefpersonen de ziekte bij Kellendonk veroorzaakt heeft, hoewel de
onderzoeker per kerende antwoordt dat dit uitgesloten is.
Doordat dit boek een leeseditie is, waarin de
samenstellers niet met noten werken, maar met verduidelijkende inleidinkjes bij
de brieven die daarom vragen, is De
brieven aangenaam leesbaar. Het biedt een beeld van het leven en de
werkzaamheden van een van de belangrijkste Nederlandse auteurs (ook al bekruipt
je in de meer persoonlijke brieven soms het gevoel van voyeurisme, en zijn
Kellendonks seksuele escapades soms erg ontluisterend), en bij uitbreiding in
het functioneren van de literaire wereld aan het einde van de jaren zeventig en
in de jaren tachtig. Een boeiend document.
Amsterdam
: Querido, 2015, 479 p., [32] p. pl. : ill. ISBN 9789021457987
deze pagina printen of opslaan