Vertaald proza

BOEKEN NR. 8, SEPTEMBER 2019

Robert Seethaler: Het veld

door Carl De Strycker

Als de doden konden spreken… Het is een fascinerende gedachte, niet alleen omdat we dan rechtstreeks(er) toegang zouden hebben tot de geschiedenis, maar vooral omdat hun visie op de feiten een andere blik op de hedendaagse realiteit zou kunnen bieden. De flaptekst van het boek De doden praten van forensisch patholoog Werner Jacobs luidt: ‘De doden praten, tenminste als je een goede luisteraar bent. Zij vertellen ons alles over henzelf: vanwaar ze komen, hoe ze leefden, hoe ze stierven, en uiteraard, wie hen doodde.’ Het is een metaforisch gestelde passage die de lezer moet overtuigen van het belang van het werk van de wetsdokter, die een soort medium is die verstaat wie voor eeuwig zwijgt. Ze zou echter even goed op de backcover van Het veld van Robert Seethaler kunnen staan. In deze roman doet de schrijver namelijk hetzelfde als de gerechtsarts: hij noteert de verhalen die de overledenen van het stadje Paulstadt vertellen.

Dat levert een caleidoscopisch beeld op, samengesteld uit een aantal kleine levensverhalen, soms banaal, soms wat grootser, waarmee een portret geschetst wordt van een gemeenschap. Nu eens interageren de verhalen, dan weer staan ze volledig los van elkaar, net zoals dat gaat in het leven: mensen in de stad kennen andere mensen, en worden met hen door dagelijkse of uitzonderlijke gebeurtenissen verbonden, anderen blijven hun een heel leven onbekend. Er is het verhaal van de priester die vervalt in godsdienstwaanzin en zijn kerk in brand steekt, er is het verhaal van de bewoner die meer dan honderd werd, het tragische relaas over het instorten van de sporthal waarbij drie mensen om het leven kwamen, de biecht van de burgemeester die niet vies was van wat corruptie, of het levenseinde van de bloemenverkoopster die pas dagen na haar dood gevonden werd.  
 
Elk van de personages spreekt natuurlijk in een hem of haar aangepaste stijl en taal. Met andere woorden: het leven zoals het is, maar dan verteld vanuit de dood. En dat is anders dan het leven is, want het feit dat de personages beschikken over de kennis van hun einde, maakt dat een aantal gebeurtenissen een andere betekenis krijgen. Dat maakt van Het veld enerzijds een beetje een saai boek – het leven zoals het is, is meestal niet erg boeiend – maar tegelijk een boeiend gedachte-experiment.
 
Seethaler, die eerder een monstersucces scoorde met Een heel leven (De Bezige Bij 2015) en in de opgemerkte roman De Weense sigarenboer een genuanceerd beeld van de nazibezetting in Wenen gaf, heeft met Het veld een degelijk werkstuk afgeleverd: een roman met een multiperspectief dankzij de uiteenlopende vertellers die elk een monoloog houden, waarbij je als lezer alert moet zijn voor de details en zelf verbanden moet leggen. Verrassend en nieuw is dat niet, al is het natuurlijk uitzonderlijk dat de vertellers vanuit het rijk der gestorvenen tot ons spreken. In het licht van de dood klinkt het verhaal van het bestaan toch net iets anders.
 
Robert Seethaler: Het veld, De Bezige Bij, Amsterdam 2019, 237 p. ISBN 9789403158709. Vertaling van Das Feld door Liesbeth van Nes. Distributie Standaard Uitgeverij 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri